Studie Loslaten

Vergeven is een ingeburgerd begrip in de christelijke wereld en daarbuiten. In de Bijbel worden woorden gebruikt met een net iets andere betekenis. Het gaat daar over loslaten en laten gaan.

Loslaten is een breder begrip dan vergeven. Vergeven gaat over schuld of vermeende schuld tussen mensen, die je dan los gaat laten. Loslaten kan ook gaan over alle situaties in je leven. Bijvoorbeeld loslaten dat je ouder wordt of dat je een bepaalde opleiding niet zal halen.

Dit is geen bekend begrip in de kerk, terwijl het wel een belangrijk begrip is. Dus goed om energie te besteden om het eigen te maken.

 Loslaten is belangrijk voor een christen. Je laat los omdat je vertrouwen in Christus hebt. Een nieuwe mens in Christus.

 “Loslaten betekent tijdelijk het houvast verliezen. Niet loslaten betekent voor altijd het houvast verliezen.” Søren Kierkegaard

Loslaten is niet alleen in de Bijbel belangrijk, ook in de psychologie en bij new age stromingen wordt het als belangrijk gezien. Voor christenen is loslaten vooral omdat het bij de HEER neerleggen. Het ouder worden hoort nu eenmaal bij het leven zoals het is. En als je een opleiding niet kan halen  vertrouw je er op dat je Vader in de hemel ondanks dat voor je zal zorgen.

De studie is op dit moment is alleen een studie van het Nieuwe Testament over dit onderwerp.

Overzicht van Griekse woorden in de Bijbel

Opvallend is dat er in het Grieks van de Bijbel niet een woord is dat dezelfde betekenis heeft als ons word vergeven. De woorden hieronder worden soms en enkele meestal met vergeven vertaalt en dus ook met andere woorden dan vergeven. Zoals al in dit overzicht is te zien.

 WoordSoort woordStrongOpmerkingen:
1λύω
lyō
WerkwoordG3089 SB2742Losmaken.
Komt 46 keer voor in 40 verzen.
KJV: loose (27x), break (5x), unloose (3x), destroy (2x), dissolve (2x), put off (1x), melt (1x), break up (1x), break down (1x).
2ἀπολύω apolyoWerkwoordG630 SB580Ervan losmaken.
Komt 69 keer voor in 63 verzen.
KJV: release (17x), put away (14x), send away (13x), let go (13x), set at liberty (2x), let depart (2x), dismiss (2x), miscellaneous (6x).
3ἀφίημι aphiēmiWerkwoordG863
SB786
Komt 174 keer voor in 133 verzen.
KJV: leave (52x), forgive (47x), suffer (14x), let (8x), forsake (6x), let alone (6x), miscellaneous (13x).
4ἄφεσις aphesisZelfstandig naamwoordG859
SB782
Het laten gaan
Komt 17 keer voor in 16 verzen.
KJV: remission (9x), forgiveness (6x), deliverance (1x), liberty (1x).
5χαρίζομαι charizomaiWerkwoordG5483Genadig zijn
Komt 23 keer voor in 19 verzen.
KJV: forgive (11x), give (6x), freely give (2x), deliver (2x), grant (1x), frankly forgive (1x)
6ἐξαλείφω exaleiphōWerkwoordG1813Uitwissen
Komt 5 keer voor in 5 verzen.
KJV: blot out (3x), wipe away (2x).

Er is het werkwoord losmaken, lyo, en het ervan losmaken apolyo. Interessant om te bezien of daar verschillen tussen zijn in de betekenis.

Het werkwoord aphiēmi en het zelfstandig naamwoord aphesis hebben wel dezelfde betekenis. Dikwijls is in vertalingen met vergeving vertaalt als het om aphesis gaat en in pakweg een derde van de keer dat het om het werkwoord aphiēmi gaat ook.

De woorden, die je kunt vertalen met genadig zijn en uitwissen hebben indirect te maken met vergeving. En dan is er nog een uitdrukking, die ook de betekenis heeft van vergeving, zie het laatste hoofdstuk.

Loslaten of losmaken lyō λύω

Het is hetzelfde woord als bij 1 zonder het woord apo, ervoor. Dit woord betekent losmaken, ontbinden. Zoals schoenen losmaken of  zegels van een geschrift. Maar ook in overdrachtelijke zin zoals iemand losmaken uit de gevangenis, van een huwelijk of van een zonde.

Matteüs 5:19. Als je je los maakt van de geboden, dan zal je de minste zijn in het koninkrijk der hemelen.
Opmerking: dit is een ernstige waarschuwing, neem die ter harte.

Matteüs 16:19. Ik zal je de sleutels van het koninkrijk van de hemel geven, en al wat je op aarde bindend verklaart zal ook in de hemel bindend zijn, en al wat je op aarde ontbindt zal ook in de hemel ontbonden zijn.

Matteüs 18:18. Ik verzeker jullie: alles wat jullie op aarde bindend verklaren zal ook in de hemel bindend zijn, en alles wat jullie op aarde ontbinden zal ook in de hemel ontbonden zijn.
Opmerking: dit is een woord van veel vertrouwen voor de volgelingen van Jezus. Jezus geeft ons autoriteit. Wat er allemaal te binden of te ontbinden is daar maken we een aparte studie van.

Marcus 1:7, Lukas 3:16, Johannes 1:27 en Johannes de Doper die zegt niet waard te zijn om de sandalen van Jezus los te maken.

In Marcus 7 staat een genezing door Jezus. De tong van de stomme wordt losgemaakt.
Marcus 7:31-35. Hij vertrok weer uit de omgeving van Tyrus en ging via Sidon naar het Meer van Galilea, dwars door het gebied van de Dekapolis. Daar werd iemand bij Hem gebracht die doof was en gebrekkig sprak, en men smeekte Hem om deze man de hand op te leggen. Hij nam de man apart, weg van de menigte, stak zijn vingers in diens oren en raakte met speeksel zijn tong aan. Hij sloeg zijn blik op naar de hemel, zuchtte diep en zei tegen hem: ‘Effata!’, wat betekent: ‘Ga open!’ Daarop gingen zijn oren open, zijn tong kwam los en hij kon normaal spreken.

Lukas 13:15 en 16 verwijt Jezus de huichelaars dat ze op de sabbath wel hun ezels losmaken om te drinken. Waarom zou Jezus dan niet mogen losmaken wat al zo lang gebonden was?

In Matteüs 21:2 en Marcus 11 (3x), Lukas 19 (3x) wordt het woord losmaken gebruikt voor de ezel die moet worden losgemaakt om Jezus op te laten rijden enkele dagen voor die bijzondere Pesach. Hier wordt wel zeven keer in drie evangeliën dit woord gebruikt. Zou daar een betekenis achter zitten? Werden daardoor de beloften, die er nog lagen losgemaakt?

In Johannes 2:19 zegt Jezus maak deze tempel los. In Johannes 5:18 en 7:23 vonden de joden dat hij het gebod voor de rustdag had ontbonden.

In Johannes 11:44 wordt Lazarus losgemaakt van zijn omhulsels toen hij was gestorven.

In Handelingen 2 wordt verteld dat God Jezus losmaakte van de moeite van de dood.
Handelingen 2:23-24. Deze Jezus, die overeenkomstig Gods bedoeling en voorkennis is uitgeleverd, hebt u door goddelozen laten kruisigen en doden. God heeft Hem echter tot leven gewekt en de last van de dood van Hem afgenomen, want de dood kon zijn macht over Hem niet behouden.
Opmerking: God had Jezus losgemaakt van de zwaarte en moeite van de dood.

In Handelingen 7:33 moet Paulus zijn schoenen losmaken omdat hij op heilige grond staat.

In Handelingen 13:43 wordt de dienst losgemaakt. Als een samenkomst ten einde is, dan worden we weer vrijgegeven om weer ieder zijn weg te gaan.

In Efeze 2:14 wordt gemeld dat de tussenmuur die scheiding maakte is losgemaakt, je kunt vrij naar elkaar.

In 2 Petrus 3:10, 11 en 12 worden de elementen losgemaakt, ontbonden.

In 1 Johannes 3:8 worden de werken van de duivels losgemaakt, we zijn er niet meer aan gebonden.

En in Openbaring 5:2 en 5 worden de zegels losgemaakt door de leeuw van Juda. In 9:14 en 15 worden de vier engelen losgemaakt. En in 20:3 en 7 wordt satan losgemaakt na 1000 jaar.

Eenmaal komt er het zelfstandig naamwoord vrouwelijk λύσις (lysis) voor dat losgelaten worden betekent. Het is Strong G3080 oftewel SB2734 dat de KJV vertaalt met ’to be loosed (1x)’. Het is in de 1ste brief aan de Corinthiërs.
1 Korintiërs 7:27. Hebt u een vrouw beloofd met haar te trouwen, verbreek die belofte dan niet; bent u niet gebonden aan een vrouw, zoek er dan ook geen.

Ervan losmaken apoluo ἀπολύω

Het Griekse woord apolyo, Strong G630, SB nummer 580, komt van ἀπό Strong G3089, in combinatie met λύω, dat je met losmaken kunt vertalen. Het woord apoluo zou je met ‘ervan losmaken’ kunnen vertalen. Naast losmaken kun je ook met loslaten, laten gaan, wegzenden en wegsturen vertalen.

Het gaat in de Bijbel om:
– Jozef die Maria wil loslaten, van haar wil scheiden (Matteus 1)
– loslaten, scheiden van de echt in het algemeen (Matteüs 5 en 19)
– het loslaten of wegzenden van de schare (Matteüs 14 en 15)
– een vrouw loslaten, die Jezus lastig valt, hier in de betekenis van wegzenden (15)
– een heer die zijn slaaf loslaat, hem de vrijheid geeft (18)
– Herodus die Barabbas loslaat in plaats van Jezus, vrij laat (27).

Dit zijn voorbeelden uit het evangelie van Matteüs, de andere evangeliën noemen ook deze voorbeelden.

Loslaten kan allerlei zaken betreffen. Hieronder als het gaat om het weer goed maken van de relatie tussen mensen of van God en mensen.

Lukas 6:37. Oordeel niet en u zult niet geoordeeld worden; veroordeel niet en u zult niet veroordeeld worden; laat los en u zult losgelaten worden. [HSV]

Opmerking: andere vertalingen van de onderstreepte woorden. Laat los en gij zult losgelaten worden [SV en NBG]. Vergeef, dan zal je vergeven worden [NBV]. KJV ook forgive. Spreek vrij, dan zullen jullie vrijgesproken worden [Willibrord]. release, and ye shall be released [ASV], pardon, and you will be pardoned [NAS].

Lukas 13:12-13. En toen Jezus haar zag, riep Hij haar bij Zich en zei tegen haar: Vrouw, u bent verlost van uw ziekte. En Hij legde de handen op haar en zij werd onmiddellijk weer opgericht en verheerlijkte God.

Lukas 14:2-5. En zie, voor Hem stond iemand die leed aan waterzucht. En Jezus antwoordde en zei tegen de wetgeleerden en Farizeeën: Is het geoorloofd op de sabbat gezond te maken? Maar zij zwegen. En Hij greep hem vast, genas hem en liet hem gaan. En Hij zei, terwijl Hij Zich tot hen richtte: Wie van u zal, wanneer zijn ezel of os in een put valt, deze er niet meteen uittrekken op de dag van de sabbat?

Handelingen 13:2-3. En terwijl zij de Heere dienden en vastten, zei de Heilige Geest: Zonder voor Mij zowel Barnabas als Saulus af voor het werk waartoe Ik hen geroepen heb. Toen vastten en baden zij, en nadat zij hun de handen opgelegd hadden, lieten zij hen gaan.

Wat kunnen we van deze teksten leren?
Alleen de eerst tekst is een tekst, die in het kader van vergeving te plaatsen is. Een andere tekst gaat over het losmaken van een ziekte. De tekst erna gaat over vastgrijpen en loslaten omtrent genezing. Dat gebeurt ook met Paulus en Barnabas, ze verbonden zich met hem en lieten hem weer los.

Is er bij de teksten een verschil tussen zien tussen lyo en apolyo? Dat heb ik nog niet ontdekt.

Laten gaan en het laten gaan

In het Grieks van het Nieuwe Testament staan het werkwoord ἀφίημι aphiēmi laten gaan en het zelfstandig naamwoord ἄφεσις aphesis het laten gaan. Beide woorden komen samen in 150 verzen voor in de Bijbel.

Deze woorden kunnen ook de betekenis hebben van wegsturen en wegzenden. In de vertalingen worden de woorden vergeven en vergeving ook wel gebruikt.

De vraag is of wat wij verstaan onder vergeven en vergeving wel overeenkomt met wat de schrijvers van de boeken van de Bijbel wel hebben bedoeld.

Laten gaan klinkt voor mij directer en eenvoudiger als vergeven. Bij vergeven zijn meer de emoties betrokken, bij laten gaan lijkt het meer om de wil te gaan.

Onderlinge nare zaken laten gaan

Er zijn een tweetal stukken in het onderwijs van Jezus, die over nare zaken m.b.t. de onderlinge relatie gaan.

Matteüs 6:9-15. Bid daarom als volgt: Onze Vader in de hemel,
laat uw naam geheiligd worden, laat uw koninkrijk komen, laat uw wil gedaan worden op aarde zoals in de hemel. Geef ons vandaag het brood
dat wij nodig hebben. Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven
wie ons iets schuldig is. En breng ons niet in beproeving, maar red ons van het kwaad. [Want aan U behoort het koningschap, de macht en de majesteit, in eeuwigheid. Amen.] Want als jullie anderen hun misstappen vergeven, zal jullie hemelse Vader ook jullie vergeven. Maar als je anderen niet vergeeft, zal jullie Vader jullie je misstappen evenmin vergeven.

Opmerking 1: in deze tekst komt zowel de relatie met God als met elkaar aan de orde. Maar de nadruk ligt op de relatie met elkaar.
Opmerking 2: in vers 12 wordt over schulden gesproken. In vers 14 en 15 wordt over misstappen, overtredingen gesproken. Dit is wat je bewust verkeerd doet. Het is een extra t.o.v. schulden.

Lucas 11:4. Vergeef ons onze zonden, want ook wijzelf vergeven iedereen die ons iets schuldig is. En breng ons niet in beproeving.”’

Opmerking: Lukas gebruikt heeft een wat andere tekst voor het Onze Vader. Hier zonden als het om de relatie met God gaat en het gaat over schulden als het om de onderlinge relatie gaat. Wat wij moeten doe is minder moeilijk dat wat we van God vragen.

Matteüs 18:21-22. Daarop kwam Petrus bij Hem staan en vroeg: ‘Heer, als mijn broeder of zuster tegen mij zondigt, hoe vaak moet ik dan vergeving schenken? Tot zevenmaal toe?’ Jezus antwoordde: ‘Niet tot zevenmaal toe, zeg Ik je, maar tot zeventig maal zeven.
Opmerking: hier gaat het om zondigen, iets doen wat niet de bedoeling is.

Wat kunnen we van deze teksten leren?
We kunnen van alles elkaar doen, zodat je schuld uit hebt staan, nare dingen doet tegen elkaar en dingen, die niet handig zijn. De Heer vraagt van ons om dat los te laten, om het te laten gaan. En de belofte is dan dat God ook schulden kwijt zal schelden en overtredingen en zonden ook laat gaan.

Zorg dat een ander je niets kan verwijten

Matteus 5:21-26. Jullie hebben gehoord dat destijds tegen het volk is gezegd: “Pleeg geen moord. Wie moordt, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht.” Dit zeg Ik daarover: ieder die in woede tegen zijn broeder of zuster tekeergaat, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht. Wie hen voor nietsnut uitmaakt, zal zich moeten verantwoorden voor het Sanhedrin. Wie “Dwaas!” zegt, zal voor het vuur van de Gehenna komen te staan. Wanneer je dus je offergave naar het altaar brengt en je je daar herinnert dat je broeder of zuster jou iets verwijt, laat je gave dan bij het altaar achter; ga je eerst met die ander verzoenen en kom daarna je offer brengen. Leg een geschil snel bij, terwijl je nog met je tegenstander onderweg bent, anders levert hij je uit aan de rechter, draagt de rechter je over aan de gerechtsdienaar en word je gevangengezet. Ik verzeker je: dan kom je niet vrij voor je ook de laatste cent betaald hebt.

Opmerking: laat je gave bij het altaar los en zorg ervoor dat jij los wordt van de schuld, die je terecht hebt ‘jouw broeder je iets verwijt’.

Lucas 17:3-4. Indien een van je broeders of zusters zondigt, spreek die dan ernstig toe; en als ze berouw hebben, vergeef hun. En als ze zevenmaal op een dag tegen je zondigen en zevenmaal naar je terugkeren en zeggen: “Ik heb berouw,” dan moet je hun vergeven.’

Johannes 20:23. Als jullie iemands zonden vergeven, dan zijn ze vergeven; vergeven jullie ze niet, dan zijn ze niet vergeven.’
Opmerking: als jullie iemands zonden laat gaan, dan laat God, die zonden ook gaan.

Wat kunnen we van deze teksten leren?

God laat de schuld gaan

Matteüs 9:1-8. Hij stapte weer in de boot en stak over, terug naar zijn eigen stad. Daar brachten een paar mensen een verlamde bij Hem op een draagbed. Toen Jezus hun geloof zag, zei Hij tegen de verlamde: ‘Houd moed, mijn kind, uw zonden zijn u vergeven.’ Daarop zeiden enkele schriftgeleerden bij zichzelf: Die man slaat godslasterlijke taal uit! Jezus doorzag hun gedachten en zei: ‘Waarom hebt u zulke boosaardige gedachten? Wat is gemakkelijker, te zeggen: “Uw zonden zijn u vergeven” of: “Sta op en loop”? Ik zal u laten zien dat de Mensenzoon volmacht heeft om op aarde zonden te vergeven.’ Toen zei Hij tegen de verlamde: ‘Sta op, pak uw bed en ga naar huis.’ En hij stond op en ging naar huis. Toen de mensen dit zagen, werden ze van ontzag vervuld en ze loofden God, om de macht die Hij aan mensen verleent.

Wat kunnen we van deze teksten leren?

Behalve die tegenover de Geest van God

Matteüs 12:31-32. Daarom zeg Ik u: elke zonde en elke godslastering kan de mensen worden vergeven, maar wie de Geest lastert kan geen vergeving ontvangen. En iedereen die kwaadspreekt van de Mensenzoon zal vergeving ontvangen. Maar wie kwaadspreekt van de heilige Geest zal geen vergeving ontvangen, noch in deze wereld, noch in de komende.

Marcus 3:28-29. Ik verzeker u: alle wandaden en godslasteringen, hoe erg ook, kunnen de mensen worden vergeven, maar wie lastertaal spreekt tegen de heilige Geest, krijgt in alle eeuwigheid geen vergeving, want zo iemand is schuldig aan een onuitwisbare zonde.’

Lucas 12:10. En iedereen die kwaadspreekt van de Mensenzoon zal vergeving ontvangen. Maar wie lastertaal spreekt tegen de heilige Geest zal geen vergeving ontvangen.

Wat kunnen we van deze teksten leren?

Waarom God laat gaan

Hieronder staan teksten van de Bijbel die de redenen aangeven waarom God laat gaan.

Matteüs 26:28. … dit is mijn bloed, het bloed van het verbond, dat voor velen wordt vergoten tot vergeving van zonden.
Opmerking: door het bloed dat is vergoten door de dood van Jezus kan God de zonden laten gaan.

Marcus 1:4. En zo is het gebeurd toen Johannes ging dopen in de woestijn en de mensen opriep tot inkeer te komen en zich te laten dopen, om vergeving van zonden te krijgen. <<andere vertaling nemen>>
Opmerking: door de doop tot inkeer laat God de zonden gaan.

Lucas 3:3. Daar ging Johannes in de omgeving van de Jordaan verkondigen dat de mensen zich moesten laten dopen en tot inkeer moesten komen, om vergeving van zonden te krijgen,

Marcus 4:12. … “opdat ze scherp zien, maar geen inzicht hebben, opdat ze goed horen, maar niets begrijpen, anders zouden ze tot inkeer komen en vergeving krijgen.”’
Opmerking: als je tot inkeer komt laat God de zonden gaan.

Marcus 2:5-11. Toen Jezus hun geloof zag, zei Hij tegen de verlamde: ‘Mijn kind, uw zonden zijn u vergeven.’ Er zaten ook een paar schriftgeleerden tussen de mensen, en die dachten bij zichzelf: Hoe durft Hij dat te zeggen? Hij slaat godslasterlijke taal uit! Wie kan zonden vergeven dan God alleen? Jezus wist meteen wat ze dachten en dus zei Hij: ‘Waarom denkt u zoiets? Wat is gemakkelijker, tegen een verlamde zeggen: “Uw zonden zijn u vergeven” of: “Sta op, pak uw mat en loop”? Ik zal u laten zien dat de Mensenzoon volmacht heeft om op aarde zonden te vergeven.’ Toen zei Hij tegen de verlamde: ‘Ik zeg u, sta op, pak uw mat en ga naar huis.’

Opmerking: hier is geloof van de vrienden van de verlamde de reden dat God de zonden laat gaan.
Opmerking: als de Zoon des mensen de volmacht heeft om uit te spreken dat God de zonden laat gaan, zou dat dan ook voor zijn volgelingen zijn?

Lucas 5:20-21. Toen Hij hun geloof zag, zei Hij tegen de man: ‘Uw zonden zijn u vergeven.’ De schriftgeleerden en de farizeeën begonnen zich af te vragen: Wie is die man dat Hij deze godslasterlijke taal spreekt? Wie kan zonden vergeven dan God alleen?
Lucas 5:23-24. Wat is gemakkelijker, te zeggen: “Uw zonden zijn u vergeven” of: “Sta op en loop”? Ik zal u laten zien dat de Mensenzoon volmacht heeft om op aarde zonden te vergeven.’ En Hij zei tegen de verlamde: ‘Ik zeg u, sta op, pak uw bed en ga naar huis.’

Lucas 7:47-48. Daarom zeg Ik je: haar zonden zijn haar vergeven, al waren het er vele, want ze heeft veel liefde betoond; maar wie weinig wordt vergeven, betoont ook weinig liefde.’ Toen zei Hij tegen haar: ‘Uw zonden zijn u vergeven.’
Opmerking: hier is de reden het betonen van liefde. Daardoor laat God je zonden gaan.

Lucas 24:47-48. … en dat in zijn naam alle volken opgeroepen zullen worden om tot inkeer te komen, opdat hun zonden worden vergeven. Jullie zullen hiervan getuigenis afleggen, te beginnen in Jeruzalem.
Opmerking 1: hier staat het zelfstandig naamwoord.
Opmerking 2:

Handelingen 2:38. Petrus antwoordde: ‘Kom tot inkeer en laat u allen dopen in de naam van Jezus Christus om vergeving te krijgen voor uw zonden. Dan zal de heilige Geest u geschonken worden,
Opmerking: krijgen is ingevoegd.

Handelingen 5:31. God heeft Hem een plaats gegeven aan zijn rechterhand, Hem tot leidsman en redder verheven om Israël tot inkeer te brengen en het zijn zonden te vergeven.

Handelingen 8:22. Toon berouw over uw verfoeilijke gedrag en smeek de Heer of Hij u uw slechte gedachten wil vergeven,
Opmerking: slechte gedachten is de oorzaak? <<>>

Handelingen 10:43. Van Hem getuigen alle profeten dat iedereen die in Hem gelooft door zijn naam vergeving van zonden krijgt.’

Handelingen 13:38-39. U moet dus weten, volksgenoten, dat het dankzij Hem is dat aan u de vergeving van de zonden verkondigd wordt; ieder die gelooft wordt door Hem vrijgesproken van alles waarvan hij geen vrijspraak kon krijgen op grond van de wet van Mozes.
Opmerking: het loslaten leidt tot vrijspraak.

Handelingen 26:18. … om hun de ogen te openen, zodat ze zich van de duisternis naar het licht keren, en van de macht van Satan naar God. Door in Mij te geloven zullen ze vergeving krijgen voor hun zonden, en samen met allen die Mij toebehoren zullen ze deel krijgen aan mijn koninkrijk.”
Opmerking: staat hier ook het werkwoord krijgen?

Romeinen 4:7. ‘Gelukkig de mens wiens onrecht is vergeven, wiens zonden zijn bedekt;

Efeziërs 1:7. In Hem zijn wij door zijn bloed verlost en zijn onze zonden vergeven, dankzij de rijke genade
Opmerking: hier staat het zelfstandig naamwoord.

Hebreeën 9:22. Volgens de wet wordt inderdaad vrijwel alles met bloed gereinigd, want als er geen bloed wordt uitgegoten, vindt er geen vergeving plaats.

Jakobus 5:15. Het gelovige gebed zal de zieke redden, en de Heer zal hem laten opstaan. Wanneer hij gezondigd heeft, zal het hem vergeven worden.
Opmerking: alleen al het uitnodigen van de oudsten voor gebed zorgt er al voor God hun zonden laat gaan.

1 Johannes 1:9. Belijden we onze zonden, dan zal Hij, die trouw en rechtvaardig is, ons onze zonden vergeven en ons reinigen van al het onrecht dat wij bedrijven.
Opmerking: het belijden van je zonden is voldoende om je te laten gaan.
Opmerking: het leidt tevens tot schoon worden.

Wat kunnen we van deze teksten leren?

De missie van Jezus is laten gaan

Lucas 1:77. … en om zijn volk bekend te maken met hun redding door de vergeving van hun zonden.

Dit is wat Jezus leest in de synagoge.
Lukas 4:18-19. ‘De Geest van de Heer rust op Mij, want Hij heeft Mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft Hij Mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen.’

Kolossenzen 1:14. .. die ons de verlossing heeft gebracht, de vergeving van onze zonden.

1 Johannes 2:12. Kinderen, ik schrijf u dat uw zonden u vergeven zijn omwille van zijn naam.

Wat kunnen we van deze teksten leren?

<nog toevoegen>

Anders dan in het Oude Testament.

Hebreeën 10:18. Waar dat alles vergeven is, daar is geen offer voor de zonde meer nodig.
Opmerking: hier staat het zelfstandig naamwoord.

Genadig zijn χαρίζομαι charizomai

Het Griekse woord charizomai kun je het best vertalen met genadig zijn.

2 Korintiërs 2:7. … u kunt hem nu maar beter vergeven en bemoedigen, anders gaat hij nog aan verdriet ten onder.

2 Korintiërs 2:10. Als u hem vergeeft, doe ik het ook. En als ik hem iets te vergeven heb, doe ik het omwille van u, ten overstaan van Christus.

Efeziërs 4:32. Wees goed voor elkaar en vol medeleven; vergeef elkaar zoals God u in Christus vergeven heeft.

Kolossenzen 3:13. Verdraag elkaar en vergeef elkaar als iemand een ander iets te verwijten heeft; zoals de Heer u vergeven heeft, moet u elkaar vergeven.

Onderstaande teksten nog toevoegen.
Lukas 7:21. Op dat moment genas Hij velen van ziekten en aandoeningen en boze geesten; en aan veel blinden schonk Hij het gezichtsvermogen. [HSV]

Lukas 7:42-43. Omdat ze het geld niet konden terugbetalen, schold hij beiden hun schuld kwijt. Wie van de twee zal hem de meeste liefde betonen?’ Simon antwoordde: ‘Ik veronderstel degene aan wie hij het grootste bedrag heeft kwijtgescholden.’ Hij zei tegen hem: ‘Dat is juist geoordeeld.’

Dit is wel een heel pijnlijke tekst, een moordenaar verleende de joodse leiders gratie maar Jezus werd veroordeeld tot de dood.

Handelingen 3:14-15. U hebt de heilige en rechtvaardige verstoten en geëist dat aan een moordenaar gratie verleend zou worden. Hem die ons naar het leven leidt hebt u gedood, maar God heeft Hem uit de dood doen opstaan, en daarvan getuigen wij.

Hieronder gaat de apostel Paulus er niet in mee dat Festus en Agrippa de apostel veroordelen om een gunst, genade, van de keizer te krijgen buiten het recht om.

Handelingen 25:11. Want als ik onrecht doe en iets gedaan heb wat de dood verdient, weiger ik niet te sterven; maar als er niets waar is van dat waarvan zij mij beschuldigen, kan niemand mij bij wijze van gunst aan hen uitleveren. Ik beroep mij op de keizer! [HSV]
Handelingen 25:16. Ik antwoordde hun dat de Romeinen niet de gewoonte hebben, bij wijze van gunst een mens tot de dood over te leveren, voordat de beschuldigde tegenover de beschuldigers heeft gestaan en gelegenheid gekregen heeft om zich te verdedigen tegen de beschuldiging. [HSV]

Handelingen 27:24. Hij zei: “Wees niet bang, Paulus, je moet voor de keizer verschijnen, en daarom heeft God je in zijn goedheid het leven van alle opvarenden geschonken.

Romeinen 8:31-32. Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn? Zal Hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar Hem omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons dan met Hem ook niet alles schenken?

1 Korintiërs 2:12. Wij hebben niet de geest van de wereld ontvangen, maar de Geest die van God komt, opdat we zouden weten wat God ons in zijn goedheid heeft geschonken.

2 Korintiërs 12:13. Bent u in vergelijking met de andere gemeenten ook maar iets tekortgekomen? Ja, dit: ik heb u niets gekost. Vergeef me deze onrechtvaardigheid.

Galaten 3:18. Immers, als de erfenis afhankelijk zou zijn van de wet, zou ze niet afhankelijk zijn van de belofte, maar het is nu juist door zijn belofte dat God zijn genade aan Abraham heeft geschonken.

Filippenzen 1:29. Aan u is de genade geschonken niet alleen in Christus te geloven, maar ook omwille van Hem te lijden. U voert dezelfde strijd die u mij vroeger hebt zien voeren en die ik, zoals u hoort, nog steeds voer.

Filippenzen 2:8-11. Hij werd gelijk aan de mensen, en als mens verschenen heeft Hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood – de dood aan het kruis. Daarom heeft God Hem hoog verheven en Hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat, opdat in de naam van Jezus elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, en elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader.

Kolossenzen 2:13. U was dood door uw zonden en door uw onbesneden staat, maar God heeft u samen met Christus levend gemaakt toen Hij ons al onze zonden kwijtschold.

Filemon 1:22. Ten slotte, maak voor mij een kamer in orde, want ik heb goede hoop dat ik dankzij de gebeden van u allen aan u teruggegeven word.

Zonden uitwissen ἐξαλείφω exaleiphō

Het werkwoord exaleipho Strong G1813, betekent uitwissen en dat kan gaan over de zonden uitwissen.

Handelingen 3:19. Kom tot inkeer, keer terug naar God om vergeving te krijgen voor uw zonden.

Kolossenzen 2:13-14. En Hij heeft u, toen u dood was in de overtredingen en het onbesneden zijn van uw vlees, samen met Hem levend gemaakt door u al uw overtredingen te vergeven, en het handschrift dat tegen ons getuigde, uit te wissen. Dit handschrift was met zijn bepalingen tegen ons gericht, en Hij heeft dat uit het midden weggenomen door het aan het kruis te nagelen.

In het boek Openbaring komt het woord nog drie keer voor. Het gaat er dan om dat onze namen niet uit het boek van het leven zullen worden uitgewist namelijk in Openbaring 3:5.

En twee keer gaat het om God, die alle tranen van onze ogen zal uitwissen. Openbaring 7:17 en 21:4.

Niet meer herinneren

In het boek Hebreeën staat tot twee keer toe dat God aan de zonden niet meer zal denken. In het Engels ‘I will me mercifull to their unrightiousness’.

Eerst nog twee teksten waar God wel aan za denken. Het wordt genoemd in twee lofzangen.

Uit de lofzang van Maria.
Lukas 1:54-55. Hij trekt zich het lot aan van Israël, zijn dienaar, zoals Hij aan onze voorouders heeft beloofd: Hij herinnert zich zijn barmhartigheid jegens Abraham en zijn nageslacht, tot in eeuwigheid.’

Uit de lofzang van Zacharias.
Lukas 1:72. Zo toont Hij zich barmhartig jegens onze voorouders
en herinnert Hij zich zijn heilig verbond:

Hebreeën 8:12. Ik zal hun wandaden vergeven en aan hun zonden zal Ik niet meer denken.

Hebreeën 10:16-17. ‘Dit is het verbond dat Ik in de toekomst met hen zal sluiten,’ spreekt de Heer: ‘In hun hart zal Ik mijn wetten leggen, in hun verstand zal Ik ze neerschrijven, en aan hun zonden en hun wetteloosheid zal Ik niet meer denken.’ Waar dat alles vergeven is, daar is geen offer voor de zonde meer nodig.

Andere bronnen

Er zijn diverse boeken over dit onderwerp.

Een boek van Lin Button met als titel ‘Genezing door schuldbelijdenis en vergeving’. <<beknopte samenvatting toevoegen>>

Een boek van John Bevere met als titel Valstrik van de duivel en als ondertitel Uw reactie bepaalt uw toekomst gaat over via aanstoot naar ergernis. Dit gaat over het belang van loslaten. Als je niet loslaat geef je een ingang voor de duisternis.

Een boek van Van John Arnott met als titel Het belang van vergeving. <<beknopte samenvatting toevoegen>>

Een boek van Drs W.G. Rietveld met als titel De kunst van het loslaten.
<<beknopte samenvatting toevoegen>>

Samenvatting

De bewust of onbewuste verkeerde keuzen en fouten leveren een bepaalde schuld op. Je staat in het krijt bij een ander of bij God. Om die op te lossen is vergeving nodig.

Het Nieuwe Testament heeft daar woorden voor die ik persoonlijk meer begrijpelijk vind, namelijk loslaten en laten gaan. Als je schuld hebt opgebouwd kan er een reden zijn voor anderen en voor God om een streep door die schuld te zetten.

De schuld voor God is het meest gemakkelijk geworden sinds de komst van Jezus. De naam van Jezus, zijn naam kun je op allerlei manier vertalen zoals gelukbrenger. Alleen al die naam staat garant voor kwijtschelding. Maar ook wat hij gedaan heeft, zijn leven, zijn bloed gegeven voor de verzoening.

Andere redenen voor kwijtschelding van schuld zijn andere mensen los laten, komen tot inkeer en de doop, geloof en liefde,

De schuld bij God kan zijn ontstaan doordat je dingen doet die niet verstandig zijn, overtredingen of dat je gedachten hebt, die niet goed zijn of dat je dingen doet, die niet passen bij wie je bent, waarvoor je ent bedoeld.

De schuld tussen mensen kun je vrijwillig loslaten, laten gaan. Dat is ook wat de Bijbel van je verwacht. Tegen iemand, die bij jou in het krijt staat kun je zeggen: “Maak je geen zorgen, ik laat het los of ik laat het gaan”.

We willen weer opnieuw van Jezus leren. Hij gaf lessen voor een goed leven.