God heeft ons allerlei mogelijkheden geschonken om te leren.
Zo vertelt hij het ons recht toe, recht aan: ‘Dit is goed en dit is niet goed’. Zoiets als de lessen van onze vader en moeder als we opgroeien.
Hij probeert ons het ook te leren via de geschiedenissen van het leven van andere mensen om daar voor ons eigen leven van te leren. Er zijn ook geschiedenissen van het volk Israël om daar voor onze kijk op de maatschappij van te leren.
God probeert ons ook gewoonten aan te leren. Hij doet dat door van ons te vragen om bepaalde dingen te doen. En hij geeft ons daarbij dan ook de achterliggende gedachten over waarom dat belangrijk is.
Het gaat dan om gewoonten voor het dagelijks leven, maar ook gewoonten om die wekelijks, maandelijks en jaarlijks te doen.
Denk aan iedere week een rustdag. Iedere maand een moment waarop we kunnen overwegen om het beter te gaan doen. En ieder jaar bepaalde thema’s die de revue passeren.
Bij die zaken, die we iedere week of ieder jaar doen zitten ook diepere lagen. Om zo belangrijke thema’s van het leven te leren. Zo heeft ieder, wat wij noemen Joodse feest een eigen belangrijk thema.