Studie Besprenkelen

Zowel in het Oude Testament als in het Nieuwe Testament komen we teksten tegen over besprenkelen met water, olie of bloed van dieren.

Het besprenkelen met water is nog steeds praktijk van zowel de Orthodoxe, de Katholieke als de Anglicaanse kerk. Het staat voor reiniging van van alles en nog wat. In dezelfde kerk en ook in de Protestantse kerken komen we de besprenkeling met water tegen als handeling bij de doop.

In deze studie gaat het er om wat er over in de Bijbel staat en hoe we dat naar ons leven zouden kunnen vertalen. Alle teksten, die gaan over dit onderwerp worden geciteerd. Standaard uit de NBV vertaling, tenzij anders is aangegeven.

Studievragen

Wat is de bedoeling van besprenkelen in de Bijbel? Wat wordt met besprenkelen beoogd?

Zou er een goede toepassing voor de praktijk in de christelijke gemeente?

Wat is het onderscheid met andere geestelijke handelingen zoals dopen en zalven waar ook wordt gewerkt met vloeistoffen?

Oude Testament

Er zijn twee werkwoorden, die je met besprenkelen kunt vertalen. En er is een plantje dat soms voor de besprenkeling wordt gebruikt. Hier de gegevens van deze woorden.

  WoordSoort woord Strong Opmerkingen:
1זָרַק zaraqWerkwoordH2236 Besprenkelen
Komt 35 keer voor in 33 verzen
KJV: sprinkle (31x), scatter (2x), here and there (1x), strowed (1x).
2נָזָה nazahWerkwoordH5137 Besprenkelen
Komt keer 24 keer in 22 verzen voor.
KJV: sprinkle (24x).
3אֵזוֹב ‘ezowbZelfstandig
naamwoord
mannelijk
H231 Hysop. NBV: Majoraan.
Komt 10 keer voor in 10 verzen.
KJV: hyssop (10x).

Er zijn twee werkwoorden, die je met besprenkelen kunt vertalen. De King James Vertaling (KJV) lijkt ervan uit te gaan dat het eerste werkwoord een wat bredere betekenis heeft.

Het ‘ezowb plantje werd gebruikt voor het besprenkelen. Gold dit voor alle stoffen waarmee werd besprenkeld? De NBV noemt dit plantje ‘majoraan’, eerdere vertalingen vertalen het met ‘hysop’.

Zaraq besprenkelen, strooien.

Het woord zaraq komt in 33 verzen voor, door het hele Oude Testament heen.

Uit de torah

Bij de plagen in Egypte.
Exodus 9:8-10. En de Here zeide tot Mozes en Aäron: Neemt uw handen vol roet uit een smeltoven, en laat Mozes dit in de lucht strooien ten aanschouwen van Farao. Dan zal het over heel het land Egypte worden tot stof en bij de mensen en de dieren in heel Egypte zweren veroorzaken, die als puisten openbreken. En zij namen as uit de oven, gingen voor de farao staan, en Mozes strooide die hemelwaarts uit. Toen ontstonden er bij de mensen en de dieren zweren, die als puisten openbraken. [HSV]

Opmerking 1: het pîaḥ, Strong H6368 komt in deze tekst twee keer voor. Het is de eerste keer met roet en de tweede keer met as vertaald. Dit woord verder niet meer voor in het Oude Testament.
Opmerking 2: uit deze tekst blijkt wel dat zaraq een algemeen woord is, geen woord dat gekoppeld is aan een specifieke religieuze handeling.

Exodus 24:6-8. Mozes nam de helft van het bloed en deed dat in schalen, de andere helft goot hij tegen het altaar. Vervolgens nam hij het boek van het verbond en las dit aan het volk voor, en zij zeiden: ‘Alles wat de HEER gezegd heeft zullen we doen en ter harte nemen.’ Toen nam Mozes het bloed en besprenkelde daarmee het volk. ‘Met dit bloed,’ zei hij, ‘wordt het verbond bekrachtigd dat de HEER met u heeft gesloten door u al deze geboden te geven.’

Opmerking 1: bij vers 2 hebben de NBG/SV: sprengde hij op het altaar en de HSV: sprenkelde hij op het altaar.
Opmerking 2: ik stel me voor dat het gieten van het bloed tegen het altaar bewegend werd gedaan. Zo’n beetje als je plantjes water geeft met een gieter en je wil ook de bladeren nat maken.

Het offer als onderdeel van de priesterwijding.
Exodus 29:15-20. Neem vervolgens een van de rammen, en laat Aäron en zijn zonen hun hand op de kop van de ram leggen. Slacht het dier en giet het bloed tegen de zijkanten van het altaar. Snijd de ram in stukken, was de ingewanden en de poten en leg ze bij de stukken vlees en de kop. Verbrand de ram in zijn geheel op het altaar. Het is een brandoffer, een geurige gave die de HEER behaagt. Neem dan de tweede ram en laat Aäron en zijn zonen hun hand op de kop van de ram leggen. Slacht het dier en strijk wat van het bloed aan de rechteroorlel van Aäron en aan die van zijn zonen, op hun rechterduim en op de grote teen van hun rechtervoet. De rest van het bloed moet je tegen de zijkanten van het altaar gieten.

Opmerking: nemen en leggen is in vers 20 met strijken vertaald. Geen bijzonder woord dus.

Leviticus 1:5. Hij moet de stier slachten ten overstaan van de HEER, en de priesters, de zonen van Aäron, moeten het bloed naar het altaar brengen dat bij de ingang van de ontmoetingstent staat en het tegen de zijkanten ervan gieten.

Leviticus 1:11 Hij moet het slachten aan de noordkant van het altaar, ten overstaan van de HEER, en de priesters, de zonen van Aäron, moeten het bloed tegen de zijkanten van het altaar gieten.

Leviticus 3:2, 8 en 13 gaat over het vredeoffer waarbij ze het bloed tegen de zijkant van het altaar gieten.

Leviticus 7:2 en 14 idem voor het hersteloffer.

Leviticus 8:19 en 24 idem bij het brandoffer voor Aaron en zijn zonen.

Leviticus 9:12 en 18 idem.

Leviticus 17:6 idem met de boodschap in het bloed levenskracht zit.

Numeri 18:17. Het eerstgeboren jong van een rund of het eerste jong van een schaap of geit mag echter niet worden vrijgekocht, want die zijn heilig. Hun bloed moet je tegen het altaar gieten en hun vet op het altaar verbranden, als een geurige gave die de HEER behaagt

Numeri 19:13. Iedereen die een dode aanraakt, het lijk van een mens, en zich niet laat reinigen, verontreinigt de tabernakel van de HEER en moet uit de gemeenschap van Israël gestoten worden. Omdat hij niet met het reinigingswater besprenkeld is blijft hij onrein; zijn onreinheid blijft hem aankleven.
Opmerking: mayim nida Strong H4395 en H5079 is hier met reinigingswater vertaald. Nida betekent overigens afwijzing. Het geeft de afwijzing van de onreinheid aan.

Numeri 19:20. Maar wie onrein is en zich niet laat reinigen, moet uit de gemeenschap gestoten worden, omdat hij het heiligdom van de HEER verontreinigd heeft. Omdat hij zich niet met reinigingswater heeft laten besprenkelen, blijft hij onrein.
Opmerking: hier is ook mayim nida met reinigingswater vertaald.

Uit andere boeken van het Oude Testament.

Dit is koning Achaz, die opdrachten geeft.
2 Koningen 16:13-15. Hij droeg persoonlijk verschillende offers op: een brandoffer, een graanoffer en een wijnoffer, en goot het bloed van de dieren voor het vredeoffer tegen de zijkanten van het altaar. Tussen het nieuwe altaar en de tempel stond nog het bronzen altaar ter ere van de HEER. Dat liet hij verwijderen en opzij van het nieuwe altaar opstellen, aan de noordkant. Hij beval de priester Uria: ‘Op dit grote altaar moeten vanaf nu ’s morgens het brandoffer en ’s avonds het graanoffer worden opgedragen. Ook het brandoffer en het graanoffer van de koning moeten daar worden opgedragen, evenals de brandoffers, de graan- en de wijnoffers van het volk, en het bloed van de offerdieren moet tegen de zijkanten van het grote altaar worden gegoten. Het bronzen altaar gebruik ik voortaan zelf, wanneer ik God wil raadplegen.’ 

2 Kronieken 29:22. Het rundvee werd geslacht, en de priesters vingen het bloed op en goten het tegen het altaar. De volwassen rammen werden geslacht, en de priesters goten het bloed tegen het altaar. De eenjarige rammen werden geslacht, en de priesters goten het bloed tegen het altaar.

2 Kronieken 30:15-16. Daarna slachtten ze op de veertiende dag van de tweede maand de dieren voor het pesachoffer. Beschaamd hadden de priesters en de Levieten zich geheiligd, zodat zij in de tempel van de HEER brandoffers konden brengen. Ze namen hun vaste plaatsen in, zoals beschreven in de wet van Mozes, de godsman, en de priesters goten het bloed uit dat de Levieten hun aanreikten.

2 Kronieken 34:4. Het stof strooide hij uit over de graven van degenen die er offers aan hadden gebracht.
Opmerking: Het Hebreeuwse woord דָּקַק (dāqaq), Strong H1854 dat 13 keer in 12 verzen voorkomt is hier met stof vertaald. Het zou ook met poeder vertaald kunnen worden. Het is wel een geestelijke handeling <<betekenis?>>

2 Kronieken 35:10-11. Toen alles voor de dienst in gereedheid was gebracht, de priesters hun vaste plaatsen hadden ingenomen en de Levieten zich per afdeling hadden opgesteld, zoals de koning had bevolen, werden de dieren voor het pesachoffer geslacht. De priesters goten het bloed uit en de Levieten vilden de offerdieren. <<waar over?>>

Job 2:12. Toen ze Job vanuit de verte zagen herkenden ze hem niet, en ze barstten uit in luid geweeklaag, ze scheurden hun kleren en wierpen stof omhoog over hun hoofd.
Opmerking: het Hebreeuwse woord עָפָר (ʿāp̄ār), Strong H6083 is hier met stof vertaald. Dit woord komt 110 keer voor in 103 verzen. Het is het woord stof dat ook in Genesis 2 wordt gebruikt bij het vormen van de mens.

Jesaja 28:25. Als hij het land geëffend heeft, strooit hij toch komijn en karwij, zaait tarwe in rijen, gerst in vakken en spelt langs de rand van zijn akker?
Opmerking: hier gaat het niet om een geestelijke handeling.

Ezechiël 10:2. De HEER zei tegen de in linnen geklede man: ‘Ga het raderwerk waarop de cherubs rusten binnen en vul er je handen met gloeiende kolen; die moet je uitstrooien over de stad.’ Ik zag hoe de man naar binnen ging.

Ezechiël 36:25. Ik zal zuiver water over jullie uitgieten om jullie te reinigen van alles wat onrein is, van al jullie afgoden.
Opmerking: hier is tahor mayim dat is rein water met zuiver water vertaald. Die uitdrukking klinkt beter dan het afwijzingswater.

Ezechiël 43:18-19. Toen zei Hij tegen mij: ‘Mensenkind, dit zegt God, de HEER: Hier volgen de bepalingen voor het altaar. Op de dag dat het gereed is, klaar om er brandoffers op te offeren en er bloed tegen te gieten, moet je de Levitische priesters, die nakomelingen van Sadok zijn en die in mijn nabijheid komen om Mij te dienen – spreekt God, de HEER –, een stier geven voor een reinigingsoffer.

Hosea 7:8-9. Efraïm heeft zich met andere volken vermengd; hij is een misbaksel geworden. Vreemdelingen hebben zijn krachten verteerd, maar hij beseft het niet; zijn haar is grijs geworden, maar hij beseft het niet.
Opmerking: zo gaat het met grijs worden, de grijze haren lijken te zijn uitgestrooid tussen de andere zwarte haren. Het is hier een beeld van veroudering.

Wat kunnen we leren van deze teksten?
Het werkwoord vertaalt de NBV met strooien of uitstrooien en allerlei vormen van gieten zoals uitgieten en gieten tegen en ook driemaal met besprenkelen. De HSV vertaalt meestal besprenkelen als de NBV vertaalt met gieten.

Meestal gaat het om het besprenkelen of uitgieten van het bloed van dieren over of tegen het altaar. Het is een offer. <<>>

Drie keer gaat het over met water besprenkelen. Numeri 19:13 en 20
Ezechiël 36:25. Het besprenkelen met water heeft het rein maken als doel. Zowel natuurlijk als geestelijk.

Nazah besprenkelen

In de bijbel wordt 24 keer in 22 verzen het Hebreeuwse werkwoord נָזָה (nazah ), Strong nummer H5137 gebruikt, dat in de meeste vertalingen met besprenkelen is vertaald.

Exodus 29:21. Besprenkel Aäron met wat bloed van het altaar en met zalfolie en sprenkel het ook over zijn kleren. Ook zijn zonen en hun kleren moet je ermee besprenkelen. Dan zullen Aäron en zijn zonen, evenals hun kleren, heilig zijn.

Leviticus 4:6. Hij moet zijn vinger in het bloed dopen en het ten overstaan van de HEER zevenmaal in de richting sprenkelen van het voorhangsel dat de heilige ruimte afschermt.

Leviticus 4:17. Hij moet zijn vinger in het bloed dopen en het ten overstaan van de HEER zevenmaal in de richting van het voorhangsel sprenkelen.

Leviticus 5:9. Hij sprenkelt wat bloed van het offerdier tegen de zijkant van het altaar, en de rest van het bloed laat hij aan de voet van het altaar uitlekken. Dan is het geschikt als reinigingsoffer.

Leviticus 6:27. <<>>
Opmerking: deze tekst komt in de NBV niet voor.

Leviticus 8:11. Hij besprenkelde het altaar zevenmaal met de olie en zalfde ook alles wat bij het altaar hoorde, evenals het wasbekken en het onderstel. Zo heiligde hij alles.

Leviticus 8:30. Mozes besprenkelde Aäron en diens kleren met wat zalfolie en bloed van het altaar. Ook de zonen van Aäron en hun kleren besprenkelde hij ermee. Zo heiligde hij Aäron en zijn zonen, evenals hun kleren.

Leviticus 14:7. … en met dat bloed moet hij degene die na zijn huidvraat moet worden gereinigd zevenmaal besprenkelen. Daarna verklaart hij hem rein. De levende vogel moet hij vrijlaten in het open veld.

Leviticus 14:16. … doopt zijn rechterwijsvinger in de olie en sprenkelt met zijn vinger zevenmaal wat olie in de richting van de ontmoetingstent.

Leviticus 14:27. … en sprenkelt met zijn rechterwijsvinger zevenmaal wat olie in de richting van de ontmoetingstent.

Leviticus 14:51. Vervolgens moet hij het cederhout, de majoraan en het karmozijn en de andere, levende vogel in het bloed van de geslachte vogel en in het bronwater dopen en dat zevenmaal in de richting van het huis sprenkelen.
Opmerking: hier wordt gedoopt in bloed en water en vervolgens wordt ook daarmee besprenkeld.

Leviticus 16:14-15. Hij moet met zijn vinger wat bloed van de stier op de verzoeningsplaat sprenkelen en zevenmaal wat bloed op de grond ervoor. Daarna moet hij de bok voor het reinigingsoffer van het volk slachten, en het bloed naar de heilige ruimte achter het voorhangsel brengen. Met het bloed moet hij hetzelfde doen als met het bloed van de stier: hij moet het op de verzoeningsplaat en op de grond ervoor sprenkelen.

Leviticus 16:19. … en vervolgens met zijn vinger het altaar zevenmaal met het bloed besprenkelen. Zo reinigt hij het van de onreinheid van de Israëlieten en heiligt hij het weer.

Numeri 8:7. Je moet hen besprenkelen met reinigingswater, en vervolgens moeten ze hun hele lichaam scheren en hun kleren wassen. Daarna zijn ze rein.
Opmerking: mei chattat is hier vertaald met reinigingswater. De HSV vertaalt met

Numeri 19:4. De priester Eleazar moet zijn vinger in het bloed dopen en het zevenmaal in de richting van de voorkant van de ontmoetingstent sprenkelen.

Numeri 19:18-21. Iemand die rein is moet dan een majoraantak nemen, die in het water dopen en daarmee de tent, alle vaten en de mensen die in de tent geweest zijn besprenkelen. Hetzelfde moet gebeuren met degene die beenderen, het lijk van iemand die gedood of gestorven is, of een graf heeft aangeraakt. De reine persoon moet de onreine op de derde en op de zevende dag besprenkelen. Nadat hij de onreine op de zevende dag gereinigd heeft, moet deze zijn kleren en zijn lichaam met water wassen. ’s Avonds is hij dan weer rein. Deze wet blijft voor altijd van kracht. Wie het reinigingswater sprenkelt, moet zijn kleren wassen; wie het reinigingswater aanraakt, blijft tot de avond onrein.
Opmerking: het is beter om te vertalen met het water van de afwijzing. Dan is ook te begrijpen waarom dit water onrein is.

Uit de andere boeken van het Oude Testament

2 Koningen 9:33 .. en Jehu beval hun: ‘Gooi haar het raam uit!’ Ze wierpen haar (Izebel) naar beneden, zodat haar bloed tegen de stadsmuur en tegen de paarden opspatte. Jehu vertrapte haar lichaam.

Jesaja 52:13-15. Ja, mijn dienaar zal slagen, hij zal groots zijn en hoogverheven. Zoals hij velen deed huiveren – zo mismaakt was hij, zo weinig menselijk zijn aanblik, zijn uiterlijk had niets meer van een mens –, zo zal hij veel volken opschrikken, en koningen zullen sprakeloos staan. En zij aan wie niets was verteld, zullen zien, zij die niets hadden gehoord, zullen begrijpen.

Opmerking 1: de NBV vertaalt met opschrikken. KJV: so shall he sprinkle many nations . HSV: zó zal Hij vele heidenvolken besprenkelen. SV: Alzo zal Hij vele heidenen besprengen .
Opmerking 2: Het gaat hier naar mijn mening over Jeshua. ‘zo gruwelijk, zo onmenselijk was zijn aanblik’ vers 14. Door de film the Passion weten we hoe het was. Het bloed van Jeshua werd en wordt gesprenkeld over veel volken.
Opmerking 3: hier staat een enorme openbaring en dat al in de tijd van Jesaja. De dienaar Jezus heeft met zijn offer hele volken weten te besprenkelen voor reiniging en verzoening.

Jesaja 63:3. Ik heb de perskuip alleen getreden, geen van de volken hielp me daarbij. Ik trad hen in mijn woede, vertrapte hen in mijn toorn. Hun bloed bespatte mijn kleren, al mijn kleren werden besmeurd.
Opmerking: hier gaat het om de bloedspetters van tegenstanders. Net zoals destijds het bloed van koningin Izebel opspatte. 2 Koningen 9:33.

Wat kunnen we hiervan leren?
In de Bijbel wordt 24 keer nazah, het Hebreeuwse woord voor besprenkelen gebruikt. Het besprenkelen gebeurt in de tora met verschillende stoffen namelijk olie (4x), olie en bloed (1x), bloed (12x) en water (4x), waaronder eenmaal reinigingswater, zie bij punt 4.

Er worden ook verschillende zaken besprenkeld. Namelijk: gezalfde olie die op Aäron en zijn kleren en zijn zoons en hun kleren wordt besprenkeld.

Hoe wordt besprenkeld?

Zevenkeer met bloed in de richting van het voorhangels voor het heiligdom. Exodus 29:21.

Besprenkelen van bloed aan de zijkant van het altaar. Leviticus 4
Besprenkelen van bloed op kleding. Leviticus 5.
‘Zo zal hij (mijn dienaar) veel volken besprenkelen’, Leviticus 6.

Nieuwe Testament

In het Nieuwe Testament komen de volgende Griekse woorden voor, die met besprenkelen te maken hebben.

WoordSoort woordStrong:Opmerkingen:
1ῥαντίζω
rantizō
WerkwoordG4472Besprenkelen
Komt 4 keer voor in 4 verzen
2ῥαντισμός
rantismos
Zelfstandig
naamwoord
mannelijk
G4473Besprenkeling
Komt 2 keer voor
KJV: sprinkling (2x).
3πρόσχυσις
proschysis
Zelfstandig
naamwoord
vrouwelijk
G4378Uitsmeren
Komt eenmaal voor
KJV: sprinkling (1x).

Het woord proschysis zou je wellicht beter met uitgieten of uitsmeren kunnen vertalen. NBV en HSV vertalen met besprenkelen.

Teksten met rantizo

Hebreeën 9:13-14. Want als het lichaam van wie onrein is al wordt gereinigd en geheiligd wanneer het besprenkeld wordt met het bloed van bokken en stieren of bestrooid met de as van een jonge koe, hoeveel te meer zal dan niet het bloed van Christus, die dankzij de eeuwige Geest zichzelf heeft kunnen opdragen als offer zonder smet, ons geweten reinigen van daden die tot de dood leiden, en het heiligen voor de dienst aan de levende God?
Opmerking: bestrooid.

Hebreeën 9:19-22. Want nadat Mozes alle voorschriften van de wet aan heel het volk had voorgelezen, nam hij het bloed van jonge stieren en bokken, water, karmozijnrode wol en majoraan, en besprenkelde zowel het boek zelf als heel het volk, en verklaarde: ‘Dit is het bloed van het verbond dat God aan u heeft opgelegd.’ Vervolgens besprenkelde hij op dezelfde manier de tabernakel en alle voor de eredienst benodigde voorwerpen met het bloed. Volgens de wet wordt inderdaad vrijwel alles met bloed gereinigd, want als er geen bloed wordt uitgegoten, vindt er geen vergeving plaats.
Opmerking: uitgegoten

Hebreeën 10:19-22. Broeders en zusters, dankzij het bloed van Jezus kunnen we zonder schroom het heiligdom binnengaan. Hij heeft voor ons met zijn lichaam, door het voorhangsel heen, een nieuwe, levende weg gebaand, en doet nu als hogepriester dienst in het huis van God. Laten we God dan naderen met een oprecht hart en een vast geloof, nu ons geweten gereinigd is door de besprenkeling van ons hart, en ons lichaam met zuiver water is gewassen.
Opmerking: gewassen.

Teksten met rantismos besprenkelijking

Hebreeën 12:22-24. Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem en tot tienduizendtallen van engelen, tot een feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, en tot de Middelaar van het nieuwe verbond, Jezus, en tot het bloed van de besprenkeling, dat van betere dingen spreekt dan dat van Abel. [HSV]

1 Petrus 1:1-2. Petrus, een apostel van Jezus Christus, aan de vreemdelingen in de verstrooiing in Pontus, Galatië, Kappadocië, Asia en Bithynië, uitverkoren overeenkomstig de voorkennis van God de Vader, door de heiliging van de Geest, tot gehoorzaamheid en besprenkeling met het bloed van Jezus Christus: moge genade en vrede voor u vermeerderd worden. [HSV]

De tekst met proschysis

Hebreeën 11:28. Door het geloof heeft hij het paasfeest gevierd en de deurposten met bloed bestreken, opdat de verderver de eerstgeborenen van Israël niet zou aanraken. [Willibrord]
Opmerking: NBV en HSV vertalen met het woord besprenkelen.

Wat kunnen we van deze teksten leren?
Het besprenkelen met bloed had onder het oude verbond een sterke verzoenende kracht.

Of het bloed wordt besprenkeld, uitgesmeerd of uitgegoten dat maakt niet zoveel uit. De handelingen met het bloed hebben een verzoenende werking.

In het nieuwe verbond is het zo, dat als je je vereenzelvigd met Jezus, zijn bloed ook verzoenend werkt voor jou. Hierbij speelt ook de heiliging door de Heilige Geest, die gehoorzaamheid bewerkt een rol. Het offer van Jezus, de zoon van God, was van en enorme grootheid.

Andere bronnen

In de samenvatting van de Joodse leefregels de Kitsoer Sjoelchan Aroech heb ik niet over besprenkelen gevonden. In de protestantse kerken worden baby’s en volwassenen met water besprenkeld bij de doop. Bij de evangelische ben ik besprenkeling tot nu toe niet tegengekomen. In de Anglicaanse kerk en de Katholieke kerk komt ook besprenkeling met water voor bij de doop maar ook los daarvan als geestelijke handeling. Hieronder meer over deze twee bronnen.

Het boek Herstel van Identiteit van Leanne Payne
In dit boek is hoofdstuk 11 gewijd aan het gebruik van heilig water en andere krachtige krachtige christelijke symbolen en middelen bladzijde 217 tot en met 237.

Het hoofdstuk begint met een citaat van vijf teksten uit de Bijbel:
Exodus 30:17-18. De HEER zei tegen Mozes: ‘Maak een bronzen wasbekken op een bronzen onderstel, voor de wassingen. Zet het tussen de ontmoetingstent en het altaar en doe er water in. 
Numeri 5:17. Hij vult een kom met heilig water en vermengt dat met stof dat op de vloer van de tabernakel ligt. 
Numeri 8:7a. Je moet hen besprenkelen met reinigingswater
Johannes 3:5. Jezus antwoordde: ‘Werkelijk, Ik verzeker u, niemand kan het koninkrijk van God binnengaan tenzij hij geboren wordt uit water en Geest.
Handelingen 22:16. Wat aarzel je dan nog? Sta op, laat je dopen en je zonden wegwassen, terwijl je zijn naam aanroept.”

Er zijn diverse handelingen met water. Door ze in geloof uit te voeren hebben ze ook geestelijke kracht. Zie ook de studie van de doop in water.

Leanne beschrijft een tweetal gebeden voor het zegenen van het water nadat het water en zout klaargemaakt is.

De priester spreekt eerst uit:

Onze hulp is in de naam van de Heer die hemel en aarde gemaakt heeft.

Levende en ware God, u gebood uw profeet Elia om zout in het water te
werpen om de onvruchtbaarheid ervan te genezen. Laat dit zout symbool zijn voor de zuiverende werking van uw Geest in het water dat wij zullen zegenen in uw naam. Moge het zout vrij zijn van alles wat onzuiver is, zodat de werkelijkheid van uw zuiverheid door dit symbool tot ons mag komen. Mogen al diegenen die ervan nemen in Jezus’ naam gezondheid ontvangen naar ziel en lichaam, en mogen door de kracht van zijn aanwezigheid in dit symbool alle onreinheid van denken en geest, alle ijdele voorstellingen en alle onreine machten verdreven worden. Zegen en heilig dit zout in zijn heilige naam. Amen.

Vader, die tot redding van de mensheid hebt verordend dat water zou
worden gebruikt in een van uw belangrijkste sacramenten, stort de kracht van uw zegen uit over dit water opdat het rein mag zijn. Wij wijden het nu aan u. Wilt u door uw goddelijke genade en redding, waar het symbool voor staat, geven dat het de kracht van het kwaad mag verbreken, ziekte op de vlucht doen slaan en duivelse machten mag verdrijven. Mogen allen die ermee worden besprenkeld vrij worden van alle onreinheid en bevrijd worden van iedere soort pijn. Laat zo alle listen van de verscholen vijand van hen vertrekken. Als er iets is wat valstrikken spant tegen hun veiligheid of vrede, laat het wegvluchten voor het besprenkelen van dit water, zodat de gezondheid die zij zoeken door uw naam aan te roepen beschermd mag worden tegen alles wat hen bedreigt. Wij vragen u dit in de naam van Christus, onze Heer. Amen.

Dan zal de priester het zout in het water strooien, in de vorm van een kruis en dan het tweede gebed zeggen:

De Heer zij met u en met uw geest.

Heer God, u bent de almachtige Schepper. U bent de koning van het rijk
dat niet omver kan worden geworpen. U onderdrukt alle heerschappij die tegen u is en beheerst het woeden van de boosaardige vijand. In alle nederigheid vragen wij u, laat uw licht schijnen op dit mengsel van zout en water en heilig het met de dauw van uw goedertierenheid. Wij vragen u dat het, waar het ook gesprenkeld zal worden onder aanroeping van uw heilige naam, iedere bezoeking van een boze geest zal verjagen en dat de macht van de boze verjaagd zal worden. Ook vragen wij dat daar waar het gesprenkeld zal worden, de tegenwoordigheid van de heilige Geest gegeven wordt aan ieder die om uw genade vraagt. Wij vragen dit door Jezus Christus onze Heer, die met u, in eenheid met de heilige Geest eeuwig leeft en regeert. Amen.

Katechismus van de Katholieke kerk
In hoofdstuk 4, de andere liturgische vieringen, gaat het in artikel 1 over de sacramentalia.

Stelling 1667. “Onze heilige moeder de kerk heeft sacramentalia ingesteld. Dit zijn heilige tekenen, waardoor, enigszins in navolging van de sacramenten, vooral vruchten van geestelijke aard aangeduid en uit kracht van het smeekgebed van de kerk verkregen worden. Door deze sacramentalia worden de mensen in de juiste gesteltenis gebracht om de eigenlijke vrucht van de sacramenten te ontvangen en worden allerlei levensomstandigheden geheiligd”.

Stelling 1168. Zij zijn door de kerk ingesteld om bepaalde kerkelijke ambten, levensstaten, allerlei omstandigheden van het christelijk leven te heiligen, evenals het gebruik van voorwerpen die van nut zijn voor de mens. Zij kunnen ook, naar de pastorale besluiten van de bisschoppen, beantwoorden aan de noden, de cultuur en de geschiedenis die eigen zijn aan het christenvolk van een bepaalde streek of tijd. Zij bevatten steeds een gebed, vaak vergezeld van een welomschreven teken, zoals de handoplegging, het kruisteken, de besprenkeling met wijwater
(ter herinnering aan het doopsel).

Stelling 1669. Zij vallen onder het priesterschap zoals dit door het doopsel verleend wordt: elke gedoopte wordt geroepen een “zegen” te zijn en te zegenen. Daarom kunnen leken bepaalde zegeningen verrichten; hoe meer een zegening het kerkelijke en sacramentele leven betreft, hoe meer het voorgaan in een viering aan de gewijde bedienaar (bisschoppen, priesters of diakens) voorbehouden zal zijn.

Stelling 1670. De sacramentalia verlenen de genade van de heilige Geest niet op sacramentele wijze, maar door het gebed van de kerk maken zij ons ontvankelijk voor de genade en gereed tot medewerking. “Bijna elke gebeurtenis in het leven van de gelovigen verkrijgt als ze goed ingesteld zijn een heiliging door de goddelijke genade die voortvloeit uit het paasmysterie van het lijden, de dood en de verrijzenis van Christus, waaraan alle sacramenten en sacramentalia hun kracht ontlenen, en vrijwel elk eerzaam gebruik van de stoffelijke dingen kan gericht
worden dit doel: de heiliging van de mens en de verheerlijking van God”

Overwegingen

De besprenkeling in het oude verbond moest precies en nauwkeurig worden uitgevoerd zoals de HEER dat had aangegeven. Het offeren was iets pijnlijks en ingrijpends, het kostte toch het leven van een dier? Maar daarnaast het in gehoorzaamheid uitvoeren van de handelingen, denk ik, wat aangaf dat ondanks alles men toch wel gehoorzaam wilde zijn.

De praktijk in de anglicaanse kerk voor de besprenkeling met water lijkt mij, mits in geloof en met toewijding uitgevoerd, een mooie praktijk om in het werk van Gods Koninkrijk uit te voeren.

Er zijn naast besprenkelen ook twee andere geestelijke handelingen, die hier op lijken. Dat is het dopen en dat is het zalven. Van beide handelingen is ook een studie op deze site.

Lessen

Het besprenkelen lijkt een handeling voor het oude verbond. Onder het nieuwe verbond zijn we als het ware besprenkeld met het bloed van Jezus. Namelijk als we in gehoorzaamheid met Jezus verbonden zijn.

We willen weer opnieuw van Jezus leren. Hij gaf lessen voor een goed leven.