Studie Pastoraat

De beschikbaarheid van pastorale zorg is één van de aantrekkelijke kanten van een kerk of gemeente. Ik ken wel mensen die toen ze ouder werden een kerk uitkozen waar de pastorale zorg goed bekend stond.

Deze studie gaat over wat er in de Bijbel staat over de pastorale zorg ook wel herderlijke zorg genoemd.

De teksten komen uit de NBV vertaling tenzij anders aangegeven.

Studievragen

Zegt de Bijbel ook dat de pastorale zorg een aantrekkelijke kant van een gemeenschap is?

Hoe kan of moet zelfs, de pastorale zorg worden gedaan volgens de Bijbel?

Wie kan allemaal pastor worden of zijn?

Oude Testament

<<dit deel moet nog worden ingevuld>>

Nieuwe Testament

In het Nieuwe Testament worden diverse woorden gebruikt, die een beeld geven van de herderlijke zorg.

WoordSoort woordStrongOpmerkingen:
1ποιμαίνω
poimainō
WerkwoordG4165
SB3632
Weiden, hoeden
Komt 11 keer voor in 11 verzen.
KJV: feed (6x), rule (4x), feed cattle (1x).
2ποιμήν
poimēn
Zelfstandig
naamwoord
mannelijk
G4166
SB3633
Herder
Komt 18 keer voor in 17 verzen.
KJV: shepherd (15x), Shepherd (2x), pastor (1x).
3ἀρχιποίμην
archipoimēn
Zelfstandig
naamwoord
mannelijk
G750
SB684
Opperherder
Komt eenmaal voor
KJV: chief shepherd (1x).
4ποίμνη
poimnē
Zelfstandig
naamwoord
vrouwelijk
G4167
SB3634
Kudde
Komt 5 keer in 4 verzen voor
KJV: flock (4x), fold (1x).
5ποίμνιον
poimnion
Zelfstandig
naamwoord
onzijdig
G4168
SB3635
Kuddetje
Komt 5 keer voor in 5 verzen.
KJV: flock (5x).

In 38 verzen gaat het om de herderlijke zorg.

Het werkwoord poimainō kun je afhankelijk van de context met weiden of hoeden vertalen. Als het om eten en drinken gaat zou je met weiden kunnen vertalen omdat je ontvangt wat een weide biedt. AIs er geweld nodig is, dan kun je beter met hoeden vertalen,

Het zelfstandig naamwoord poimēn kun je met herder vertalen. De KJV vertaalt eenmaal met ‘pastor’ namelijk in het rijtje bedieningen van Efeziërs 4:11.

Het woord voor kudde is in het Grieks een woord dat lijkt op het Griekse woord voor herder. In het Nederlands kennen we dat niet zo. Het Nieuwe Testament gebruikt ook nog een verkleinwoord, poimnion, kuddetje.

De teksten met arnion, lam, SB658, en schaap SB3721, leveren wellicht ook nog mooie inzichten op. Die zijn nog niet onderzocht.

Voor een groep varkens, zie het verhaal van de varkens, die in het meer verdronken en de verloren zoon, die varkens hoedde gebruiken de schrijvers van het Nieuwe Testament andere woorden. Zou dat zijn omdat varkens onreine dieren zijn?

De herders bij Bethlehem

Een veel geciteerd verhaal rond Kerstfeest is het bezoek van de engelen aan de herders in het veld bij Bethlehem.

Lucas 2:8-14. En er waren herders in diezelfde streek, die zich ophielden in het open veld en ’s nachts de wacht hielden over hun kudde. En zie, een engel van de Heere stond bij hen en de heerlijkheid van de Heere omscheen hen en zij werden zeer bevreesd. En de engel zei tegen hen: Wees niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal, namelijk dat heden voor u geboren is de Zaligmaker, in de stad van David; Hij is Christus, de Heere. En dit zal voor u het teken zijn: u zult het Kindje vinden in doeken gewikkeld en liggend in de kribbe. En plotseling was er bij de engel een menigte van de hemelse legermacht, die God loofde en zei: Eer zij aan God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde, in mensen een welbehagen.

15:20. En het geschiedde, toen de engelen van hen weggegaan waren naar de hemel, dat de herders tegen elkaar zeiden: Laten wij dan naar Bethlehem gaan en dat woord zien dat er geschied is, dat de Heere ons bekendgemaakt heeft. En zij gingen met haast en vonden Maria en Jozef, en het Kindje liggend in de kribbe. Toen zij Het gezien hadden, maakten zij overal het woord bekend dat hun over dit Kind verteld was. En allen die het hoorden, verwonderden zich over wat door de herders tegen hen gezegd werd. Maar Maria bewaarde al deze woorden en overlegde die in haar hart. En de herders keerden terug en zij verheerlijkten en loofden God om alles wat zij gehoord en gezien hadden, zoals tot hen gesproken was. [HSV]

Het was een daad van geloof dat de herders op weg gingen. Dat die herders het kind vonden was al door God aangegeven.

Zou het nog een speciale betekenis hebben dat juist herders deze belangrijke rol kregen?

Er is wel gesuggereerd dat de herder Levieten waren, die pasten op de kudde schapen, die bij de najaar feesten zouden worden geslacht.

Waarom werden naast de wijzen uit het Oosten juist de herders bij Bethlehem door God werden ingelicht? Toevallig? Onder leiding van God hebben gebeurtenissen een bedoeling. Ik moet er aan denken dat het is omdat Jezus ook vooral een herder zou zijn. En omdat hij een schaap zou zijn dat als offer zou gaan dienen.

God als herder

In enkele teksten gaat het over God of Jezus als herder.

Matteüs 2:6. En u, Bethlehem, land van Juda, bent beslist niet de minste onder de vorsten van Juda, want uit u zal de Leidsman voortkomen Die Mijn volk Israël weiden zal. [HSV]

Dit gaat over het eind van de tijd over Jezus terugkomt.
Matteüs 25:32. Dan zullen alle volken voor hem worden samengebracht en zal hij de mensen van elkaar scheiden zoals een herder de schapen van de bokken scheidt.
Opmerking: voor de mensen, die anderen steeds hebben geholpen is het Koninkrijk van God, voor de mensen, die nooit anderen helpen het vuur. En wat voor de mensen, die wel eens een ander helpen, maar dikwijls ook niet? Antwoord: ik weet het niet.

Matteüs 26:31. Onderweg zei Jezus tegen hen: ‘Jullie zullen mij deze nacht allemaal afvallen, want er staat geschreven: “Ik zal de herder doden, en de schapen van zijn kudde zullen uiteengedreven worden.”
Marcus 14:27. Jezus zei tegen hen: ‘Jullie zullen allemaal ten val komen, want er staat geschreven: “Ik zal de herder doden, en de schapen zullen uiteengedreven worden.”
Opmerking: deze woorden verwijzen naar een tekst in het boek Zacharia.
Zacharia 13:7b: Sla die Herder en de schapen zullen overal verspreid worden. [HSV}

Gelukkig spreekt Jezus direct daarna ook een woord van hoop.
Matteüs 26:32.Maar nadat Ik uit de dood ben opgewekt, zal Ik jullie voorgaan naar Galilea.’ 
Ook deze gedachte komt in het boek Zacharia voor
Zacharia 13:7c: Maar Ik zal Mijn hand tot de kleinen wenden. [HSV]

In Johannes 10 staat het verhaal van Jezus dat hij de goede Herder is. Het is niet alleen het verhaal over Jezus de goede herder maar ook hij wij als herder moeten zijn.

Johannes 10:1-2. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wie de schaapskooi niet door de deur binnengaat, maar van elders naar binnen klimt, die is een dief en een rover. Maar wie door de deur naar binnen gaat, die is herder van de schapen.

Het tweede deel gaat er vooral over hoe de mensen een herder nodig hebben, zie het volgende hoofdstuk.

Johannes 10:11. Ik ben de goede Herder; de goede herder geeft zijn leven voor de schapen.
Opmerking: het Hebreeuwse goed staat tegenover kwaad en niet tegenover fout of onjuist. Een goede Herder levert voor zijn schapen goede dingen voedsel, bescherming, aandacht en wat dan ook.

Johannes 10:12-15. Maar de huurling en wie geen herder is, die de schapen niet tot eigendom heeft, ziet de wolf komen en laat de schapen in de steek en vlucht; en de wolf grijpt ze en drijft de schapen uiteen. En de huurling vlucht, omdat hij een huurling is en zich niet om de schapen bekommert. Ik ben de goede Herder en Ik ken de Mijnen en word door de Mijnen gekend, zoals de Vader Mij kent en Ik de Vader ken; en Ik geef Mijn leven voor de schapen.

Johannes 10:16. Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn; ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder. [HSV]
Opmerking: het lijkt mij dat Jezus hier spreekt over de mensen, de volken, die nog in Hem zullen gaan geloven.

Hebreeën 13:18-21. Bid voor ons. We zijn ervan overtuigd dat ons geweten zuiver is, omdat we er op elk terrein naar streven het goede te doen. Toch vraag ik dringender dan ooit om uw gebed, zodat ik des te eerder bij u zal worden teruggebracht. Moge de God van de vrede, die onze Heer Jezus, de machtige herder van de schapen, door het bloed van het eeuwig verbond uit het dodenrijk heeft weggeleid, u toerusten met al het goede, zodat u zijn wil kunt doen. Moge Hij in ons datgene tot stand brengen wat Hem welgevallig is, door Jezus Christus, aan wie de eer toekomt, tot in alle eeuwigheid. Amen.

1 Petrus 2:25. Eens dwaalde u als schapen, nu bent u teruggekeerd naar hem die de herder is, naar hem die uw ziel behoedt.

Openbaring 7:17. Want het Lam, Dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en zal hen geleiden naar de levende waterbronnen. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen. [HSV]

Dit gaat over de vrouw in de geschiedenis van de vrouw, het kind en de draak.
Openbaring 12:5. Maar toen ze het kind gebaard had – een zoon, die alle volken met een ijzeren herdersstaf zal hoeden –, werd het dadelijk weggevoerd naar God en zijn troon.

Hier gaat het over de ruiter op het witte paard.
Openbaring 19:15. Uit zijn mond komt een scherp zwaard waarmee hij de volken zal slaan, en hij zal hen met een ijzeren herdersstaf hoeden. Hij zal de wijnpers van de hevige woede van de almachtige God treden.

Het beeld van de ijzeren staf is ook te lezen in Psalm 2, het gaat daar bij om de gezalfde in Sion. En dat de gezalfde met kracht zijn kudde zal weiden o.a. in Micha 5:3.
Psalm 2:9. Jij zult ze breken met een ijzeren staf, ze stukslaan als een aarden pot.’
Micha 5:3. Hij zal aantreden en hen als een herder weiden, bekleed met de macht van de HEER, zijn God, met de majesteit van diens verheven naam. Zij zullen veilig wonen, want hij zal heersen tot aan de einden der aarde.

Wat kunnen we van deze teksten leren?
De gezalfde zal het volk Israël weiden (Matteüs 2). De gezalfde zal bij het eind van de wereld de mensen sorteren (Matteüs 25).

Jezus de herder werd voor een korte tijd van zijn volgelingen verdreven, maar Hij ging ze al weer spoedig voor (Matteüs 26 en Marcus 14).

Jezus is een herder die goede dingen doet voor zijn kudde. Als het nodig is geeft hij zijn leven voor de kudde. Hij zorgt ook voor de kudde van een ander stal (Johannes 10).

Jezus behoedt onze ziel (1 Petrus 2).

Hij zal zijn kudde weiden naar levende waterbronnen (Openbaring 7).

Hij zal de volken weiden met een ijzeren staf, een harde hand. Dat harde lijkt mij ook nodig, het kan niet anders helaas (Openbaring 12 en 19).

Mensen als herder

In een aantal teksten gaat het over mensen als herder.

Dit is een toelichting van Jezus over het thema Heer en knecht.
Lukas 17:7-10. En wie van u die een dienaar heeft die ploegt of de kudde weidt, zal meteen, als hij van de akker komt, tegen hem zeggen: Kom maar en ga aanliggen? Zal hij echter niet tegen hem zeggen: tref voorbereidingen, zodat ik vanavond de maaltijd kan gebruiken, omgord u en bedien mij, totdat ik gegeten en gedronken heb, en eet en drinkt u daarna? Hij bedankt die dienaar toch zeker niet, omdat hij gedaan heeft wat hem opgedragen was? Ik meen van niet. Zo moet ook u, wanneer u gedaan hebt al wat u opgedragen is, zeggen: Wij zijn onnutte dienaren, want wij hebben slechts gedaan wat wij moesten doen. [HSV]

In Johannes 10, zie citaten bij het vorige hoofdstuk staan ook aanwijzingen voor de herders onder mensen.
Je moet door de deur naar binnen (vers 2)
Je moet een herder zijn, die goede dingen levert (vers 11)
Je moet de schapen ook als jouw eigendom voelen (ver 12)
Je moet zorgen dat ze jou kennen en jij de schapen kent (vers 15)
Je moet oog hebben voor mensen, die nog niet bij de schaapskooi horen (vers 16)

Dit is het gesprek van Jezus en Petrus na de opstanding.
Johannes 16:15-17. Toen zij dan de maaltijd gebruikt hadden, zei Jezus tegen Simon Petrus: Simon, zoon van Jona, hebt u Mij meer lief dan dezen? Hij zei tegen Hem: Ja, Heere, U weet dat ik van U houd. Hij zei tegen hem: Weid Mijn lammeren. Hij zei opnieuw tegen hem, voor de tweede keer: Simon, zoon van Jona, hebt u Mij lief? Hij zei tegen Hem: Ja, Heere, U weet dat ik van U houd. Hij zei tegen hem: Hoed Mijn schapen.
Hij zei voor de derde keer tegen hem: Simon, zoon van Jona, houdt u van Mij? Petrus werd bedroefd, omdat Hij voor de derde keer tegen hem zei: Houdt u van Mij? En hij zei tegen Hem: Heere, U weet alle dingen, U weet dat ik van U houd. Jezus zei tegen hem: Weid Mijn schapen. [HSV]

Opmerking 1: in vers 15 en 17 wordt het woord voeden gebruikt, G1006, een woord dat verder alleen bij het verhaal van voeden van varkens wordt gebruikt, wat de betekenis daarvan is weet ik niet. Zou het er op wijzen dat Petrus ook mensen uit de volken zou weiden en hoeden?

Opmerking 2: ik heb wel eens een preek gehoord waarin een opgaande lijn werd aangegeven. Zowel wat houden van betreft als de taak, die Petrus krijgt. Dat vind ik nog niet terug.

Dit is wat Paulus tegen de leiders van de gemeente van Efeze zegt. Handelingen 20:28-30. Zie dan toe op uzelf en op heel de kudde, te midden waarvan de Heilige Geest u tot opzieners aangesteld heeft om de gemeente van God te weiden, die Hij verkregen heeft door Zijn eigen bloed. Want dit weet ik: dat na mijn vertrek wrede wolven bij u zullen binnenkomen, die de kudde niet sparen; en dat uit uw eigen midden mannen zullen opstaan die de waarheid verdraaien om de discipelen weg te trekken achter zich aan.
Opmerking: hier twee keer het verkleinwoord van kudde. De gemeente was blijkbaar in deze grote stad nog een kleine groep.

En dit schrijft de apostel Paulus aan de gemeente van Korinthe.
1 Korintiërs 5:6-9. Of hebben alleen ik en Barnabas geen recht om niet te werken? Wie dient ooit in het leger en betaalt zijn eigen soldij? Wie plant een wijngaard en eet niet van zijn vrucht? Of wie weidt een kudde en voedt zich niet met de melk van de kudde? Spreek ik dit naar de mens? Of zegt ook de wet niet hetzelfde? Want in de wet van Mozes staat geschreven: U mag een dorsende os niet muilbanden. Bekommert God Zich alleen maar om de ossen?
Opmerking: ook hier twee keer het verkleinwoord voor kudde.
Les: als je werkt in het pastoraat mag je er ook van genieten.

En dit aan de gemeente van Efeze.
Efeziërs 4:11. En hij is het die apostelen heeft aangesteld, en profeten, evangelieverkondigers, herders en leraren.
Opmerking: dit zijn bedieningen van de Geest. Het is dus goed om in de gemeente de beweging van de Geest op te merken en te ontdekken wie de Geest deze taken heef gegeven.

1 Petrus 5:1-4. De ouderlingen onder u roep ik ertoe op, als medeouderling en getuige van het lijden van Christus en deelgenoot van de heerlijkheid die geopenbaard zal worden: Hoed de kudde van God die bij u is en houd daar toezicht op, niet gedwongen, maar vrijwillig; niet uit winstbejag, maar bereidwillig; ook niet als mensen die heerschappij voeren over het erfdeel van de Heere, maar als mensen die voorbeelden voor de kudde geworden zijn. En als de Opperherder verschijnt, zult u de onverwelkbare krans van de heerlijkheid verkrijgen. [HSV]
Opmerking 1: je kunt ook vertalen met de Opperherder, de herder van de herders.
Opmerking 2: wat hier met ‘hoed’ is vertaald kun je ook met weiden vertalen.
Opmerking 3: hier twee keer het zelfstandig naamwoord onzijdig.

Dit gaat over de gemeente van Thyatira. Zij krijgen een grote opdracht.
Openbaring 2:26-27 En wie overwint en wie Mijn werken tot het einde toe in acht neemt, hem zal Ik macht geven over de heidenvolken. En hij zal hen hoeden met een ijzeren staf – zij zullen als kruiken van een pottenbakker verbrijzeld worden – zoals ook Ik die macht van Mijn Vader heb ontvangen. [HSV]
Opmerking: zie in het vorige hoofdstuk wat over een ijzeren herdersstaf is genoemd.

Wat kunnen we van deze teksten leren?
Herders onder de mensen zullen dezelfde dingen doen als herder Jezus.

De Geest van God zal je duidelijk maken en ook de omgeving, die Gods leiding kan horen wie een herder is (Efeziërs 4)

Als de Opperherder verschijnt dat zullen de goede herder onder de mensen worden geëerd door God.

Mensen, die een herder nodig hebben.

In dit hoofdstuk staan teksten, die gaan over mensen, die een herder nodig hebben, hoe het is zonder herder en wat een herder zou kunnen doen.

Matteüs 9:36-38. Toen hij de mensenmenigte zag, voelde hij medelijden met hen, omdat ze er uitgeput en hulpeloos uitzagen, als schapen zonder herder. Hij zei tegen zijn leerlingen: ‘De oogst is groot, maar er zijn weinig arbeiders. Vraag dus de eigenaar van de oogst of Hij arbeiders wil sturen om de oogst binnen te halen.’
Marcus 6:34. Toen hij uit de boot stapte, zag hij een grote menigte en voelde medelijden met hen, omdat ze leken op schapen zonder herder, en hij onderwees hen langdurig.

Lucas 12:27-32. Let op de lelies, hoe zij groeien. Ze werken niet en spinnen niet, en Ik zeg u dat zelfs Salomo in al zijn heerlijkheid niet gekleed ging als één van deze. Als God nu het gras op het veld, dat er vandaag is en morgen in de oven geworpen wordt, zo bekleedt, hoeveel te meer u, kleingelovigen! En u, vraag niet wat u eten of wat u drinken zult, en wees niet verontrust. Want naar al deze dingen zoeken de volken van de wereld. Uw Vader echter weet dat u deze dingen nodig hebt. Maar zoek het Koninkrijk van God en al deze dingen zullen u erbij gegeven worden. Wees niet bevreesd, kleine kudde, want het heeft uw Vader behaagd u het Koninkrijk te geven.

Opmerking: in het Grieks staat er bij kleine kudde micros poimnion. Poimnion is al een verkleinwoord voor kudde en dan staat er ook nog het woord micros, klein voor. Het is denk ik bedoeld als een koosnaampje. Jezus houdt van zijn kudde, hij heeft ze lief. Die Grote God gebruikt zijn klein kuddetje om grootse dingen te doen.

Dit is het tweede deel van het verhaal van Jezus dat Hij de goede herder is. Hier gaat het er vooral om dat de mensen een herder nodig hebben.

Johannes 10:3-10. Voor hem doet de deurwachter open en de schapen horen zijn stem, en hij roept zijn eigen schapen bij hun naam en leidt ze naar buiten. En wanneer hij zijn eigen schapen naar buiten gedreven heeft, gaat hij voor hen uit, en de schapen volgen hem, omdat zij zijn stem kennen. Maar een vreemde zullen zij beslist niet volgen, maar zij zullen van hem wegvluchten, omdat zij de stem van vreemden niet kennen. Deze gelijkenis sprak Jezus tot hen, maar zij begrepen niet wat datgene wat Hij tot hen sprak, betekende. Jezus dan zei opnieuw tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Ik ben de Deur voor de schapen. Allen die vóór Mij gekomen zijn, zijn dieven en rovers, maar de schapen hebben niet naar hen geluisterd. Ik ben de Deur; als iemand door Mij naar binnen gaat, zal hij behouden worden; en hij zal ingaan en uitgaan en weide vinden. De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben.

Opmerking 1: het is voor ons als schapen om te luisteren naar de herder(vers 3), hem te volgen (vers 5). Let op dat kan alleen als je zijn stem kent. Als je zijn stem niet kent, kun je ook niet Jezus volgen.
Opmerking 2: de schapen die Jezus volgen zullen behouden worden en ingaan en uitgaan en weide vinden. Zij zullen leven hebben en overvloed.

Judas 1:11-12. Wee hun, want zij zijn de weg van Kaïn ingeslagen en hebben zich om loon in de dwaling van Bileam gestort en zijn door het tegenspreken als van Korach omgekomen. Deze mensen zijn schandvlekken bij uw liefdemaaltijden. Als zij met u de maaltijd gebruiken, doen zij zichzelf onbeschroomd te goed. Zij zijn wolken zonder water, die door de winden heen en weer gedreven worden. Zij zijn als bomen in de late herfst, zonder vrucht, tweemaal gestorven en ontworteld. [HSV]
Opmerking: je zou ook kunnen vertalen: ze weiden zichzelf.

Wat kunnen we van deze teksten leren?
Mensen zonder herder kunnen hulpeloos en uitgeput zijn (Marcus en Matteüs). Wees niet bezorgd en bevreesd (Lukas 12). Schapen zonder een goede herder worden gestolen en geroofd (Johannes 10)

De goede herder zoekt anderen om te helpen. Hij geeft onderwijs. (Marcus en Matteüs). Hij geeft het Koninkrijk van God (Lucas 12). Hij geeft leven en overvloed (Johannes 10)

Mensen, die zonder de goede herder leven kunnen ontaard raken (Judas)

Andere bronnen

De woorden pastor en pastoraat komen in de vertalingen die op de site van de Bijbel.nl staan niet voor. Evenmin herderlijk of herderlijke zorg. Wat wel voorkomt is het woord herder. Het gaat over God als herder, maar ook over mensen als herders.

Er zijn diverse boeken over pastoraat geschreven. <<dit deel moet nog worden ingevuld>>

Lessen

Schapen zijn ten opzichte van andere dieren weerloze beesten. Zonder herder zijn ze kwetsbaar. Zo kijkt God dus naar mensen. Hij wil voor ons zorgen als kwetsbare en weerloze schepselen.

In 1 Petrus 5:4 spreekt de Bijbel over de Opperherder. De herder van de herders. De herders onder ons, hopelijk u ook, kijken zoals de opperherder het ons voordeed en voordoet. Wij volgen ook vandaag de dag de aanwijzingen van Jezus door de Heilige Geest.

Jezus was en is de goede herder. Het woord goed is de vertaling van het Hebreeuwse woord ’tov’. Dat woord heeft niet alleen de betekenis van goed maar ook van prachtig. Jezus zorgt voor iets moois voor degene waar Hij herder over is.

Jezus is niet alleen de goede herder, maar ook de juiste herder en de echte herder. Hij zoekt het beste voor jou en mij. Dat is een goede boodschap.

In Nederland zijn er veel mensen, binnen maar vooral ook buiten de kerk die niet weten of niet meer weten hoe ze verstandig moeten leven.

Daarom, als je de moed op kan brengen, wordt dan een herder want er zijn veel mensen om medelijden mee te krijgen omdat ze geen herder hebben.
Marcus 6:34. Toen hij uit de boot stapte, zag hij een grote menigte en voelde medelijden met hen, omdat ze leken op schapen zonder herder, en hij onderwees hen langdurig.

Wellicht kun je als werkvorm voor jezelf opschrijven wat je nodig heeft en wat je kan geven.

We willen weer opnieuw van Jezus leren. Hij gaf lessen voor een goed leven.