In de honderden jaren voor de komst van Jezus is de godsdienst van de Joodse mensen gevormd tot wat ze in de tijd van Jezus was. Hoe Jezus en de apostelen die godsdienst beoordeelden is te vinden in het Nieuwe Testament. Dat geeft ook een indruk over die godsdienst zelf.
Iedereen van het volk Israël was destijds de Joodse godsdienst toegedaan. Er waren wel verschillende stromingen zoals de Farizeeën de Sadduceeën en de Essenen. De mensen die Jezus gingen volgen, werden als een nieuwe stroming binnen het Jodendom gezien.
De teksten in deze studie zijn afkomstig uit de NBV vertaling, tenzij anders aangegeven.
Studievragen
Bij dit onderwerp zou je de volgende vragen kunnen stellen.
Wat zegt de Bijbel dat het Jodendom is?
Is het Jodendom onderdeel van het leven van de gelovigen?
Heeft het onderwerp Jodendom relaties met andere onderwerpen?
Hebben de Nederlandse vertalingen de woorden rond het Jodendom goed vertaald?
Hebben de kerken en christelijke gemeenten het onderwijs van de Bijbel over dit onderwerp ter harte genomen?
Wat zou de bedoeling van God zijn om de mensheid te leren?
Bij het hoofdstuk Lessen zijn de antwoorden op deze vragen te vinden.
Inleiding
In de tijd van Jezus zijn Judeeërs of Joden de aanduiding van de bevolking, die tot het volk Israël behoorden. Ze woonden in het zuidelijk deel van het land rond Jeruzalem en in de tijd van Jezus ook in allerlei dorpen en steden in het noordelijk deel van het land, in Galilea.
Hieronder de gegevens van het Nieuwe Testament over Joods, waarmee meestal Joodse mensen mee worden aangeduid. De nakomelingen van het volk Israël, die naar Israël zijn gekomen om daar hun geloof te beleven. Joodse mensen worden ook wel, ‘die van de besnijdenis’ genoemd.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | Ἰουδαῖος Ioudaios | Bijvoeglijk naamwoord | G2453 SB0252 | Joods Komt 196 keer voor in 187 verzen KJV: Jew (193x), of Judea (1x), Jewess (2x). |
Joods in Matteüs, Marcus en Lucas
De teksten van deze boeken zijn gesorteerd naar onderwerp.
Matteüs 2:2. Ze vroegen: ‘Waar is de koning van de Joden die onlangs geboren is? Wij hebben namelijk zijn ster zien opgaan en zijn gekomen om Hem te aanbidden.’
Marcus 7:3. .. de farizeeën en alle andere Joden eten namelijk pas als ze hun handen gewassen hebben, omdat ze zich aan de traditie van hun voorouders houden.
Lucas 7:3. Toen hij over Jezus hoorde, zond hij enkele oudsten van de Joden naar Hem toe om Hem te vragen bij hem te komen en zijn slaaf van de dood te redden.
Onderstaande teksten gaan over het verhoor en de kruisiging van Jezus.
Matteüs 27:11. Toen Jezus voor de gouverneur stond, stelde deze Hem de vraag: ‘Bent U de koning van de Joden?’ Jezus zei: ‘U zegt het.’
Marcus 15:2. Pilatus vroeg Hem: ‘Bent U de koning van de Joden?’ Hij antwoordde: ‘U zegt het.’
Opmerking: zelfde tekst in Lucas 23:3.
Marcus 15:9. Pilatus vroeg hun: ‘Wilt u dat ik de koning van de Joden vrijlaat?’
Marcus 15:12. Toen zei Pilatus tegen hen: ‘Wat moet ik dan doen met de man die u de koning van de Joden noemt?’
Matteüs 27:29. … vlochten een kroon van doorntakken en zetten die op zijn hoofd. Ze gaven Hem een rietstok in zijn rechterhand en vielen voor Hem op de knieën. Spottend zeiden ze: ‘Gegroet, koning van de Joden,’
Marcus 15:18. Daarna brachten ze Hem hulde met de woorden: ‘Gegroet, koning van de Joden!’
Lucas 23:37. … terwijl ze zeiden: ‘Als Je de koning van de Joden bent, red jezelf dan!’
Matteüs 27:37. Boven zijn hoofd bevestigden ze de aanklacht, die luidde: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden’.
Opmerking: zelfde tekst in Marcus 15:26.
Lucas 23:38. Boven Hem was een opschrift aangebracht: ‘Dit is de koning van de Joden’.
Matteüs 28:15. Ze namen het geld aan en deden zoals hun was opgedragen. En tot op de dag van vandaag doet dit verhaal onder de Joden de ronde.
Lucas 23:50-51. Er was ook een man die Josef heette en afkomstig was uit de Joodse stad Arimatea. Hij was een raadsheer, een goed en rechtvaardig mens, die de komst van het koninkrijk van God verwachtte en niet had ingestemd met het besluit en de handelwijze van de raad.
Opmerking: een ‘Joodse stad’ is geen stad, die van de Joden is, maar die Joods van karakter is omdat er voornamelijk Joodse mensen wonen. Hoewel Josef in zo’n stad woonde en zelfs lid was van de raad was hij toch onafhankelijk in zijn visie. Een voorbeeld om na te volgen.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Jezus wordt de koning van de Joodse mensen genoemd door de wijzen uit het Oosten en door de Romeinen. Dat lijkt me een profetische en terechte aanduiding. Matteüs 2:2, Matteüs 27 en 28, Marcus 15:18 en Lucas 23:37
Joods in Johannes en Handelingen
In het evangelie van Johannes komt het woord ‘Joods’ 71 keer voor. Hier alleen een samenvatting en één tekst, die er is uitgelicht.
Hoewel zowel Jezus als zijn discipelen Joodse mensen zijn gaat het als het om de Joden gaat in het evangelie van Johannes bijna altijd over de vertegenwoordigers van de Joodse godsdienst, die ook tevens een machtspositie hebben.
De teksten gaan over het uitvoeren van die machtspositie maar ook over de leefregels die ze belangrijk vinden en over opvattingen die ze belangrijk vinden. Bij deze allen botst het steeds met Jezus. <<in een volgende versie van deze studie zal hiervan een overzicht worden gegeven>>
Uit het evangelie van Johannes deze ene tekst. Jezus zegt dit in gesprek met de Samaritaanse vrouw.
Johannes 4:22. Het heil is uit de joden. [NBG].
Opmerking 1: het Griekse woord ‘soteria’ is met heil vertaald. Jezus sprak geen Grieks maar Aramees of Hebreeuws. Hij zal het woord Jeshu’ah, zijn eigen naam, hebben gebruikt.
Opmerking 2: de NBV vertaalt ‘soteria’ met redding, SV en HSV met ‘zaligheid’ en de KJV met ‘salvation’.
Opmerking 3: het heil is inderdaad uit de Joden: Abraham, Isaak en Jacob, Jozef, Mozes, David, de profeten, Jezus en daarna de apostelen en de velen die hen navolgden. Ook in onze tijd zijn de Joodse mensen een bron van heil.
In het het boek Handelingen komt het woord ‘Joods’ 82 keer voor. Hier gaan de teksten nog vaker over de strijd die de Joden aangaan met de gelovigen uit de Joden. Een enkele keer ontvingen de Joodse mensen de boodschap van de apostelen positief.
Hier een opmerkelijke tekst.
Handelingen 16:1-3. Hij kwam ook in Derbe en Lystra. In Lystra ontmoette hij een leerling die Timoteüs heette, de zoon van een gelovig geworden Joodse vrouw en een Griekse vader. Timoteüs stond goed aangeschreven bij de gelovigen in Lystra en Ikonium, en Paulus wilde hem met zich meenemen op reis. Hij liet hem eerst besnijden ter wille van de Joden in Lystra en Ikonium, die immers allen wisten dat Timoteüs een Griekse vader had.
Opmerking 1: voor een goede ingang bij de Joden werd Timoteüs besneden. Heftig voor Timoteüs.
Opmerking 2: als iemand een Griekse vader had, was namelijk dat hij besneden zou zijn, niet vanzelfsprekend.
Joods in de brieven en Openbaring
Romeinen 1:16. Voor dit evangelie schaam ik mij niet, want het is Gods reddende kracht voor allen die geloven, voor Joden in de eerste plaats, maar ook voor andere volken.
Opmerking: er is reddende kracht beschikbaar voor hen die geloven, voor de Joden in de eerste plaats.
Romeinen 2:9-10. Iedereen die het slechte doet wacht leed en ellende, de Joden in de eerste plaats, maar ook de andere volken. Maar iedereen die het goede doet wacht glorie, eer en vrede, de Joden in de eerste plaats, maar ook de andere volken.
Romeinen 2:17. En u die uzelf een Jood noemt, op de wet vertrouwt en u op God laat voorstaan …
Opmerking: uit het vervolg van de tekst blijkt dat dit alleen een voordeel is als de Joodse mens zich volledig houdt aan de wet.
Romeinen 2:28-29. Jood is men niet door uiterlijkheden, en het gaat ook niet om de uiterlijke, lichamelijke besnijdenis; Jood zijn is iets innerlijks en de besnijdenis is die van het hart. Het is het werk van de Geest, niet van een geschreven regel. En de lof die men ermee oogst, komt niet van mensen maar van God.
Romeinen 3:1-2. Wat hebben de Joden dan nog voor op anderen? Heeft het enig nut dat men besneden is? Zeer zeker, en in ieder opzicht. In de eerste plaats zijn het de Joden aan wie God zijn woord heeft toevertrouwd.
Romeinen 3:9. Wat betekent dit alles? Zijn wij nu in het voordeel? In het geheel niet, want ik heb immers al heel duidelijk gemaakt dat allen, zowel de Joden als de andere volken, in de macht van de zonde zijn.
Romeinen 3:29. Is God soms alleen de God van de Joden en niet ook van de andere volken? Zeker ook van de andere volken,
Romeinen 9:24. Hen heeft Hij ook geroepen: ons, die niet alleen uit het Joodse volk afkomstig zijn, maar uit alle volken,
Romeinen 10:12. En er is geen onderscheid tussen Joden en andere volken, want ze hebben allen dezelfde Heer. Hij geeft zijn rijke gaven aan allen die Hem aanroepen,
1 Korintiërs 1:22-24. De Joden vragen om wonderen en de Grieken zoeken wijsheid, maar wij verkondigen een gekruisigde Christus, voor Joden aanstootgevend en voor de andere volken dwaas. Maar voor wie geroepen zijn, zowel Joden als Grieken, is Christus Gods kracht en wijsheid.
1 Korintiërs 9:20-21. Voor de Joden ben ik als een Jood geworden om hen te winnen. Ikzelf sta niet onder de Joodse wet, maar toch heb ik me eraan onderworpen om hen die er wel onder staan te winnen. En voor hen die niet onder de Joodse wet staan, ben ik als iemand geworden die de wet niet heeft, om hen te winnen. Dit betekent niet dat ik de wet van God heb losgelaten, maar dat ik mij heb onderworpen aan de wet van Christus.
1 Korintiërs 10:32. Geef geen aanstoot aan Joden, aan Grieken of aan Gods gemeente.
1 Korintiërs 12:13. Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden; of we nu Joden of Grieken zijn, slaven of vrije mensen, we zijn allen van één Geest doordrenkt.
2 Korintiërs 11:24. Door de Joden ben ik vijfmaal met veertig min één zweepslagen gestraft,
Galaten 2:12-15. Hij at altijd mee met de niet-Joden, maar toen er afgezanten van Jakobus kwamen, trok hij zich terug en at hij apart, uit angst voor de kring van de besnedenen. De andere Joden gedroegen zich net zo schijnheilig als hij, en zelfs Barnabas deed mee met hun huichelarij. Toen ik zag dat ze niet de rechte weg naar het ware evangelie bewandelden, zei ik tegen Kefas, in aanwezigheid van iedereen: ‘Als jij, hoewel je een Jood bent, niet volgens de Joodse gebruiken leeft maar volgens die van de andere volken, hoe kun je dan niet-Joden dwingen om als Joden te leven?’ Hoewel wij Joden van geboorte zijn en geen zondaars uit andere volken.
Opmerking: deze tekst is ook geciteerd bij het hoofdstuk Joodse gebruiken.
Galaten 3:28. Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen – u bent allen één in Christus Jezus.
Efeziërs 2:14. Want Hij is onze vrede: Hij heeft met zijn dood Joden en niet-Joden verenigd, de muur van vijandschap, die hen scheidde, afgebroken.
Kolossenzen 3:11. Dan is er geen sprake meer van Grieken of Joden, besnedenen of onbesnedenen, barbaren, Skythen, slaven of vrijen, maar dan is Christus alles in allen.
1 Tessalonicenzen 2:14. Het is u, broeders en zusters, immers net zo vergaan als Gods gemeenten in Judea die Christus Jezus toebehoren. U hebt even zwaar onder uw stadsgenoten geleden als zij onder de Joden.
Openbaring 2:9. Ik weet van de ellende en de armoede waarin u verkeert, hoewel u rijk bent. Ik weet hoe u belasterd wordt door mensen die zich Joden noemen en het niet zijn, maar bij Satan horen.
Openbaring 3:9. Ik zal mensen laten komen die bij Satan horen, leugenaars die zich Joden noemen en het niet zijn; zij zullen zich aan uw voeten neerwerpen en erkennen dat Ik u liefheb.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Er is reddende kracht beschikbaar voor hen die geloven, voor de Joden in de eerste plaats. Romeinen 1:16. Zegen en straf werken in de eerste plaats voor Joodse mensen. Romeinen 2:9-10
De apostel Paulus schrijft dat de mensen, die in Christus zijn, die met de Geest leven, de echte Joden zijn. Niet die op de eerste plaats die trouw de Joodse wetten volgen. Jood is iets innerlijks. Romeinen 2:28-29.
Aan Joodse mensen heeft God in de eerste plaats zijn Woord toevertrouwd. Romeinen 3:1-2.
Jezus heeft ook de mensen geroepen die niet uit het Joodse volk afkomstig zijn. Romeinen 3:29, Romeinen 9:24
Er is geen onderscheid tussen Joden en niet Joden. Romeinen 10:12. Joden en niet Joden zijn één lichaam geworden. 1 Korintiërs 12:13. Jezus heeft Joden en niet Joden verenigd. Galaten 3:28, Efeziërs 2:14. Er is in basis geen onderscheid tussen Joodse en niet Joodse mensen. Kolossenzen 3:11
De Joden vragen om wonderen en de Grieken zoeken wijsheid, maar wij verkondigen een gekruisigde Christus. 1 Korintiërs 1:22-24.
Voor de Joden is Paulus een Jood geworden. 1 Korintiërs 9:20-21. Het is niet goed om Joodse mensen aanstoot te geven.1 Korintiërs 10:32.
Paulus leed onder mishandeling van de Joden. 2 Korintiërs 11:24. De gelovigen in Judea leden onder de Joden. 1 Tessalonicenzen 2:14
Er zijn mensen die bij Satan horen en doen alsof ze Jood zijn. Openbaring.
De besnijdenis
Dit zijn de gegevens van het woord peritomē, dat je met besnijdenis kunt vertalen.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | περιτομή peritomē | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G4061 SB3530 | De besnijdenis Komt 36 keer voor in 32 verzen KJV: circumcision (35x), circumcised (1x). |
Selectie: hier de teksten van de 36 keer dat het woord voorkomt, waarbij dit woord wordt gebruikt om de Joodse mensen mee aan te duiden. Teksten die gaan over de besnijdenis zelf zijn niet opgenomen.
Handelingen 10:44-46. Terwijl Petrus deze woorden nog sprak, viel de Heilige Geest op allen die het Woord hoorden. En de gelovigen die van de besnijdenis waren, zovelen als er met Petrus waren meegekomen, waren buiten zichzelf dat de gave van de Heilige Geest ook op de heidenen uitgestort werd, want zij hoorden hen spreken in vreemde talen en God grootmaken. [HSV]
Handelingen 11:1-3. De apostelen en de broeders die in Judea waren, hoorden dat ook de heidenen het Woord van God aangenomen hadden. En toen Petrus naar Jeruzalem gegaan was, bestreden zij die van de besnijdenis waren, hem en zeiden: U bent binnengegaan bij mannen die onbesneden zijn, en u hebt met hen gegeten. [HSV]
Romeinen 15:8. En ik zeg dat Jezus Christus een Dienaar van de besnijdenis is geworden ter wille van de waarheid van God om de beloften aan de vaderen te bevestigen, en opdat de heidenen God zouden verheerlijken vanwege de barmhartigheid, zoals geschreven staat: Daarom zal ik U belijden onder de heidenen, en Uw Naam lofzingen. [HSV]
Opmerking: de NBV21 vertaalt ‘de besnijdenis’ met Joden.
Galaten 2:7-8. Integendeel, ze zagen in dat mij de verkondiging onder de onbesnedenen is toevertrouwd, zoals aan Petrus de verkondiging onder de besnedenen; want zoals God Petrus kracht had gegeven voor zijn werk als apostel onder de besnedenen, zo had Hij mij kracht gegeven voor mijn werk onder de andere volken.
Galaten 2:11-13. Maar toen Kefas in Antiochië was, heb ik me openlijk tegen hem verzet, want zijn gedrag was verwerpelijk. Hij at altijd mee met de niet-Joden, maar toen er afgezanten van Jakobus kwamen, trok hij zich terug en at hij apart, uit angst voor de kring van de besnedenen. De andere Joden gedroegen zich net zo schijnheilig als hij, en zelfs Barnabas deed mee met hun huichelarij.
Efeziërs 2:11-12. Bedenk daarom dat u, die geen geboren Joden bent en onbesnedenen genoemd wordt door hen die door mensenhanden besneden zijn – bedenk dat u destijds niet verbonden was met Christus, uitgesloten was van het burgerschap van Israël en geen deel had aan de verbondssluitingen en de beloften die daarbij hoorden. U leefde zonder hoop en zonder God in deze wereld.
Opmerking: de gelovigen uit de volken en de gelovigen uit de besnedenen worden samen één nieuw volk (zie de verzen tot en met 17).
Kolossenzen 3:10-11. … en de nieuwe mens hebt aangetrokken, die steeds vernieuwd wordt naar het beeld van zijn schepper en zo tot inzicht komt. Dan is er geen sprake meer van Grieken of Joden, besnedenen of onbesnedenen, barbaren, Skythen, slaven of vrijen, maar dan is Christus alles in allen.
Kolossenzen 4:10-11. Aristarchus, mijn medegevangene, groet u, en Markus, de neef van Barnabas, over wie u opdrachten ontvangen hebt – als hij bij u komt, ontvang hem dan – en Jezus, die Justus genoemd wordt. Zij zijn de enigen van de besnijdenis die mijn medearbeiders zijn in het Koninkrijk van God; zij zijn mij ook een vertroosting geweest. [HSV]
Titus 1:10. Want er zijn ook veel opstandigen, mensen die zinloos praten en misleiders, vooral die van de besnijdenis zijn. [HSV]
Wat kunnen we van deze teksten leren?
De Joodse mensen worden aangeduid als van de besnijdenis. Door jongetjes op de achtste dag te besnijden werd de overdracht van het verbond van God met het volk Israël gecontinueerd. Nieuw leven zou immers ontstaan door besneden mannen. En later zouden de zonen van de besneden zuigeling ook weer worden besneden.
Joodse mensen mochten geen contact met de mensen van de volken. Handelingen 11:1-3. Maar God stortte de Heilige Geest over de mensen van de volken uit. Handelingen 10:44-46.
Jezus was een dienaar van de besnijdenis, de joden om het grote plan van God dat de volken ook God zouden verheerlijken zou plaatsvinden. Romeinen 15:8
Het probleem is dat de besneden Joodse mensen niet allemaal, zoals bedoeling was, in Jezus gingen geloven. Petrus werkte onder de besnedenen. Paulus onder degenen, die niet besneden waren. Galaten 2:7-8.
Wat ook je levenshouding is, kom er oprecht voor uit. Galaten 2:11-13
Besneden zijn heeft voordelen, maar voor Christus maakt het niet uit. Kolossenzen 3:10-11. Onbesnedenen mogen erbij horen. Efeziërs 2:11-12.
Degene van de besnedenen, die niet gingen geloven waren soms voor de groep gelovigen een probleem. Titus 1:10.
Jodendom
Dit zijn de gegevens van het woord jodendom.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | Ἰουδαϊσμός ioudaismos | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G2454 SB0253 | Joodse religie, Jodendom Komt 2 keer voor KJV: Jews’ religion (2x). |
Het zelfstandig naamwoord ioudaismos komt twee keer voor. Beide keren in onderstaande tekst. Het is de apostel Paulus, die over zichzelf schrijft in relatie tot het Jodendom.
Galaten 1:13-14. U hebt immers gehoord van mijn levenswandel, voorheen in het Jodendom, dat ik de gemeente van God uitermate fel vervolgde en die verwoestte; en dat ik in het Jodendom meer vorderingen maakte dan veel leeftijdgenoten onder mijn volk, omdat ik een nog groter ijveraar was voor de overleveringen van mijn vaderen. [HSV]
Opmerking 1: de NBV vertaalt met ‘joodse levenswijze’ en waar de HSV met overleveringen vertaalt, vertaalt de NBV met ’tradities’.
Opmerking 2: Paulus schrijft niet positief over het Jodendom. En hij is niet meer actief in het Jodendom.
Niet Judaïseren
Hier nog een tekst, die nog twee, aan de tabel verwante, woorden hanteert. Beide woorden komen slechts eenmalig voor.
Het gaat om het bijwoord ‘Ioudaïkōs’ Strong G2452, SB0251, dat ‘als een Jood’ betekent en in de HSV met ‘Joods gebruik’ is vertaald en het werkwoord ‘ioudaïzō’ Strong G2450, dat ‘Judaïseren’ betekent en in de HSV met ‘Joodse manier’ is vertaald,
Het gaat om een lastig probleem voor Joodse mensen. Namelijk, hoe leef je samen met de gelovigen uit de volken. De woorden komen voor aan het eind van de tekst.
Galaten 2:11-14. Maar toen Petrus naar Antiochië gekomen was, ging ik openlijk tegen hem in, omdat hij te veroordelen was. Want voordat er enkelen uit de kring van Jakobus gekomen waren, at hij samen met de heidenen; maar toen zij kwamen, trok hij zich terug en zonderde zich af uit vrees voor hen die van de besnijdenis waren. En ook de andere Joden huichelden met hem mee, zodat zelfs Barnabas zich door hun huichelarij liet meeslepen. Maar toen ik zag dat zij niet juist wandelden, overeenkomstig de waarheid van het Evangelie, zei ik tegen Petrus in het bijzijn van allen: Als u die een Jood bent, naar heidens gebruik leeft en niet naar Joods gebruik, waarom dwingt u dan de heidenen op de Joodse manier te leven? [HSV]
Opmerking 1: Paulus schrijft in het laatste vers ‘als je leeft zoals de volken leven’. Het ‘naar heidens gebruik leven’ zoals de HSV vertaalt klinkt alsof het slecht is, dan lijkt me niet de bedoeling van de tekst.
Opmerking 2: als je zelf volgens de volken leeft, waarom wil je dan de mensen uit de volken ‘Judaïseren’?
Opmerking 3: Petrus hield zelf zich niet aan al die honderden Joodse regels voor het gewone leven. Dat was veel te lastig voor de gelovigen uit de volken.
Wat kunnen we van de tekst leren?
Het gaat hier volgens mij om het eventueel hanteren van al die honderden Joodse regels voor het gewone leven. Daarvoor geldt: leg dat de gelovigen uit de volken niet op.
Joodse verzinsels
Hier een tekst met het bijvoeglijk naamwoord Ἰουδαϊκός Ioudaïkos, Strong G2451, SB0250 dat eenmalig in het Nieuwe Testament voorkomt. Het is gecombineerd met het het Griekse woord μῦθος, mythos Strong G3454, dat vijf keer in het Nieuwe Testament voorkomt. Het is hier met ‘verzinsels’ vertaalt. Het Griekse woord duidt op fictie, denk ook aan de Griekse mythen.
Titus 1:13-14. Dát is pas een waar woord! Wijs hen daarom streng terecht, zodat ze een heilzaam geloof krijgen, zich niet langer interesseren voor Joodse verzinsels en zich geen regels laten opleggen door mensen die zich van de waarheid hebben afgekeerd.
Opmerking: er waren in die tijd van de apostelen rondreizende Joodse leraren met allerlei filosofieën. Regels opleggen is een gebruikelijke methode om invloed en macht te krijgen.
Wat kunnen van deze tekst leren?
Een goede waarschuwing ook voor mensen, die in onze tijd zich verdiepen in het Jodendom. Laat je niet vangen door rare verzinsels en laat je geen nieuwe regels opleggen.
Andere bronnen
Je kunt drie soorten boeken over het Jodendom onderscheiden. Hier de eerste categorie. Je hebt boeken van de Joodse mensen over het Jodendom of die onderdeel zijn van het Jodendom. Het Jodendom heeft zo’n uitgebreide boekenkast dat het niet in een leven te lezen is.
Medium | Opmerkingen: | |
1 | Boek Kitsoer Sjoelchan Aroech | Een samenvatting van de Joodse leefregels |
2 | Boek Abraham Joshua Heschel | God zoekt de mens. Een filosofie van het jodendom. 1986 480 bladzijden. Hij gebruikt zijn opgedane wijsheid voor andere onderwerpen |
3 | Nieuw Israëlisch Weekblad. | Bevat o.a. actualiteit, kunst, feesten, column van rabbijn Jacobs en de sidra van de week |
4 | Boek W. Whitlau | Niet in de hemel. Verkenningen in de wereld van de Joodse traditie |
5 | Boek diverse auteurs | Geliefd is de mens. Artikelen rondom de Joodse traditie |
Opmerking: in Nederland is de stichting Pardes, voorheen de Folkertsma Stichting genoemd, actief om het Joodse gedachtengoed uit te dragen. Zij geven ook boeken uit die de relatie naar het christendom leggen. Zie https://stichtingpardes.nl
Als tweede is te noemen boeken van Joodse mensen die gaan over Jezus en het christendom.
Schrijver: | Titel, subtitel en opmerkingen: | |
1 | David Flusser | Tussen oorsprong en schisma. Artikelen over Jezus, het Jodendom en het vroege Christendom. 1984. 360 bladzijden. |
2 | Pinchas Lapide | Hij leerde in hun synagogen. Een Joodse uitleg van de evangeliën. |
3 | David H. Stern | Het evangelie is Joods. … een eerherstel. |
Tenslotte zijn er boeken vanuit de christelijke wereld over het Jodendom. Hieronder staan enkele voorbeelden.
Schrijver: | Titel, subtitel en opmerkingen: | |
1 | Willem Zuidema | Gods Partner. Ontmoeting met het Jodendom. 1988. 316 bladzijden. |
2 | Bart Repko | Terug van weggeweest. Van Rome naar Jeruzalem. 2012. 432 bladzijden. |
Overwegingen
In de tijd van Jezus was het Jodendom dominant en had een machtspositie. Zeker in het Romeinse rijk. Verhoudingsgewijs zijn er nu veel minder mensen betrokken bij het Jodendom. Uitgezonderd in Israël is men in andere landen een kleine minderheid. Dikwijls in de verdrukking en zeker niet dominant.
Er zijn Joodse mensen die zich precies willen houden aan alle regels, dat zijn de orthodoxe joden. En mensen die het wat minder nauwkeuring willen naleven. Dat zijn de liberale joden. Er zijn ook joden die zich seculier noemen, maar vergis je niet, het Jodendom zit al geslachten lang in hun genen.
Het houden aan de regels kan twee kanten uitgaan. Het kan je dichter bij God brengen. Bij alles wat je doet besef je dat je het doet uit gehoorzaamheid aan God. Maar het houden van de regels kan je ook wel ernstig in beslag nemen. En je voelt je misschien schuldig als je denkt dat je het niet volledig volgt.
Wie is meer wettisch?
In de christelijke wereld is men in het algemeen kritisch op het naleven van zoveel regels door Joodse mensen. Dan heeft men niet in de gaten dat regels die je uitvoert, gehoorzaamheid aan God kan betekenen. En ook niet dat er in de christelijke wereld ook allerlei regels zijn. Zo kunnen de samenkomsten in de christelijke wereld voor Joodse mensen heel wettisch overkomen. Bij hen is het veel vrijer. Ook als het gaat om opvattingen. In de christelijke wereld moet je bepaalde opvattingen hebben, in de Joodse wereld is er meer ruimte.
Wie vanuit de christelijke wereld zich verdiept in het Jodendom wordt verrast door de schat aan wijsheid die is te ontdekken. Wij leven nu in een tijd dat christenen leren van het Jodendom. Dank voor de Joodse mensen, die ons daarbij behulpzaam zijn.
Lessen
Wat zegt de Bijbel dat het Jodendom is?
Er is geen omschrijving van het Jodendom, maar het belangrijkste deel van de huidige leefregels van het Jodendom bestond in de tijd van Jezus en de apostelen ook al. Bij het Jodendom hoort een schat aan kennis van de Torah. En een mooie basis voor wijsheid op allerlei levensgebieden.
Is het Jodendom onderdeel van het leven van de gelovigen?
Veel wijsheid van het Jodendom kan een mooi onderdeel zijn van het leven gelovigen. Maar grijp wel verder. De Heer wil meer geven: vruchten, gaven en werkingen van de Geest.
Als je als die honderden regels voor het gewone leven zelf gebruikt, geef dan anderen wel de ruimte om dat niet te doen. De apostel Paulus heeft afstand genomen van het Jodendom om mensen uit de volken te kunnen bereiken.
Het is zeker goed om afstand te houden van eventuele Joodse verzinsels net zoals afstand tot christelijke verzinsels verstandig is.
Heeft het onderwerp Jodendom relaties met andere onderwerpen?
Zeker. Met die studie Israël, met de studie van de Volken, met de studie geboden en de studie onderwijs.
Hebben de Nederlandse vertalingen de woorden rond het Jodendom goed vertaald?
Lijkt me wel.
Hebben de kerken en christelijke gemeenten het onderwijs van de Bijbel over dit onderwerp ter harte genomen?
Paulus maakt duidelijk dat het vooral gaat om leven onder leiding van de Geest en dat leefregels daar ongeschikt aan zijn. Dat leven onder leiding van de Geest is nog maar beperkt aanwezig in de christelijke wereld.
Veel wijsheid van het Jodendom is helaas onbekend in de christelijke wereld.
Wat zou de bedoeling van God zijn om de mensheid te leren?
Het heil is ook voor de gelovigen uit de volken. Het Jodendom is mooi, maar het geloof geeft nog meer dan het Jodendom biedt. Er zijn ook onderdelen van het Jodendom die juist niet goed zijn en onverstandig om te doen.