Je kunt gebonden zijn, in een gevangenis zitten, maar je kunt worden verlost, losgelaten worden en vrijkomen. Daar gaat het in deze studie over.
Je kunt ook als volk vrij worden. Het volk Israël maakte dat mee toen ze bevrijd werden uit Egypte. Nederland maakte het mee na de Tweede Wereldoorlog. Eerst het Zuiden van Nederland, daarna het Noorden. We vieren dat ieder jaar op 5 mei.
Bevrijdingsdag. Op die dag van bevrijding op 5 mei 1945 waren de mensen uitzinnig blij.
De Bijbel hanteert allerlei woorden voor verlossen en bevrijden. Hieronder staan ze. <<alleen nog Nieuwe Testament>>

Verlossen
Bij verlossen en bevrijden denk je aan een gevangenis. En dat klopt ook. Die gevangenis kan allerlei trekjes hebben. Een fysieke gevangenis, maar ook dat je emotioneel gevangen zit. Of als je in een verslaving zit. Of een bepaalde gewoonte.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | גָּאַל gā’al | Werkwoord | H1350 | Verlossen Komt 105 keer voor in 84 verzen. KJV: redeem (50x), redeemer (18x), kinsman (13x), revenger (7x), avenger (6x), ransom (2x), at all (2x), deliver (1x), kinsfolks (1x), kinsman’s part (1x), purchase (1x), stain (1x), wise (1x). |
2 | פָּדָה pāḏâ | Werkwoord | H6299 | Verlossen Komt 59 keer voor in 48 verzen. KJV: redeem (48x), deliver (5x), ransom (2x), rescued (1x), miscellaneous (3x). |
פִּדְיוֹם piḏyôm | Zelfstandig naamwoord mannelijk | H6306 | Komt 3 keer voor in 3 verzen. KJV: redemption (2x), ransom (1x), variant (1x). | |
3 | ἐξαγοράζω exagorazō | Werkwoord | G1805 | Verlossen Komt 4 keer voor in 4 verzen. KJV: redeem (4x). |
4 | λυτρόω lytroō | Werkwoord | G3084 SB2737 | Verlossen Komt 3 keer voor in 3 verzen |
5 | ἀπολύτρωσις apolytrōsis | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G629 | Verlossing Komt 10 keer voor in 10 verzen KJV: redemption (9x), deliverance (1x). |
Ga-al verlossen
Hier de eerste drie teksten waar dit woord in voorkomt. De overige teksten heb ik nog niet bekeken.
Dit sprak aartsvader Jacob uit toen bij zijn zoon Jozef zegende.
Genesis 48:15-16. Hij zegende Jozef met deze woorden: ‘De God naar wiens wil mijn voorouders Abraham en Isaak zich richtten, de God die mijn leven lang mijn herder is geweest, de engel die mij heeft bevrijd van alle onheil, Hij geve deze jongens zijn zegen. Moge mijn naam door hen voortleven, en ook die van mijn voorouders Abraham en Isaak, en mogen zij zich over de hele aarde uitbreiden.’
Opmerking: Jacob spreekt over de engel, die hem verloste van het kwaad, Hebreeuwse woord is ‘ra, dat je met onheil kunt vertalen.
Dit sprak de HEER tegen Mozes.
Exodus 6:6. Daarom moet je dit tegen hen zeggen: “Ik ben de HEER . Ik zal de last die de Egyptenaren jullie opleggen van je afnemen, Ik zal jullie uit je slavenbestaan bevrijden. Ik zal jullie verlossen met opgeheven arm en de Egyptenaren zwaar straffen.
En deze tekst komt uit het lied van Mozes na de doortocht door de Rode Zee.
Exodus 15:13. U bevrijdde dit volk en ging het liefdevol voor, sterk en machtig leidde U het naar uw heilige woning.
Verlossen pada
Exodus 13:13-15. Elk eerstgeboren veulen van een ezel moet u vrijkopen met een lam. Koopt u het niet vrij, dan moet u het de nek breken. Ook elke eerstgeboren zoon moet u vrijkopen. En als een van uw kinderen u later vraagt: “Waarom doen wij dit?”, dan moet u dit antwoord geven: “Met krachtige hand heeft de HEER ons bevrijd uit Egypte, uit de slavernij. Toen de farao weigerde ons te laten gaan, heeft de HEER alle eerstgeborenen in Egypte, van de mensen en van het vee, gedood. Daarom offer ik de HEER alle mannelijke dieren die als eerste de moederschoot verlaten en koop ik elke eerstgeboren zoon vrij.”
Exo 21:8
Exo 34:20
Verlossing pidyom
Exo 21:30
Num 3:49
Psa 49:8
Verlossen adexagorazō
Gal 3:13
Gal 4:5
Eph 5:16
Col 4:5
Verlossen lytroō
Luk 24:21
Tit 2:14
1Pe 1:18
Verlossing apolytrōsis
Luk 21:28
Rom 3:24
Rom 8:23
1Co 1:30
Eph 1:7, 14
Eph 4:30
Col 1:14
Heb 9:15
Heb 11:35
Losgeld
Om te verlossen kan er losgeld nodig zijn. Hier de woorden die in de Bijbel worden gebruikt.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | פִּדְיוֹם piḏyôm | Zelfstandig naamwoord mannelijk | H6306 | Losgeld Komt 3 keer voor in 3 verzen. KJV: redemption (2x), ransom (1x), variant (1x). |
2 | כֹּפֶר kōp̄er | Zelfstandig naamwoord mannelijk | H3724 | Losgeld Komt 17 keer voor in 17 verzen. KJV: ransom (8x), satisfaction (2x), bribe (2x), camphire (2x), pitch (1x), sum of money (1x), village (1x) |
3 | λύτρον lytron | Zelfstandig naamwoord onzijdig | G3083 SB2736 | Losgeld Komt 2 keer voor in 2 verzen. KJV: ransom (2x). |
4 | ἀντίλυτρον antilytron | Zelfstandig naamwoord onzijdig | G487 | Zie λύτρον lytron hierboven. Losgeld Komt eenmaal voor. KJV: ransom (1x). |
5 | ἀντάλλαγμα antallagma | Zelfstandig naamwoord onzijdig | G465 | Ruiling Komt twee keer voor KJV: in exchange (2x). |
Losgeld
Deze tekst spreekt Jezus uit.
Matteüs 20:28. …zoals de Mensenzoon niet gekomen is om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven als losgeld voor velen.’
Opmerking: deze tekst staat ook in Marcus 10:45.
Antilytron
Dit is de tekst met het woord antilytron.
1 Timoteüs 2:6. … die zichzelf gegeven heeft als losgeld voor allen, als het getuigenis voor de vastgestelde tijd.
Opmerking: het gaat hier natuurlijk over Jezus.
Antallagma
‘In ruil of uitwisselen’
Matteüs 16:26. Wat heeft een mens eraan de hele wereld te winnen als hij er het leven bij inschiet? Wat zou een mens niet overhebben voor zijn leven? [NBV]
Mattheüs 16:26. Want wat baat het een mens, als hij heel de wereld wint en aan zijn ziel schade lijdt? Of wat zal een mens geven als losprijs voor zijn ziel? [HSV]
Opmerking 1: wat als je heel rijk en succesvol wordt, maar je ongelukkig voelt zoals de vertaling zegt ‘schade lijdt aan je ziel’.
Opmerking 2: Wat zou het antwoord op deze twee vragen zijn? Het antwoord op de eerste vraag is logisch. Weinig, misschien wel niets. Wat kan een mens geven om zijn ziel vrij te kopen?
Psalm 49:8-9. Niemand van hen kan zijn broeder metterdaad verlossen, hij kan God zijn losgeld niet geven. De losprijs voor hun leven is immers te kostbaar en zal voor eeuwig ontoereikend zijn. [HSV]
Opmerking: je kunt nephesj vertalen met ziel of leven.
Vrij worden eleutheroo
De volgende woorden komen in het Nieuwe Testament voor over vrij worden.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | ἐλευθερία eleutheria | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G1657 SB1501 | Vrijheid Komt 11 keer voor in 10 verzen KJV: liberty (11x) |
2 | ἐλεύθερος eleutheros | Bijvoeglijk naamwoord | G1658 SB1502 | Vrij Komt 23 keer voor in 23 verzen. KJV: free (18x), free woman (3x), at liberty (1x), free man (1x). |
3 | ἐλευθερόω eleutheroō | Werkwoord | G1659 SB1503 | Vrij worden. Komt 7 keer voor in 7 verzen. KJV: make free (6x), deliver (1x). |
Er zijn veertig verzen, die over vrij worden, vrijheid, vrij en vrijmaken of bevrijden gaan.
Vrij worden
Als eerste de teksten waar ‘vrij worden’ in voorkomt.
Johannes 8:30-36. Toen hij deze dingen zei, kwamen velen tot geloof in hem. En tegen de Joden die in hem geloofden zei Jezus: ‘Wanneer u bij mijn woord blijft, bent u werkelijk mijn leerlingen. U zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u bevrijden.’ Ze zeiden: ‘Wij zijn nakomelingen van Abraham en we zijn nooit iemands slaaf geweest – hoe kunt u dan zeggen dat wij bevrijd zullen worden?’ Jezus antwoordde: ‘Waarachtig, ik verzeker u: iedereen die zondigt is een slaaf van de zonde. Nu blijft een slaaf niet voor eeuwig in huis, maar de Zoon blijft wel voor eeuwig. Dus wanneer de Zoon u vrij zal maken, zult u werkelijk vrij zijn.
Romeinen 6:17-23. Maar God zij gedankt: u was slaven van de zonde, maar nu gehoorzaamt u van ganser harte de leer waaraan u zich hebt toevertrouwd, en bevrijd van de zonde hebt u zich in dienst gesteld van de gerechtigheid. Ik druk me zo gewoon mogelijk uit, omdat het anders uw begrip te boven gaat. Zoals u zich ooit in dienst stelde van zedeloosheid en onrecht om een wetteloos leven te leiden, zo stelt u zich nu in dienst van de gerechtigheid om heilig te leven. Toen u nog slaven van de zonde was, was u niet gebonden aan de gerechtigheid. Wat hebt u daarmee geoogst? Dingen waarvoor u zich nu schaamt, want ze leiden tot de dood. Maar nu, bevrijd van de zonde en in dienst van God, oogst u toewijding aan hem en zelfs het eeuwige leven. Het loon van de zonde is de dood, maar het geschenk van God is het eeuwige leven in Christus Jezus, onze Heer.
Opmerking: hier wordt zedeloosheid en onrecht genoemd als onderdeel van de wet.
Romeinen 8:2. De wet van de Geest die in Christus Jezus leven brengt, heeft u bevrijd van de wet van de zonde en de dood.
Romeinen 8:20b-21. Maar ze (de schepping) heeft hoop gekregen, omdat ook de schepping zelf zal worden bevrijd uit de slavernij van de vergankelijkheid en zal delen in de vrijheid en luister die Gods kinderen geschonken wordt.
Galaten 5:1. Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen.
En dan de woorden voor vrij zijn en vrij worden (deze horen wellicht beter bij de onderdeel leven in de Geest).
De Bijbel belicht een zevental verschillende kanten. En dan zijn er nog drie teksten, die daar niet in onder te brengen zijn
(1) In de maatschappij waren slaven en vrije mensen. Die maatschappelijke realiteit komt in een zevental teksten naar voren, zoals in deze tekst.
Efeziërs 6:8. … want u weet dat allen door de Heer beloond worden voor het goede dat ze doen, zowel slaven als vrije mensen.
(2) Dat je vrij van een belofte kan zijn, dat komt twee keer voor en beide keren in verband met het huwelijk.
Romeinen 7:3. Daarom dan, als zij de vrouw van een andere man wordt terwijl haar man leeft, zal zij een overspelige genoemd worden. Als haar man echter gestorven is, is zij vrij van de wet, zodat zij geen overspelige is als zij de vrouw van een andere man wordt. [HSV]
1 Korintiërs 7:39. Een vrouw is door de wet gebonden, zolang haar man leeft. Als haar man echter ontslapen is, is zij vrij om te trouwen met wie zij wil, maar alleen in de Heere. [HSV]
Opmerking: dit is vrijheid met een randvoorwaarde.
(3) Jezus was vrij van het afdragen van tempelbelating.
Matteüs 17:26. Op zijn antwoord: ‘Van anderen,’ zei Jezus tegen hem: ‘Dan zijn de kinderen dus vrijgesteld.
(4) Dat je een vrije plek kan hebben in het Koninkrijk van God
1 Korintiërs 7:21-22. Bent u als slaaf geroepen, dan moet u zich daarover niet bekommeren. Kunt u echter ook vrij worden, maak dan liever van die gelegenheid gebruik. Wie namelijk als slaaf geroepen is in de Heere, is een vrijgelatene van de Heere. Evenzo is hij die als vrije geroepen is, een slaaf van Christus. [HSV]
Opmerking: let op de Hebreeuwse manier van twee beelden tegenover elkaar zetten, die elkaar lijken tegen te spreken maar dat juist niet doen.
1 Korintiërs 9:1. Ben ik niet een apostel? Ben ik niet vrij? Heb ik niet Jezus Christus, onze Heere, gezien? Bent u niet mijn werk in de Heere?
Opmerking: Paulus is uit vrije wil apostel geworden.
1 Korintiërs 9:19. Vrij als ik ben ten opzichte van iedereen, ben ik de slaaf van iedereen geworden om zo veel mogelijk mensen te winnen. Opmerking: Paulus is ook uit vrije wil een slaaf van iedereen geworden.
(5) In Galaten staan enkele verzen of de vrije Sara en de slavin Hagar.
Galaten 4:22-25. Zeg mij, u die onder de wet wilt zijn, luistert u niet naar de wet? Want er staat geschreven dat Abraham twee zonen had, een van de slavin, en een van de vrije. Maar hij die van de slavin was, is naar het vlees geboren, hij echter die van de vrije was, door de belofte. Deze dingen hebben een zinnebeeldige betekenis; want deze vrouwen zijn de twee verbonden: het ene, dat van de berg Sinaï, dat kinderen voortbrengt voor de slavernij, dat is Hagar. Want deze Hagar is de berg Sinaï in Arabië, en komt overeen met het huidige Jeruzalem, dat met haar kinderen in slavernij is.
Galaten 4:26-31. Maar het Jeruzalem dat boven is, is vrij, en dat is de moeder van ons allen. Want er staat geschreven: Wees vrolijk, onvruchtbare, die niet baart, breek uit in gejuich en roep, u die geen barensnood kent, want de kinderen van de eenzame zijn veel talrijker dan die van haar die de man heeft. Wij nu, broeders, zijn kinderen van de belofte, net zoals Izak. Maar zoals destijds hij die naar het vlees geboren was, hem vervolgde die naar de Geest geboren was, zo is het ook nu. Wat zegt de Schrift echter? Jaag de slavin en haar zoon weg, want de zoon van de slavin zal beslist niet erven met de zoon van de vrije. Daarom, broeders, wij zijn geen kinderen van de slavin, maar van de vrije.
(6) Dat je vrij bent als je in Christus bent.
Romeinen 8:20b-21. Maar ze (de schepping) heeft hoop gekregen, omdat ook de schepping zelf zal worden bevrijd uit de slavernij van de vergankelijkheid en zal delen in de vrijheid en luister die Gods kinderen geschonken wordt.
1 Korintiërs 10:29. Ik bedoel nu niet uw eigen geweten, maar dat van die ander. Mijn vrijheid wordt door zijn geweten toch niet aangetast?Opmerking: Je kunt naar je geweten handelen, dat geeft vrijheid, maar soms hou je met een ander rekening.
2 Korintiërs 3:17. Welnu, met de Heer wordt de Geest bedoeld, en waar de Geest van de Heer is, daar is vrijheid.
Galaten 2:4. Dat wilden alleen een paar schijnbroeders, die als spionnen waren binnengedrongen om erachter te komen hoe wij onze vrijheid, die we in Christus Jezus hebben, gebruikten. Ze wilden slaven van ons maken.
Opmerking: Er zijn nog steeds schijnbroeders, christenen, die slaven van ons willen maken.
Galaten 5:1, Christus heeft ons bevrijd opdat wij in vrijheid zouden leven; houd dus stand en laat u niet opnieuw een slavenjuk opleggen.
Galaten 5:13. Broeders en zusters, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen, maar dien elkaar in liefde.
Jakobus 1:25. Wie zich daarentegen spiegelt in de volmaakte wet, die vrijheid brengt, en dat blijft doen, niet als iemand die hoort en vergeet, maar als iemand die ernaar handelt – hem valt geluk ten deel, juist in wat hij doet.
Opmerking: de volmaakte wet, dat lijkt mij leven in de Geest.
Jakobus 2:12. Zorg ervoor dat uw spreken en uw handelen de toets kunnen doorstaan van de wet, die vrijheid brengt.
1 Petrus 2:16. Leef als vrije mensen, en verschuil u niet achter uw vrijheid om u te misdragen, maar handel als dienaren van God.
(7) Dat je vrij kunt worden.
Johannes 8:33. Zij antwoordden Hem: Wij zijn Abrahams nageslacht en zijn nooit slaaf van iemand geweest; hoe kunt U dan zeggen: U zult vrij worden? [HSV]
Opmerking: ook als van van Abrahams nageslacht bent kun je gebonden zijn.
Johannes 8:36. Dus wanneer de Zoon u vrij zal maken, zult u werkelijk vrij zijn.
(8) Je kunt ook een slaaf van het verderf zijn.
2 Petrus 2:19. Ze beloven vrijheid, maar zijn zelf slaven van het verderf, want waar men door beheerst wordt, daarvan is men slaaf.
(9) Waarvan je juist niet vrij wil zijn.
Romeinen 6:20. Want toen u slaaf van de zonde was, was u vrij ten aanzien van de gerechtigheid. [HSV]
Bevrijden en verlossen rhyomai
Hier het overzicht van het woord rhyomai.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | ῥύομαι rhyomai | Werkwoord | G4506 SB3946 | Bevrijden, verlossen Komt 18 keer voor in 16 verzen KJV: deliver (17x), Deliverer (1x). |
Het woord rhyomai heeft in het Grieks de betekenis van beschermen en behoeden, maar in het Nieuwe Testament en in de Septuagint heeft het vooral de betekenis van bevrijden, verlossen of redden.
De NBV vertaalt steeds met redden, de HSV meestal met verlossen. Dat vind ik beter passen. Je kunt in de meeste gevallen ook het woord bevrijden er in lezen, zoals in de eerste tekst: … en bevrijd ons van de boze.
Mattheüs 6:13. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid, tot in eeuwigheid. Amen. [HSV]
Mattheüs 27:43. Hij heeft op God vertrouwd; laat Die Hem nu verlossen als Hij Hem welgezind is, want Hij heeft gezegd: Ik ben Gods Zoon. [HSV]
Lukas 1:74. … dat wij, verlost uit de hand van onze vijanden, Hem zouden dienen zonder vrees. [HSV]
Romeinen 7:24. Ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam van deze dood? [HSV]
Romeinen 11:26. En zo zal heel Israël zalig worden, zoals geschreven staat: De Verlosser zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden van Jakob. [HSV]
Romeinen 15:31. … dat ik verlost mag worden van de ongehoorzamen in Judea en dat mijn dienstbetoon, namelijk dat aan Jeruzalem, de heiligen welgevallig is. [HSV]
2 Korintiërs 1:10. Hij heeft ons uit zo’n groot doods gevaar verlost, en Hij verlost ons nog . Op Hem hebben wij de hoop gevestigd dat Hij ons ook verder verlossen zal. [HSV]
Kolossenzen 1:13. Hij heeft ons verlost uit de macht der duisternis en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon zijner liefde. [NBG]
1 Tessalonicenzen 1:10. … en Zijn Zoon uit de hemelen te verwachten, Die Hij uit de doden heeft opgewekt, namelijk Jezus, Die ons verlost van de komende toorn. [HSV]
2 Tessalonicenzen 3:1-2. Voorts, broeders, bidt voor ons, dat het woord des Heren snelle voortgang hebbe en verheerlijkt worde, evenals bij u, en dat wij bewaard blijven voor de wargeesten en slechte mensen; want trouw vindt men niet bij allen. [NBG. Waarom met wargeesten vertaald? Er staat zoiets als kwade en slechte mensen]
2 Timoteüs 3:11. … in mijn vervolgingen en lijden zoals die mij overkomen zijn in Antiochië, in Ikonium en in Lystre. Wat heb ik al niet aan vervolgingen doorstaan, en uit die alle heeft de Heere mij verlost.
2 Timoteüs 4:17b-18. En ik ben uit de muil van de leeuw verlost. [HSV] En de Heer zal me blijven beschermen tegen alle slechte daden van mensen. Hij zal me veilig naar de hemel brengen, waar hij koning is. Alle eer aan hem voor altijd en eeuwig! Amen. [BGT]
2 Petrus 2:7-9. … en als God de rechtvaardige Lot, die leed onder de losbandige levenswandel van normloze mensen, verlost heeft – want deze rechtvaardige, die in hun midden woonde, heeft dag in dag uit zijn rechtvaardige ziel gekweld bij het zien en horen van hun wetteloze daden – dan weet de Heere ook nu de godvruchtigen uit de verzoeking te verlossen, maar de onrechtvaardigen te bewaren tot de dag van het oordeel, om gestraft te worden. [HSV]
Gevangen zijn
Er zijn verschillende woorden rond gevangen nemen en gevangenis, die ook een geestelijke betekenis heeft. Hier in de tabel.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | φυλακή phylakē | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G5438 SB4759 | Gevangenis Komt 47 keer voor in 45 verzen. KJV: prison (36x), watch (6x), imprisonment (2x), hold (1x), cage (1x), ward (1x). |
2 | αἰχμαλωτίζω aichmalōtizō | Werkwoord | G163 SB137 | Gevangen nemen Komt 3 keer voor in 3 verzen. KJV: bring into captivity (2x), lead away captive (1x). |
3 | ζωγρέω zōgreō | Werkwoord | G2221 SB2014 | Vangen Komt 2 keer voor in 2 verzen KJV: catch (1x), take captive (1x). |
Het woord phylake gebruikt met voor gevangenis, maar ook voor een nachtwake in een gevangenis of daarbuiten. Zoals bij Jezus bij de storm op het meer. Jezus, die kwam tijdens de vier nachtwake.
Bij de woorden van Jezus in het evangelie van Matteüs zou het ook om andere dan een fysieke gevangenis kunnen gaan.
Matteüs 25:36-46. Ik was naakt en jullie kleedden Mij. Ik was ziek en jullie bezochten Mij, Ik zat gevangen en jullie kwamen naar Mij toe.” Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden: “Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien en U te eten gegeven, of dorstig en U te drinken gegeven? Wanneer hebben wij U als vreemdeling gezien en opgenomen, U naakt gezien en gekleed? Wanneer hebben wij gezien dat U ziek was of in de gevangenis zat en zijn we naar U toe gekomen?” En de koning zal hun antwoorden: “Ik verzeker jullie: alles wat jullie gedaan hebben voor een van de geringsten van mijn broeders of zusters, dat hebben jullie voor Mij gedaan.” Daarop zal Hij ook de groep aan zijn linkerzijde toespreken: “Jullie zijn vervloekt, verdwijn uit mijn ogen naar het eeuwige vuur dat bestemd is voor de duivel en zijn engelen. Want Ik had honger en jullie gaven Mij niet te eten, Ik had dorst en jullie gaven Mij niet te drinken. Ik was een vreemdeling en jullie namen Mij niet op, Ik was naakt en jullie kleedden Mij niet. Ik was ziek en zat in de gevangenis en jullie bezochten Mij niet.” Dan zullen ook zij antwoorden: “Heer, wanneer hebben wij U hongerig gezien of dorstig, als vreemdeling of naakt, ziek of in de gevangenis en hebben wij niet voor U gezorgd?” En Hij zal hun antwoorden: “Ik verzeker jullie: alles wat jullie voor een van deze geringste mensen niet gedaan hebben, hebben jullie ook voor Mij niet gedaan.” Hun staat eeuwige bestraffing te wachten, de rechtvaardigen daarentegen het eeuwige leven.’
Het woord aichmalōtizō , zie punt 2 in de tabel, komt twee keer voor in de zin van geestelijk gebonden zijn of er juist vrij van komen.
In Lukas 21:24 wordt gevangen nemen in de letterlijke betekenis gebruikt. Het gaat in deze studie niet om te bevrijden uit zichtbare gevangenissen.
Romeinen 7:21-23. Ik ontdek in mezelf dus de wetmatigheid dat het kwade zich aan mij opdringt, ook al wil ik het goede doen. Innerlijk stem ik vol vreugde in met de wet van God, maar in alles wat ik doe zie ik die andere wet. Hij voert strijd tegen de wet waarmee ik met mijn verstand instem en maakt van mij, in heel mijn doen en laten, een gevangene van de wet van de zonde. [HSV]
2 Korintiërs 10:4-6. De wapens waarmee wij ten strijde trekken zijn niet de wapens van deze wereld; ze zijn zo krachtig dat ze bolwerken kunnen slechten voor God. We halen spitsvondigheden neer en iedere verschansing die wordt opgetrokken tegen de kennis van God, we maken iedere gedachte krijgsgevangene om haar aan Christus te onderwerpen en zullen op het moment dat u Hem volledig gehoorzaam bent geworden, paraat staan om anderen voor hun ongehoorzaamheid te straffen.
2 Timoteus 3:6. Sommigen van hen komen de huizen binnen door zich op te dringen en weten het soort vrouwen in hun macht te krijgen dat zich gemakkelijk laat meevoeren door allerlei begeerten en met zonde beladen is.
Opmerking: in handschriften wordt dit woord anders geschreven, en dan is het Strong 162, met overigens dezelfde betekenis
Het woord zōgreō, regel 3 in de tabel, komt ook voor in twee betekenissen. Zie hieronder.
Lukas 5:10. … zo verging het ook Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeüs, die met Simon samenwerkten. Jezus zei tegen Simon: ‘Wees niet bang, voortaan zul je mensen vangen.
2 Timoteüs 2:25b-26. Dan brengt de Heer hen misschien tot inkeer, zodat zij de waarheid leren kennen en ontsnappen uit de valstrik van de duivel, die hen levend heeft gevangen en hen dwingt zijn wil te doen.
Binden en ontbinden
Ergens aan vastmaken, dat is binden. Je komt zowel binden als ontbinden komen we tegen in de Bijbel
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | δέω deō | Werkwoord | G1210 SB1073 | Binden Komt 44 keer voor in 41 verzen KJV: bind (37x), tie (4x), knit (1x), be in bonds (1x), wind (1x). |
2 | SB2742 | Losmaken |
Een huwelijk bindt mensen. Een huwelijk kun je ook ontbinden.
Je kunt ook iemand binden aan een regel, je bent er dan aan gebonden om je er aan te houden. Je kunt iemand ook losmaken van een regel, dan is het geoorloofd.
Kunnen we ook psychisch of geestelijk gebonden zijn en kan dat ook ontbonden worden?
<<nog uitzoeken>>
Gebonden zijn, slaaf zij douleo
Het woord douleuō komt van doulos, is slaaf. Het kan slaan op zowel vrijwillig als verplicht dienen oftewel gebonden zijn. Je zou ook kunnen zeggen verslaafd zijn.
Om het woord slaaf goed te begrijpen is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de situatie in het Romeinse Rijk in de tijd van het Nieuwe Testament. <<nog tekst toevoegen>>
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | δουλαγωγέω doulagōgeō | Werkwoord | G1396 SB1254 | Komt eenmaal voor KJV: bring into subjection (1x). |
2 | δουλεία douleia | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G1397 SB1255 | Komt 5 keer voor in 5 verzen. KJV: bondage (5x). |
3 | δουλεύω douleuō | Werkwoord | G1398 SB1256 | Dienen, gebonden zijn Komt 25 keer voor in 23 verzen. KJV: serve (18x), be in bondage (4x), do service (3x). |
4 | δούλη doulē | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G1399 SB1257 | Slavin Komt 3 keer voor in 3 verzen. KJV: handmaiden (2x), handmaid (1x). |
5 | SB1258 | |||
6 | δοῦλος doulos | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G1401 SB1259 | Slaaf Komt 127 keer voor in 119 verzen. KJV: servant (120x), bond (6x), bondman (1x). |
7 | δουλόω douloō | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G1402 SB1260 | Slavernij Komt 8 keer voor in 8 verzen. KJV: become servant (2x), bring into bondage (2x), be under bondage (1x), given (1x), make servant (1x), in bondage (1x). |
Johannes 8:33.
Handelingen 7:6-7. God zei tegen Abraham dat zijn nakomelingen vierhonderd jaar in een vreemd land zouden wonen, waar ze in slavernij zouden leven en slecht behandeld zouden worden. “Maar,” zo luidden Gods woorden, “het volk dat ze als slaaf zullen dienen, zal ik straffen, en daarna zullen ze wegtrekken en mij vereren op de heilige plaats.”
Romeinen 6:6. Immers, we weten dat ons oude bestaan met hem gekruisigd is omdat er een einde moest komen aan ons zondige leven: we mochten niet langer slaven van de zonde zijn.
Romeinen 7:25. Dat doet God! Dank aan hem door Jezus Christus, onze Heer. Met mijn verstand onderwerp ik mij aan de wet van God, maar door mijn natuur onderwerp ik mij aan de wet van de zonde.
Galaten 4:8-9. Toen u God nog niet kende, was u onderworpen aan goden die helemaal geen goden zijn. Hoe is het dan toch mogelijk dat u die God hebt leren kennen, meer nog, door God gekend bent, u opnieuw tot die zwakke, armzalige machten wendt en u daaraan als slaven onderwerpen wilt?
Galaten 4:25. Want deze Hagar is de berg Sinaï in Arabië, en komt overeen met het huidige Jeruzalem, dat met haar kinderen in slavernij is. [HSV]
Titus 3:3. Want ook wij waren voorheen onverstandig, ongehoorzaam, dwalend, verslaafd aan allerlei begeerten en hartstochten, levend in slechtheid en afgunst, hatelijk en elkaar hatend. [HSV]
>>Strijd vanaf het begin
Het boek Genesis spreek van een strijd tussen het nageslacht van de vrouw en het nageslacht van de slang. Eerst gaat de slang de vrouw verleiden tot ongehoorzaamheid, dat staat in Genesis 3:1-7. Let op de listen van de slang: twijfel, leugen, verdacht maken. Daarna volgt het oordeel van God, waaronder deze tekst:
Genesis 3:15. Vijandschap sticht ik tussen jou en de vrouw, tussen jouw nageslacht en het hare, zij verbrijzelen je kop, jij bijt hen in de hiel.’
Dit vers in Genesis wordt wel de moederbelofte en het Proto evangelie genoemd. Waar komt het woord moederbelofte vandaan? Ik heb niet kunnen vinden. Wie ermee is begonnen? Het staat niet in de Heidelbergse Catechismus of in de belijdenis geschriften, maar ik heb het wel in allerlei preken gehoord van dominees in mijn kerk. Mijn kerk is een gemeente, die zich verbonden voelt met de Gereformeerde Bond binnen de PKN kerken.
Er is een theologie die bij ‘nageslacht’ verwijst naar Jezus, die op het kruis voor onze zonden is gestorven en zo satans hoofd vermorzelde. Het bijten in de hiel duidt op het lijden van Jezus.
De strijd is, denk ik, beter breder op te vatten. De New International Version (NIV) heeft als tekstverwijzing Handelingen 13:10. Dat is de uitbrander en de straf die Elymas van de apostel Paulus kreeg. Hij werd blind. De andere tekstverwijzingen van de NIV zijn Johannes 8:44, dat gaat over de duivel en Efeze 2:2, 1 Johannes 3: 8. <<nog uitwerken>>
In de Joodse Chumash, Stone edition, staat bij deze tekst. “De slang verleidt de joden om de geboden met de hiel te vertrappen, maar de jood kan overwinnen door zijn hoofd te gebruiken voor de Torah studie”. Wel een hele andere insteek voor deze tekst dan de insteek van de preken in de kerk.
De strijd van het nageslacht van de vrouw en de slang is op allerlei plekken in de boeken van de Bijbel te lezen. Bij de strijd tussen Jezus en de duivel na de doop in de woestijn ging over verleiding. Doordat Jezus niet op de verleiding inging werd de macht van de satan gebroken. <<verder uitwerk>>
Jezus zendt tweeënzeventig volgelingen uit en dan lezen we Lukas 10:17-20. De tweeënzeventig keerden vol vreugde terug en zeiden: ‘Heer, zelfs de demonen onderwerpen zich aan ons bij het horen van uw naam.’ Hij zei tegen hen: ‘Ik heb Satan als een lichtflits uit de hemel zien vallen! Bedenk wel: ik heb jullie de macht gegeven om slangen en schorpioenen te vertrappen en om de kracht van de vijand te breken, zodat niets jullie kan schaden. Verheug je er echter niet over dat de geesten zich aan jullie onderwerpen, maar verheug je omdat jullie naam in de hemel opgetekend is.
Efeziërs 6:12. … want wij hebben niet te worstelen tegen bloed en vlees, maar tegen de overheden, tegen de machten, tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten. [deze tekst staat ook hierboven]
Net als bij Jezus in de woestijn over de verleiding kennen wij ook die innerlijke strijd tegen de duisternis. Hier enkele voorbeelden:
Romeinen 13:12. De nacht is ver gevorderd, de dag is nabij. Laten wij dan de werken der duisternis afleggen en aandoen de wapenen des lichts!
Galaten 5:19-21. Het is duidelijk, wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven.
Efeziërs 5:11. En neemt geen deel aan de onvruchtbare werken der duisternis, maar ontmaskert ze veeleer …
Vrij komen van boze geesten.
<<eerst het algemene>>
Zoals wel duidelijk is, houden boze geesten niet van bevrijdingen. Ze ervaren dit zelfs als pijniging. Matteüs 8:29. En zie, zij schreeuwden, zeggende: Wat hebt Gij met ons te maken, Zoon van God? Zijt Gij hier gekomen om ons voor de tijd te pijnigen? [NBG]
Als een kind van God met veel gezag in de buurt van boze geesten komt en als de boze geesten bij iemand worden aangesproken dan kunnen die geesten gaan reageren. We noemen dat manifesteren van boze geesten. Het kan zijn dat ze niet anders kunnen of dat ze proberen de bevrijding te verhinderen of beide. Vormen van manifesteren zijn: diep ademen, geeuwen, hoesten, of in andere gevallen beven, schudden en trappelen. We lezen meer dan eens in de Bijbel, dat de boze geest met een luide schreeuw de persoon verlaat. Bijvoorbeeld Matteüs 9:26.
Als er manifestaties zijn, is het belangrijk om rustig te blijven. Sta ten alle tijde in de autoriteit van Jezus. Ook het bidden in nieuwe tongen is hierbij een machtig wapen, zie Markus 16: 17. Het kan zijn dat we onvoldoende autoriteit hebben om de duisternis te verdrijven. Het is daarom goed om vooral te bedenken of we voldoende autoriteit hebben voor het uitdrijven.
Het kan zijn dat er meer geesten in het spel zijn. Dat is zelfs meestal het geval. Bij meer geesten is er dan meestal een “sterke” (leider/aanvoerder) aanwezig. Bind deze en pak de andere geesten één voor één aan. Men zegt weleens; “neem de koninginbij weg en de rest zal volgen”. Vertrouw hierin op de leiding en de hulp van de Heilige Geest. Matteüs 12: 29. Of hoe kan iemand het huis van de sterke binnengaan en zijn huisraad roven, als hij niet eerst die sterke heeft gebonden? Dan zal hij zijn huis plunderen.
In de periode van de moord op Pim Fortuijn werd er over gesproken dat mensen hem hadden gedemoniseerd. Volgens de Bijbel kunnen mensen dat niet doen, je kunt alleen maar worden gedemoniseerd door demonen.
Bevrijding van het volk Israël
Het boek Exodus geeft een verhaal van een collectieve bevrijding
Van de Bijbel kennen we ook een enorme bevrijding van het volk Israël uit de slavernij van Egypte. We kunnen daar over lezen in het boek Exodus. Eerst was er de vraag van Mozes aan de Farao van Egypte. Toen de Farao het volk niet wilde vrijlaten volgden een tiental grote rampen. Tenslotte liet hij het volk gaan.
De Farao bedacht zich een aantal dagen later en achtervolgde het volk. Het volk Israël stond voor de Rode Zee. Door een groot wonder splitste het water van de Rode Zee zich en ontstond er een pad door de Rode Zee. Het volk Israël trok er door heen. Maar toen het leger van de Farao ook door dat pad ging stortte de muren van water ineens in en het leger van de Farao verdronk. Dit was een dermate indrukwekkend gebeurtenis dat lange tijd later de volken rond Israël zich deze gebeurtenis nog steeds herinnerden.
Jozua wordt de nieuwe leider na Mozes. Bijna altijd als het over Jozua gaat in de Bijbel wordt eraan toegevoegd dat hij de zoon van Nun is. Het Hebreeuwse woord Nun betekent o.a. vrijheid.
Het zou mooi zijn als volken onder nare dictaturen zoals in Syrië of Noord Korea ook zouden worden bevrijd van hun duistere leiders.
Bevrijding bij Jezus
Hieronder staan vier voorbeelden van bevrijdingen, die door Jezus plaatsvonden.
Voorbeeld 1: De onreine geest, die de start van Jezus bediening wilde verstoren.
Marcus 1: 23-27. Er was in de synagoge ook een man die bezeten was door een onreine geest, en hij schreeuwde: ‘Wat hebben wij met jou te maken, Jezus van Nazaret? Ben je gekomen om ons te vernietigen? Ik weet wel wie je bent, de heilige van God.’ Jezus sprak hem streng toe en zei: ‘Zwijg en ga uit hem weg!’ De onreine geest deed de man stuiptrekken en verliet hem met een luide schreeuw. Iedereen was zo verbijsterd dat ze tegen elkaar zeiden: ‘Wat is dit allemaal? Een nieuwe leer met groot gezag! Zelfs als hij onreine geesten een bevel geeft, wordt hij gehoorzaamd.’
Er vallen een paar dingen op:
1. De eerste heling van Jezus waarvan we in het NT lezen was een bevrijding.
2. Jezus vraagt niets aan God maar treedt namens God op. Jezus beveelt: ga uit.
3. Reactie van de mens: stuiptrekken en geschreeuw.
4. Men ontdekt dat Jezus gezag heef. Autoriteit is belangrijk.
Een vrouw die al achttien jaar bezeten was
Lukas 13:11-13. Er was daar ook een vrouw die al achttien jaar bezeten was door een geest die haar ziek maakte. Ze was helemaal krom en kon met geen mogelijkheid rechtop staan. Toen Jezus haar zag, riep hij haar bij zich en zei tegen haar: ‘U bent verlost van uw ziekte,’ en hij legde haar de handen op. Meteen ging ze rechtop staan en loofde God.
Wat valt op:
1. Het is een geest die haar ziek maakte. NBG vertaling: “Een geest van zwakheid”.
2. Dit werkte uit in haar lichaam.
3. De wijze waarop Jezus haar beter maakte: spreken en handen opleggen.
4. De handeling wordt ‘verlossing van de ziekte’ genoemd.
5. Jezus legde haar de handen op. Voor genezing en vervulling met de Geest. Dat dit zo is, zie je aan haar reacties. Rechtop staan en loven van God.
Zo gaat het verhaal verder.
Lucas 13: 14-17. Maar de leider van de synagoge werd boos omdat Jezus op sabbat genas en zei tegen de menigte: ‘Er zijn zes dagen om te werken. Kom dus op die dagen om u te laten genezen en niet als het sabbat is!’ Maar de Heer zei: ‘Huichelaars! Maakt niet ieder van jullie op sabbat zijn os of ezel los van de voederbak om hem te laten drinken? Mocht deze vrouw, die een dochter is van Abraham en al achttien jaar door Satan geboeid werd gehouden, mocht zij op sabbat niet uit deze boeien worden losgemaakt?’ Toen hij dat zei, stonden al zijn tegenstanders beschaamd, maar de hele menigte was verheugd over de machtige daden die door hem werden verricht.
Er zijn twee soorten reacties:
1. De menigte gaat God gaat loven (vers 17).
2. De leider van de synagoge ergert zich aan Jezus (vers 14-15).
En nog meer:
1. Zowel de Lukas als de leider van de synagoge noemt deze verlossing een genezing.
2. Jezus kiest ervoor om te genezen. Een zuster in moeite genezen is belangrijker dan een goede relatie met de leider van de synagoge. Dan een sabbat gebod van mensen.
3. Jezus noemt hem een huichelaar (vers 16). Ik denk met de bedoeling hem een spiegel voor te houden opdat hij zich gaat bekeren.
De genezing van de bezeten Gerasener.
Marcus 5: 1-7. Ze kwamen aan de overkant van het meer, in het gebied van de Gerasenen. Toen hij uit de boot gestapt was, kwam hem meteen vanuit de grafspelonken een man tegemoet die door een onreine geest bezeten was en in de spelonken woonde. Zelfs als hij vastgebonden was met een ketting kon niemand hem in bedwang houden. Hij was al dikwijls aan handen en voeten geketend geweest, maar dan trok hij de kettingen los en sloeg hij de boeien stuk, en niemand was sterk genoeg om hem te bedwingen. En altijd, dag en nacht, liep hij schreeuwend tussen de rotsgraven en door de bergen en sloeg hij zichzelf met stenen. Toen hij Jezus in de verte zag, rende hij op hem af en viel voor hem neer, en luid schreeuwend zei hij: ‘Wat heb ik met jou te maken, Jezus, Zoon van de allerhoogste God? Ik bezweer je bij God: doe me geen pijn!’
Marcus 5: 8-10. Want hij had tegen hem gezegd: ‘Onreine geest, ga weg uit die man.’ Jezus vroeg hem: ‘Wat is je naam?’ En hij antwoordde: ‘Legioen is mijn naam, want we zijn met velen.’ Hij smeekte hem dringend om hen niet uit deze streek te verjagen.
Marcus 5: 11-13. Nu liep er op de berghelling een grote kudde varkens te grazen. De onreine geesten smeekten hem: ‘Stuur ons naar die varkens, dan kunnen we bij ze intrekken.’ Hij stond hun dat toe. Toen de onreine geesten de man verlaten hadden, trokken ze in de varkens, en de kudde van wel tweeduizend stuks stormde de steile helling af, het meer in, en verdronk in het water.
Wat valt op:
1. De bezeten man had grote kracht.
2. Jezus had gezegd ‘ga weg uit die man’, maar de geest was nog niet verdwenen (vers 8). De actie van Jezus heeft niet in één keer het gewenste effect. Dat kan bij ons ook gebeuren.
3. Jezus stelt de boze geest een vraag: wat is je naam? Dat kun je dus blijkbaar vragen.
4. De geest heette legioen, een soort leider van een hele groep met geesten.
5. Jezus wist nog niet, dat hij zo heette.
6. Jezus is coulant voor de onreine geest.
Het derde deel van de tekst, vers 11 tot en met 13, is moeilijk te begrijpen. Waarom vraagt de onreine geest in de varkens te mogen intrekken? Het zou kunnen zijn omdat het onreine dieren zijn.
Waarom kunnen die varkens daar niet tegen en zoeken ze hun ondergang? Het zou kunnen dat het geesten waren die zichzelf hadden gecommitteerd met de dood. Ze probeerden de Gerasener immers ook de dood in te jagen.
In de parallelle tekst in Lukas 8: 31 staat er nog dat de onreine geesten Jezus smeekten niet naar de afgrond, in het Grieks abusson, de NBV vertaalt met ‘onderwereld’, te hoeven. Waarom is Jezus zo aardig om deze nare geesten een gunst te verlenen? <<ik heb geen idee>>
Deze geschiedenis van de storm op het meer gaat vooraf aan deze geschiedenis. Was toen de natuur onder invloed van de doodsgeesten, die ook de Gerasener kwelde? Na deze geschiedenis volgde de opwekking uit de dood van de dochter van Jaïrus. Hadden daar de doodgeesten ook een rol in? Het lijkt er op dat je dat verband kan leggen.
De evangeliën noemen deze plaats het gebied van de Gerasenen of Gaderenen. Het is het gebied aan de Zuid Oost kant van het meer. Hier woonden weinig of geen joodse mensen. Dat blijkt ook wel uit de aanwezigheid van de varkens. Nu is er een vrij brede strook tussen het water en de steile berghellingen. Maar in de tijd van Jezus stond het water, denk ik hoger, waardoor de varkens vanaf de helling gelijk in het water terecht kwamen.
Pijnlijk falen van de discipelen.
Matteüs 17:14-18. Toen ze zich weer bij de mensenmassa voegden, kwam er iemand naar hem toe die voor hem op zijn knieën viel en zei: ‘Heer, heb medelijden met mijn zoon, want hij is maanziek en lijdt daar erg onder; hij valt dikwijls in het vuur of in het water. Ik heb hem bij uw leerlingen gebracht, maar zij konden hem niet genezen.’ Jezus antwoordde: ‘Wat zijn jullie toch een ongelovig en dwars volk, hoe lang moet ik nog bij jullie blijven? Hoe lang moet ik jullie nog verdragen? Breng hem bij me.’ Daarop sprak Jezus de demon op strenge toon toe. Deze ging uit de jongen weg, en vanaf dat moment was hij genezen.
Wat valt op:
1. In dit deel gaat het vooral om wat de leerlingen doen.
2. Jezus noemt de falende leerlingen ongelovig en dwars. Jezus heeft even grote moeite met hen.
Als ik dit zo lees, dan denk ik: “Wat zou Jezus van onze kerk vinden”? Ook een ontaard en verkeerd geslacht? Daar is moeilijk een ander antwoord op te geven, dan “ja”.
De opmerking van Jezus hier is een tekst die ook al in het Oude Testament voorkomt (zie Studiebijbel). De HSV vertaalt i.p.v. “dwars” met het woord “ontaard” en de SV en NBG met “verkeerd”. De Jewish Bible vertaalt vers 17 als: Yeshua answered, “Perverted people, without any trust! How long will I be with you? How long must I put up with you? Bring him here to me!”
Bevrijding door de discipelen.
Hieronder staat een voorbeeld beschreven van een bevrijding van de apostel Paulus en een voorbeeld van een poging van een bevrijding door de zonen van Skevas. Die bevrijding liep verkeerd af.
Een bevrijding door Paulus.
Handelingen 16:16-18. Een andere keer, toen we weer op weg waren naar de gebedsplaats, kwamen we een jonge slavin tegen die bezeten was door een geest en zo de toekomst kon voorspellen. Met haar waarzeggerij verdiende ze veel geld voor haar eigenaars. Terwijl ze achter Paulus en ons aan liep, schreeuwde ze aan één stuk door: ‘Deze mensen zijn dienaren van de allerhoogste God en verkondigen u hoe u gered kunt worden!’ Dat ging verscheidene dagen zo door. Toen Paulus er genoeg van kreeg, sprak hij de geest als volgt toe: ‘Ik beveel je in de naam van Jezus Christus: verlaat haar!’ En op datzelfde moment ging de geest uit haar weg.
Wat valt op:
1. Paulus laat het verschillende dagen duren. Waarom? Hij lijkt mij vanwege zijn geduld en zijn liefde.
2. Paulus doet de bevrijding in de naam van Jezus, onder het gezag van Jezus.
De zonen van Skevas.
Handelingen 19: 13-20. Ook enkele rondtrekkende Joodse geestenbezweerders probeerden boze geesten uit te drijven door het uitspreken van de naam van de Heer Jezus. Ze zeiden: ‘Ik bezweer jullie bij Jezus, die door Paulus wordt verkondigd!’ Het waren de zeven zonen van Skevas, een Joodse hogepriester, die dit deden. Maar de boze geest gaf hun ten antwoord: ‘Jezus ken ik, en Paulus ook, maar wie zijn jullie?’ De man die door de boze geest bezeten was, sprong op hen af en ging hen met zo veel geweld te lijf dat ze naakt en gewond uit het huis wegvluchtten. Alle Joodse en Griekse inwoners van Efeze hoorden van dit voorval, dat hen met diep ontzag vervulde; allen prezen en eerden de naam van de Heer Jezus. Veel nieuwe gelovigen kwamen in het openbaar hun praktijken opbiechten. Onder hen waren ook velen die magie hadden bedreven, maar die nu hun boekrollen verzamelden en publiekelijk verbrandden. Toen de waarde ervan werd berekend, kwam men uit op een bedrag van vijftigduizend zilverstukken. Zo zegevierde het woord van de Heer en vond het steeds meer gehoor.
Wat valt op:
1. Het is gevaarlijk als je demonen uitdrijft zonder voldoende autoriteit.
2. Bij Paulus lees je dat ze hun praktijken opbiechten en hun boekrollen verbranden. Dat lijkt voldoende te zijn.