Er is een vijftal woorden zowel in het Hebreeuws als in het Grieks, die je met omkeren, inkeren als werkwoorden of omkeer en inkeer als zelfstandig naamwoorden kunt vertalen. De oudere vertalingen hebben hier de woorden bekeren en bekering voor.
Het gaat hier om je tot God om te keren, voor als je tot dan toe een andere richting uit ging. Maar nog belangrijker is als je je denken verandert. Je denken een andere richting laten gaan namelijk in de richting, die God een goede richting voor ons vindt.
Gezien de inhoud, is dit denk ik het onderwerp dat God het meest belangrijk voor ons vindt.
Als je beperkte tijd hebt, lees dan vooral punt 8 het tweede gedeelte.
1. Omkeren en inkeren in het Oude Testament
In het Oude Testament komen woorden voor die omkeren betekenen. Dat kan allerlei betekenissen hebben. Ook omkeren naar God als je een andere richting aan het gaan was.
Er zijn ook enkele woorden, die duiden op innerlijke verandering of omkeer. Hier horen woorden bij die je met spijt of berouw kunt vertalen.
Hebreeuws | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1. | שׁוּב shuwb | Werkwoord | H7725 | Terugkeren, omkeren, inkeren, bekeren. Komt 1.117 keer voor in 952 verzen. KJV: return (391x), …again (248x), turn (123x), …back (65x), …away (56x), restore (39x), bring (34x), render (19x), answer (18x), recompense (8x), recover (6x), deliver (5x), put (5x), withdraw (5x), requite (4x), miscellaneous (40x). |
2. | תְּשׁוּבָה tĕshuwbah | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | H8666 | Terugkeer. Komt 8 keer voor in 8 verzen. KJV: return (3x), expired (3x), answers (2x). |
3. | נָחַם nacham | Werkwoord | H5162 | Spijten, spijt hebben, berouwen. Het woord komt 108 keer voor in 100 verzen. KJV: comfort (57x), repent (41x), comforter (9x), ease (1x). |
4. | נִחֻם nichuwm | Zelfstandig naamwoord mannelijk | H5150 | Spijt, berouw. Komt drie keer voor in drie verzen. KJV: comfort (1x), comfortable (1x), repentings (1x). |
5. | הָפַךְ haphak | Werkwoord | H2015 | (Om)keren. Het woord komt 94 keer voor in 92 verzen. KJV: turn (57x), overthrow (13x), overturn (5x), change (3x), turn… (6x), become (1x), came (1x), converted (1x), gave (1x), make (1x), perverse (1x), perverted (1x), retired (1x), tumbled (1x). |
De eerste twee woorden hebben te maken met keren. De volgende twee met spijt en berouw. Spijt en berouw komen uit ons innerlijk, dan maakt ons denken een verandering door. Dat helpt om tot inkeer en omkeer te komen. Het laatste woord, regel 5, gaat over veranderen.
2. Sjoev: Terugkeren, omkeren.
Het Hebreeuwse werkwoord, שוב shuwb, spreek uit sjoev met als laatste letter een v, heeft met ‘keren’ te maken. De betekenis is afhankelijk van wat er in de context staat. Het kan gaan over een persoon of een plaats waar je naar toekeert.
Het woord kan zijn verbonden aan andere werkwoorden en er kunnen lettertekens aan het woord zijn toegevoegd. Er is dus veel variëteit. De Engelse KJV heeft dit woord dan met meer dan twintig verschillende Engelse woorden vertaald.
Van de 1100 keer dat ‘shuwb’ voorkomt gaat het soms over een keer in je leven maken. In dat geval zou je met tot inkeer komen of je bekeren kunnen vertalen.
In de Nederlandse Bijbels is het woord ‘shuwb’ verschillend vertaald. Hoofdstuk 9 geeft een overzicht daar van. Als de SV met bekeren vertaalt dan vertaalt de NBV met diverse woorden: ‘gehoorzamen’, ’terugkeren’ (dikwijls), ‘wenden’, ’toewijden’, ‘het kwaad de rug toekeren’, ‘gedenken’, ‘met de misdaad breken’, ‘met kwalijke praktijken breken’ en ‘breken met het onrecht’.
Hieronder de teksten waar het woord ‘shuwb’ afstand nemen van verkeerde daden betekent. Eerste drie tekstgedeelten, die ook door de Joodse mensen heden ten dage worden gebruikt. Ze zijn voor hen de basis voor kennis over berouw en bekering.
Deuteronomium 4:29-31. Maar ten slotte zult u de HEER, uw God, weer zoeken, en hem ook vinden, als u hem tenminste met hart en ziel zoekt. Wanneer dit alles u overkomt zult u, door de nood gedreven, naar de HEER, uw God, terugkeren en naar hem luisteren. Want de HEER, uw God, is een God van liefde. Hij zal u niet verlaten en u niet in het verderf storten. Wat hij uw voorouders onder ede heeft beloofd, vergeet hij niet.
Deuteronomium 4:39. Wees u er daarom van bewust en laat goed tot u doordringen dat de HEER de enige God is, boven in de hemel en hier beneden op de aarde; een ander is er niet. [daarom is het verstandig en goed om deze God te gehoorzamen]
In het boek Deuteronomium komen we nog meer tegen over berouw en bekering.
Deuteronomium 30:2. En gij zult u bekeren tot de Heere, uw God, en Zijn stem gehoorzaam zijn, naar alles, wat ik u heden gebied, gij en uw kinderen, met uw ganse hart en met uw ganse ziel. [SV]
Deuteronomium 30:8. Gij dan zult u bekeren, en de stem van de Heere gehoorzaam zijn, en gij zult doen al Zijn geboden, die ik u heden gebied. [SV]
Deuteronomium 30:10. Wanneer gij de stem van de Heere, uw God, zult gehoorzaam zijn, houdende Zijn geboden en Zijn inzettingen, die in dit wetboek geschreven zijn; wanneer gij u zult bekeren tot de Heere, uw God, met uw ganse hart en met uw ganse ziel. [SV]
1 Samuel 7:3. Toen sprak Samuël tot het ganse huis van Israël, zeggende: Indien gij u met uw ganse hart tot de Heere bekeert, zo doet de vreemde goden uit het midden van u weg, ook de Astharoths; en richt uw hart tot de Heere, en dient Hem alleen, zo zal Hij u uit de hand der Filistijnen rukken. [SV]
Wat kunnen we van deze teksten leren?
De eerste tekst in de Bijbel over bekering is gelijk ook een heel zorgzame en liefdevolle. Als we afwijken van zijn geboden gaat het fout, maar als we met hart en ziel er op terugkomen, weer gehoorzamen dan zullen we ervaren dat God een God van liefde is.
Het bekeren houdt in dat je gaat doen met hart en ziel wat God geboden heeft. Dus niet met tegenzin gehoorzamen. Zie drie teksten in Deuteronomium 30
Als je je afgoden wegdoet en je hart richt op de Heere en hem alleen dient, zal de Heer je bevrijden van je vijanden.
Bekering waar koning Salomo in voorgaat.
Rond koning Salomo is er veel vastgelegd over bekering. Dat gebeurt vooral bij het gebed van Salomo bij de inwijding van de tempel. Salomo spreekt daarbij twee gebeden uit die gaan over het tot inkeer komen, verootmoediging.
De eerste is dit gedeelte.
2 Kronieken 6:24-25. Wanneer uw volk Israël door de vijand is verslagen omdat het tegen u gezondigd heeft, en wanneer zij dan tot inkeer komen, uw naam prijzen en tot u in deze tempel bidden en smeken, aanhoor hen dan vanuit de hemel, vergeef uw volk Israël wat het heeft misdaan en breng hen terug naar het grondgebied dat u aan hen en hun voorouders hebt gegeven. [zelfde tekst in 1 Koningen 8:23-24]
Het tweede gebed van inkeer bevat staat in 2 Kronieken 6:36-39. In 1 Koningen, 1 Koningen 8:46-50 staat de parallel tekst, maar een aanvullende zin. Daarom maar dit gedeelte als citaat, waarbij ik de toevoeging heb onderstreept.
Koning Salomo bidt of de Heer na de nieuwe toewijding van het volk hen dan ook weer genadig zal zijn.
1 Koningen 8:46-50. Wanneer ze tegen u zondigen – er is immers geen mens die niet zondigt – en u hen uit woede uitlevert aan vijanden die hen gevangennemen en meevoeren naar hun land, hetzij ver weg of dichtbij, en wanneer ze dan in hun ballingsoord tot inkeer komen en zich in dat vreemde land smekend tot u wenden en belijden dat ze hebben gezondigd (1), dat ze verkeerd hebben gedaan (2) en slecht hebben gehandeld (3), wanneer ze zich in het land van de vijanden die hen gevangen hebben genomen weer met hart en ziel aan u toewijden en tot u bidden in de richting van het land dat u aan hun voorouders hebt gegeven, van de stad die u hebt uitgekozen en van de tempel die ik voor uw naam heb gebouwd, luister dan vanuit de hemel, uw woonplaats, naar hun bidden en smeken en verschaf hun recht. Vergeef uw volk alle zonden en misstappen die het tegen u begaan heeft en wek het mededogen op van degenen die hen als gevangenen hebben weggevoerd.
Vers 47 er uit gelicht:
En wanneer ze dan in hun ballingsoord tot inkeer komen en zich in dat vreemde land smekend tot u wenden en belijden dat ze hebben gezondigd (1), dat ze verkeerd hebben gedaan (2) en slecht hebben gehandeld (3). [Drie soorten narigheid: חטא chata’, עוה `avah en רשע rasha`, zie studie zonden]
En hoe je kunt pleiten bij de voorbede.
1 Koningen 8:51-53. Zij zijn uw volk, HEER, mijn God, uw eigen volk, dat u uit die smeltoven van Egypte hebt weggeleid. Wees opmerkzaam op de smeekbeden van uw dienaar en van uw volk Israël en luister naar hen wanneer ze u maar roepen. Uit alle volken op aarde hebt u immers hen uitgekozen om uw volk te zijn, zoals u bij monde van uw dienaar Mozes hebt gezegd toen u onze voorouders uit Egypte wegleidde.’
En hoe je kunt afsluiten met een zegen/wens en een oproep om toegewijd te blijven.
1 Koningen 8:54-60. Tijdens dit hele smeekgebed lag Salomo geknield voor het altaar van de HEER, met zijn handen ten hemel geheven. Toen hij zijn gebed tot de HEER beëindigd had, stond hij op en sprak met luide stem zijn zegen uit over de gemeenschap van Israël: ‘Geprezen zij de HEER, die zijn volk Israël rust heeft gegeven, zoals hij heeft beloofd. Niet één van de beloften die hij bij monde van zijn dienaar Mozes heeft gedaan, is onvervuld gebleven. Moge de HEER, onze God, ons bijstaan, zoals hij onze voorouders heeft bijgestaan. Moge hij zich om ons blijven bekommeren en ons niet in de steek laten. Moge hij ervoor zorgen dat wij hem toegenegen en gehoorzaam blijven en ons houden aan de geboden, voorschriften en rechtsregels die hij onze voorouders heeft gegeven. Moge mijn smeekgebed dag en nacht bij de HEER, onze God, zijn en moge hij zijn dienaar en zijn volk Israël recht verschaffen, telkens als dat nodig is. Dan zullen alle volken op aarde beseffen dat de HEER God is, hij alleen. Blijf volkomen toegewijd aan de HEER, onze God, door zijn voorschriften te volgen en u aan zijn geboden te houden, zoals u dat nu ook doet.’
Koning Salomo sluit af met offers aan de HEER.
1 Koningen 8:62-63. Met alle Israëlieten droeg de koning offers op aan de HEER. Om de tempel in te wijden bracht hij met de Israëlieten een vredeoffer aan de HEER, waarvoor tweeëntwintigduizend runderen en honderdtwintigduizend schapen en geiten werden geslacht.
In de nacht na de wijding van de tempel verscheen de HEER aan Salomo.
2 Kronieken 7:12. Hij zei tegen hem: ‘Ik heb je gebed gehoord. Ik heb deze tempel aanvaard als de plaats waar men mij offers mag brengen. Wanneer ik de hemel gesloten houd zodat er geen regen valt, of de sprinkhanen beveel het land kaal te vreten, of pest onder mijn volk laat uitbreken, en wanneer dan mijn volk, het volk dat mij toebehoort, het hoofd buigt, al biddend mijn aanwezigheid zoekt en terugkeert van zijn dwaalwegen, dan zal ik het aanhoren vanuit de hemel, zijn zonden vergeven en het land genezen. Ja, ik zal opmerkzaam zijn en luisteren naar de gebeden die vanaf deze plaats tot mij worden gericht. De tempel die je gebouwd hebt aanvaard ik en heilig ik om er voor altijd mijn naam te laten wonen. Niets van wat daar gebeurt zal me ontgaan; ik zal alles ter harte nemen. [de vet weergegeven tekst gebruikt men bij het gebedsnetwerk voor Nederland]
Na Salomo komen we in de Bijbel een belangrijk inkeer moment tegen bij Elia. De profeet Elia doet er alles aan om zijn volk tot bekering te bewegen. Op de Karmel bidt Elia om vuur van de hemel. Het gaat er dus om dat de mensen zien dat God machtiger is dan de andere goden. Om hen zo tot inkeer te brengen.
1 Koningen 18:37. Geef mij antwoord, HEER, geef antwoord. Dan zal dit volk beseffen dat u, HEER, God bent en dat u het bent die hen tot inkeer brengt.’
Wat kunnen we van deze tekst leren?
Koning Salomo bidt in de lijn van de uitspraken in de Torah. Hij bidt of ze na hun bekering hun grondgebied weer terug zullen krijgen.
Koning Salomo geeft een vorm van een verootmoedigingsgebed aan:
1. Je smekend tot God wenden.
2. Belijden dat je hebt gezondigd.
3. Dat je verkeerd hebt gedaan.
4. Dat je slecht hebt gehandeld.
Deze tekst staat zowel in 1 Koningen 8:47 als 2 Kronieken 6:24-25.
Koning Salomo somt op wat ze zullen doen na nieuwe toewijding namelijk: Gods naam prijzen en God tot in de tempel bidden en smeken. Salomo bid: “Hoor hen dan vanuit de hemel en verschaf hen recht”.
God doet zijn best om ons tot inkeer te brengen. 1 Koningen 18.
Het gebed van Nehemia
De schenker van de koning Nehemia pleit in zijn gebed op een belofte, die God aan Mozes heeft gegeven.
Nehemia 1:8-9. Denk toch aan wat u Mozes hebt voorgehouden: “Als jullie ontrouw zijn, zal ik je onder alle volken verstrooien, maar als jullie naar mij terugkeren, en je houden aan mijn geboden en die naleven, zal ik jullie, ook al zouden jullie verbannen zijn naar het eind van de hemel, terughalen en bijeenbrengen op de plaats die ik heb uitgekozen om er mijn naam te laten wonen.”
Bekering in het boek Job
Bekering is ook een thema in het boek Job.
Job 6:29. Kom toch tot inkeer, laat er geen onrecht zijn, ja, kom tot inkeer; mijn gerechtigheid is er nog. [HSV, de NBV vertaalt met bezinnen. Een vlak woord]
Job 36:10. En Hij openbaart het voor hun oor tot tucht, en zegt, dat zij zich van de ongerechtigheid bekeren zouden. [SV]
Bekering in het boek van de Psalmen
En natuurlijk is bekering ook een thema in het boek van de Psalmen.
Psalm 22:28. Alle einden der aarde zullen het gedenken, en zich tot de Heere bekeren; en alle geslachten der heidenen zullen voor Uw aangezicht aanbidden. [SV]
Psalm 51:15. Zo zal ik de overtreders Uw wegen leren; en de zondaars zullen zich tot U bekeren. [SV]
Psalm 78:34. Zodra er doden vielen, zochten zij God, zij kwamen tot inkeer en verlangden naar hem.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Het is een wonder als een persoon zich bekeert. Als een hele groep of een heel volk zich bekeert, dat is een groot wonder en dat kan ook een omkeer zijn in het lot van dat volk. Nehemia.
De belofte dat de volken van de aarde zich tot de God van Israël zullen wenden. Zie Psalmen. Dat was in die tijd onvoorstelbaar. Nu zijn er in bijna ieder volk mensen, die de God van Israël willen gehoorzamen. Er staat ook: ze zullen Gods wegen leren. Daar hoopt deze site aan bij te dragen. En ze zullen naar Hem verlangen.
Bekering in de boeken van de profeten
In de boeken van de profeten is bekering het centrale thema hoewel je het woord bekering verhoudingsgewijs weinig tegenkomt.
Jesaja 1:26. Ik breng je rechters en raadgevers tot inkeer, het zal weer worden als voorheen. Dan zul je deze naam dragen: ‘Stad van gerechtigheid’, ‘Stad van trouw’.
Jesaja 19:22. En de Heere zal de Egyptenaars dapper slaan, en genezen; en zij zullen zich tot de Heere bekeren, en Hij zal Zich door hen verbidden laten, en Hij zal hen genezen. [SV]
Het staat niet in de tabel, maar eenmaal komt het zelfstandig naamwoord שׁוּבָה shuwbah Strong H7729 in de Bijbel voor en wel hier.
Jesaja 30:15. Dit zei God, de HEER, de Heilige van Israël: ‘In rust en inkeer ligt jullie redding, in geduld en vertrouwen ligt jullie kracht.’ Maar jullie wilden niet.
Jesaja 46:8. Neem dit (hoe dom het is om houten goden te dienen) ter harte, zondaars, verman je, kom tot inkeer!
Jesaja 59:20. En er zal een Verlosser tot Sion komen, namelijk voor hen, die zich bekeren van de overtreding in Jakob, spreekt de Heere. [SV]
Jeremia 4:1. Zo gij u bekeren zult, Israël! spreekt de Heere, bekeer u tot Mij; en zo gij uw verfoeiselen van Mijn aangezicht zult wegdoen, zo zwerft niet om. [SV]
Jeremia 5:3. O Heere! zien Uw ogen niet naar waarheid? Gij hebt hen geslagen, maar zij hebben geen pijn gevoeld; Gij hebt hen verteerd, maar zij hebben geweigerd de tucht aan te nemen; zij hebben hun aangezichten harder gemaakt dan een steenrots, zij hebben geweigerd zich te bekeren. [SV]
Jeremia 23:14. Maar in de profeten van Jeruzalem zie Ik afschuwelijkheid; zij bedrijven overspel, en gaan om met valsheid, en sterken de handen van de boosdoeners, opdat zij zich niet bekeren, een ieder van zijn boosheid; zij allen zijn Mij als Sódom, en haar inwoners als Gomórra. [SV]
Jeremia 24:7 En Ik zal hun een hart geven om Mij te kennen, dat Ik de Heere ben; en zij zullen Mij tot een volk zijn, en Ik zal hun tot een God zijn; want zij zullen zich tot Mij met hun ganse hart bekeren. [SV]
Jeremia 26:3. Misschien zullen zij horen, en zich bekeren, een ieder van zijn boze weg; zo zou Ik berouw hebben over het kwaad, dat Ik hun denk te doen vanwege de boosheid van hun handelingen. [SV]
Jeremia 31:19. Ik ben tot inkeer gekomen, ik sla mijzelf nu ik mijn hart doorzie. Ik ben vol berouw (nacham, die regel 3 uit de tabel), ik schaam mij diep, ga gebukt onder de zonden van mijn jeugd.”
Jeremia 36:3. Misschien zullen die van het huis van Juda horen al het kwaad, dat Ik hun gedenk te doen; opdat zij zich bekeren, een ieder van zijn boze weg, en Ik hun ongerechtigheid en hun zonde vergeef. [SV]
Jeremia 36:7. Misschien zal hun smeking voor het aangezicht des Heeren neervallen, en zij zullen zich bekeren, een ieder van zijn boze weg; want groot is de toorn en de grimmigheid, die de Heere tegen dit volk heeft uitgesproken. [SV]
Jeremia 44:5. Maar zij hebben niet gehoord, noch hun oor geneigd, om zich van hun boosheid te bekeren, dat zij andere goden niet roken. [SV]
Hosea 3:5. Daarna zullen zich de kinderen Israëls bekeren, en zoeken de Heere, hun God, en David, hun koning; en zij zullen vrezende komen tot de Heere en tot Zijn goedheid, in het laatste der dagen. [SV]
Hosea 5:4. Zij stellen hun handelingen niet aan, om zich tot hun God te bekeren; want de geest der hoererijen is in het midden van hen, en de Heere kennen zij niet. [SV]
Hosea 7:10. Daarom zal de hovaardij van Israël in zijn aangezicht getuigen; omdat zij zich niet bekeren tot de Heere, hun God, noch Hem zoeken in dit alles. [SV]
Hosea 11:5. Hij zal in Egypteland niet weerkeren; maar Assur, die zal zijn koning zijn; omdat zij weigeren zich te bekeren. [SV, Assyrië zal koning over Israël zijn omdat ze geen spijt hebben]
Jona 3:8. Maar mens en beest zullen met zakken bedekt zijn, en zullen sterk tot God roepen; en zij zullen zich bekeren, een ieder van zijn boze weg, en van het geweld, dat in hun handen is. [SV. Nineveh heeft spijt en ontloopt de straf]
Micha 5:2. Daarom zal Hij hen overgeven tot de tijd dat zij die baren zal, gebaard heeft. Dan zal de rest van Zijn broeders zich bekeren, met de Israëlieten. [HSV. Het lijkt te gaan over Jezus. Mensen uit Israël zullen zich bekeren en enkele broeders zullen Hem gaan volgen]
Ezechiël 3:19. Als je een slecht mens daarentegen waarschuwt en hem zegt dat hij tot inkeer moet komen en hij gaat toch voort op zijn goddeloze weg, dan is hij zelf schuldig aan zijn dood, maar zul jij het er levend afbrengen.
Ezechiël 13:22. Jullie (de leiders) jagen met je leugens onschuldige mensen angst aan terwijl ik tegen hen geen kwaad in de zin heb, en jullie moedigen schuldige mensen aan en verhinderen dat zij tot inkeer komen en zo hun leven redden.
Ezechiël 18:23. Denken jullie dat ik het toejuich als een slecht mens sterven moet? – spreekt God, de HEER. Nee, ik wil dat hij tot inkeer komt en in leven blijft.
Ezechiël 18:28. Als hij tot inzicht en inkeer is gekomen en niet langer misdaden begaat, zal hij zeker blijven leven en niet hoeven sterven.
Ezechiël 18:30. Ik zal iedereen beoordelen naar de weg die hij gegaan is – spreekt God, de HEER. Kom tot inkeer, bega geen misdaden meer, anders brengt jullie schuld je ten val.
Ezechiël 18:32. Want de dood van een mens geeft me geen vreugde – spreekt God, de HEER. Kom tot inkeer en leef!
Zacharia 1:6. “Toch hebben mijn woorden en de wetten die ik mijn dienaren de profeten had opgedragen te verkondigen, jullie voorouders getroffen.” Toen kwam het volk tot inkeer en erkende: ‘De HEER van de hemelse machten heeft vanwege onze handel en wandel met ons gedaan wat hij zich had voorgenomen.’
Maleachi 3:18. Dan (op die toekomstige dag) zult gij tot inkeer komen en het onderscheid zien tussen de rechtvaardige en de goddeloze; tussen wie God dient, en wie Hem niet dient. [NBG]
Wat kunnen we van deze teksten leren?
De boeken van de profeten geven aan wat Gods wil is dat er zal gaan gebeuren. Namelijk rechters en raadgevers komen tot inkeer. Egyptenaren zullen zich tot de Heer bekeren. Er komt een verlosser uit Sion. Jesaja 1, 19 en 59.
De profeet Jeremia ziet allerlei ongerechtigheid waarvan men zich zal moeten bekeren. Afgoden, valsheid, sterken de handen van slechte mensen. Jeremia 4 en 5.
Hij ziet ook de hardheid van hun hart, wat bekering in de weg staat. Jeremia 5 en 44.
Ook in het boek Jeremia staan beloften. Ze zullen mij tot een volk zijn. Ik zal hun tot een God zijn. Jeremia 24. God zal berouw hebben over het kwaad wat hij denkt hen aan te doen. Jeremia 26.
De profeet Ezechiël brengt een nieuw element in. Als je een ander oproept tot bekering als dat nodig is, dan ben je zelf vrijgepleit. Ezechiël 3. Je kunt ook voorkomen dat anderen zich bekeren dor mensen angst aan te jagen. Dat is in de geschiedenis van de kerk ook gebeurt. Ezechiël 13.
De Heer hoopt dat mensen tot inkeer komen zodat ze in leven blijven. Ezechiël 18.
Je komt al een heel eind als je begrijpt waarom het fout met je is gegaan. Zacharia 1.
Maleachi spreekt van inzicht wat de mensen zullen krijgen over wat rechtvaardig is en wat niet.
3. Teshoeva Inkeer
Er is ook een zelfstandig naamwoord Teshoeva. De wortel van dit woord is het woord hierboven namelijk ‘shuwb’ .
De uitgang ‘a’ van Teshoeva betekent dat het een vrouwelijk zelfstandig naamwoord is. Het toevoeging aan de voorkant van het woord ’te’ staat voor jij of u: het gaat om een ‘bekering van jou’, heel persoonlijk.
De teshoeva is in het Jodendom een belangrijk begrip geworden. Het is voor iedere dag, maar er is speciale aandacht voor berouw en bekering in de tijd tussen het Joodse Nieuwjaar en Jom Kippur.
Het woord teshoeva heeft in de Bijbel een alledaagse betekenis. Het woord komt acht keer voor in de Bijbel, waarvan eenmaal in de zin van terugkeren naar een plaats, vijf keer in de zin van een terugkeer van de jaarcyclus. Hieronder van beiden een voorbeeld, uit het boek Samuel.
1 Samuel 7:17. Dan keerde hij weer terug naar zijn
woonplaats Rama, van waaruit hij Israël bestuurde en waar hij een altaar had
gebouwd voor de HEER.
2 Samuel 11:1. En het geschiedde met de wederkomst van het jaar, ten tijde
als de koningen uittrekken [SV. De terugkeer van het jaar is het voorjaar]
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Het Hebreeuws is een taal van werkwoorden. Het zelfstandig naamwoord heeft nog niet de betekenis van bekering of inkeer. Dat is pas later in het Jodendom gekomen.
Teshoeva in het huidige Jodendom
Hieronder enkele citaten uit de Hebreeuwse Wikipedia. De tekst heb ik via Google Translate vertaald in het Nederlands en toen nog meer leesbaar gemaakt.
Het woord ’teshuvah’ komt uit de Thora en komt van een woord dat terugkeer tot God en terugkeer naar het hart betekent. Je kunt dit woord op verschillende plaatsen in Deuteronomium vinden. Onder hen een speciaal verhaal van berouw, dat verbonden is met een algemene nationale reactie en de verlossing van Israël (Deuteronomium 30:1-14). Het idee van bekering verschijnt ook op veel plaatsen in de woorden van de profeten .
De profeten van Israël werden naar het volk van Israël gestuurd. Zij riepen het volk op om hun manier van handelen te corrigeren. De profeten deden dit omdat ze geloofden in de mogelijkheid dat door bekering van zonden deze worden uitgewist. Ze wilden een naderende ramp voorkomen en om het volk uit ballingschap te verlossen. Het grootste deel van het boek Jona is gewijd aan het idee dat het nuttig is om zo’n moeilijke boodschap te verkondigen, zelfs als het gaat om ernstige zonden. Niet alleen voor Israël maar ook voor de naties van de wereld.
Een zondaar die zich bekeerd is een baal teshuva. Baal = heer. Je bent een hele meneer als je je bekeert. Hij is groter dan degenen die nooit hebben gezondigd omdat ze een mooie verovering hebben bewerkt.
Er zijn denkers, die geloven dat er geen remedie is voor een persoon die gezondigd heeft, omdat het verleden niet kan worden veranderd en dat een persoon niet echt een nieuwe bladzijde kan beginnen en het verleden achter zich kan laten. Maar het Jodendom is vol van de optimistische gedachte, dat er altijd een remedie is voor de mens, en een persoon kan zichzelf op elk moment herstellen. De Torah is hierop gebaseerd [zie ook de studie over Nieuwe Maan feest].
Een persoon heeft het vermogen om zijn daden te veranderen in het verlaten van het kwaad en om het goede te kiezen en zichzelf daardoor te herscheppen.
4. Nacham: Spijten en berouwen.
Het Hebreeuwse werkwoord נָחַם nacham kun je o.a. met spijten of berouwen vertalen. Eigenlijk gaat het hier om een mentale verandering, die vooraf gaat aan een verandering van handelen.
Niet alleen mensen hebben berouw om iets, het kan ook om God gaan, die zucht en zijn hand over zijn hart haalt en de mensen niet gaat straffen. Zijn mededogen wint het.
Het gaat zelfs over mensen die spijt of berouw kunnen krijgen van een goede weg.
Ik heb alle teksten bekeken waar de KJV dit woord met ´repent´ vertaalt, dus niet met ´comfort´.
De eerst drie teksten gaan over de spijt of berouw van de Heer over wat zijn plannen waren. De HEER wil toch een andere weg kiezen.
Genesis 6:6-7. Hij kreeg er spijt van dat hij mensen had gemaakt en voelde zich diep gekwetst. Ik zal de mensen die ik geschapen heb van de aarde wegvagen, dacht hij, en met de mensen ook het vee, de kruipende dieren en de vogels, want ik heb er spijt van dat ik ze heb gemaakt. [in andere vertalingen staat het woord berouw]
Nadat Mozes voor het volk Israël had gepleit, zag de HEER van het plan af om afstand te nemen van zijn volk.
Exodus 32:12. Wilt u dat de Egyptenaren zeggen: “Hij heeft hen bevrijd om hen in het ongeluk te storten, om hen in het bergland te doden en van de aarde weg te vagen”? Wees niet langer toornig en zie ervan af onheil over uw volk te brengen!
Exodus 32: 14. Toen zag de HEER ervan af zijn volk te treffen met het onheil waarmee hij gedreigd had. [in andere vertalingen staat het woord berouw]
In de tekst hieronder gaat het over mogelijke spijt van het volk Israël over de juiste weg, die ze gingen.
Exodus 13:17. Toen de farao het volk had laten vertrekken, leidde God hen niet langs de weg die door het gebied van de Filistijnen loopt, ook al was dat de kortste route. God dacht namelijk: Als ze strijd zouden moeten leveren, konden ze wel eens spijt krijgen en teruggaan naar Egypte.
Dit is de mening van tovenaar Bileam over God.
Numeri 23:19. God is geen man, dat Hij liegen zou, of een mensenkind, dat Hij ergens berouw over hebben zou. Zou Híj iets zeggen en het dan niet doen? Zou Híj spreken en het niet gestand doen? [HSV. Het gaat hier om een zegen, die Bileam moest geven]
Als God zegt dat Hij iets goeds gaat doen, dan lezen we dat Hij er niet op terug komt. Dat berouwt hem dus niet. Maar als hij de mensen straft en ziet wat het uitwerkt, dan kan Hij er wel op terug komen. Dan berouwt het Hem dus wel, zie de twee teksten hieronder.
Deuteronomium 32:36. Want de HEER zal zijn volk recht doen, hij ontfermt zich weer over zijn dienaren. Als hij ziet dat alle krachten hun begeven en weldra iedereen bezwijkt,
Rechters 2:18-19. Want wanneer het volk zuchtte onder het juk van onderdrukkers, kreeg de HEER medelijden en verloste hij hen van hun vijanden zolang die rechter leefde. Maar wanneer de rechter dan stierf, verviel het volk van kwaad tot erger.
Hieronder een tekst dat het volk berouw heeft.
Richteren 21:6 en 15. 6Nu voelden ze zich bezwaard vanwege hun broeders, de Benjaminieten: ‘Een van de stammen van Israël is vandaag verloren gegaan,’ zeiden ze. 15De HEER had een bres geslagen in de stammen van Israël, en daarover voelden de Israëlieten zich nu bezwaard.
1 Samuel 15:11 en 35 meldt dat de HEER spijt heeft dat Hij Saul koning heeft gemaakt over het volk Israël.
1 Samuel 15:29. En u weet dat de Glorie van Israël nooit zijn woord breekt en nimmer van zijn besluiten terugkomt. Hij is immers geen mens, dat hij van zijn besluiten terug zou komen.’ [identieke tekst van Numeri 23. Blijkbaar belangrijk genoeg om te herhalen. In dit geval was voor koning Saul het oordeel definitief]
In 2 Samuel 24:16 en 1 Kronieken 21:15 heeft de HEER spijt van het kwaad dat de engel van de HEER over de stad Jeruzalem aan het brengen is.
Job 42:6. Daarom herroep ik mijn woorden en buig ik mij, zoals ik hier zit in het stof en het vuil.’ [dat zegt Job tegen God]
Psalm 90:13. Keer u tot ons, HEER – hoe lang nog? Ontferm u over uw dienaren.
Psalm 106:45-46. Hij dacht weer aan zijn verbond met hen, zo trouw was hij dat hij deernis voelde en medelijden wekte bij allen die hen hadden weggevoerd.
Psalm 110:4. De HEER heeft gezworen, en komt op zijn eed niet terug: ‘Je bent priester voor eeuwig, zoals ook Melchisedek was.’
Psalm 135:14. Want de HEER doet recht aan zijn volk en ontfermt zich over zijn dienaren.
Uit de boeken van de profeten (niet compleet).
Jeremia 31:18b-19a. Bekeer mij, dan zal ik bekeerd zijn, want U bent de HEERE, mijn God. Want nadat ik bekeerd was, heb ik berouw gekregen. [Drie keer bekeren, shuwb, en eenmaal betrouw nacham]
Dan gaat het verder met:
Jeremia 31:19b. Nadat ik met mijzelf bekend ben gemaakt, heb ik mij op de heup geslagen. Ik ben beschaamd, ja, ook te schande geworden, omdat ik de smaad van mijn jeugd meedraag.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
De laatste tekst, Jeremia 31, geeft een mooie volgorde: je eerst keren naar God, in zijn aanwezigheid doet het pijn.
En dan komt nog:
– het drong tot me door
– ik sloeg me op mijn dijen
– ik schaamde me
– ik was verbijsterd over mijn daden. Hoe heb ik zo stom kunnen zijn in het verleden.
In dit verband is deze tekst van de profeet Jeremia ook mooi.
Jeremia 31:18. Keer mijn hart naar U toe, opdat ik weer tot U zal terugkeren, want U alleen bent de Here mijn God. [Het Boek]
De Heer gaat door met het mooie werk, daar heeft Hij geen spijt van, Numeri 23, maar soms is een straf ook definitief, zie bij koning Saul.
Het zelfstandig naamwoord נִחֻם nichuwm.
Dit woord komt drie keer voor. Een keer brengen in hun lot.
Jesaja 57:18. Ik heb gezien wat ze deden, maar toch zal ik hen genezen, hen leiden en hun barmhartigheid bewijzen.
Hosea 11:8. Hoe zou Ik u overgeven, o Efraïm? u overleveren, o Israël? Hoe zou Ik u maken als Adama, u stellen als Zebóïm? Mijn hart is in Mij omgekeerd, al Mijn berouw is te zamen ontstoken. [SV, berouw is van H5150] Zie tekst volgende paragraaf.
Zacharia 1:13. Daarop antwoordde de HEER de engel die met mij sprak met troostende en bemoedigende woorden
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Het gaat hier om dat God een omkeer bewerkt in hun lot. Ook al is daar weinig of een aanleiding toe.
5. Hafak: Omkeren en veranderen.
Het werkwoord הָפַךְ haphak (om)keren, veranderen, komt 94 keer voor in 92 verzen. Een enkele keer gaat het over verandering van een lot.
Hier drie voorbeelden van gebruik van het woord.
Genesis 19:25. En Hij keerde deze steden om, en die ganse vlakte, en alle inwoners van deze steden, ook het gewas des lands.[SV, de NBV maakt er wegvagen en vernietigen van. Het omdraaien van een stad, wat er staat, heeft natuurlijk wel vernietiging tot gevolg]
Leviticus 13:17. Als de priester vaststelt dat de huid wit geworden is, moet hij hem rein verklaren; hij is dan rein. [de huid had in een eerdere fase het teken van melaatsheid]
Psalm 30:11. De Heer heeft mijn rouw in gezang veranderd.
Een enkele keer gaat het om omkeren, veranderen van ons hart of ons binnenste.
Zo staat er dat de HEER koning Saul verandert in een ander mens.
1 Samuel 10:6 en 9. 6Dan zult u worden gegrepen door de geest van de HEER en ook in vervoering raken, en u zult een ander mens worden. 9En inderdaad, zodra Saul zich had omgedraaid om zijn weg te vervolgen, maakte God van hem een ander mens. En alle voorspelde gebeurtenissen kwamen diezelfde dag nog uit. [er staat letterlijk niet een ander mensen worden, maar veranderen in een ander mens]
In Psalm 105 staat het over de Egyptenaren juist andersom.
Psalm 105:25. Hij veranderde hun hart: ze gingen zijn volk haten.
Klaagliederen 1:20. Aanzie, Heere, want het is mij bang; mijn ingewand is in beroering, mijn hart heeft zich omgekeerd in het binnenste van mij, want ik ben zeer weerspannig geweest; van buiten heeft mij het zwaard van kinderen beroofd, van binnen is als de dood. [SV]
Hosea 11:8. Hoe zou Ik u overgeven, o Efraïm? u overleveren, o Israël? Hoe zou Ik u maken als Adama, u stellen als Zebóïm? Mijn hart is in Mij omgekeerd, al Mijn berouw is te zamen ontstoken. [SV, berouw is van H5150]
Wat kunnen we leren van deze teksten?
Het Hebreeuwse werkwoord nacham wordt gebruikt als de Heer in de hemel spijt heeft van een bepaalde richting. Dit zijn teksten die in tegenspraak zijn met het in de kerken gebruikelijke beeld van God, die alles weet en ook wat er in de toekomst zal gaan gebeuren.
De Heilige Geest veranderde het innerlijk van koning Saul, maar toch blijkbaar niet zo dat het een goede koning werd. Dat kan dus ook. Wel veranderen, maar er blijft nog veel van het “oude” hart over. 1 Samuel 10.
In Klaagliederen bekent de schrijver dat hij zelf is veranderd door alle narigheid, die hij heeft meegemaakt.
6. Omkeren en inkeren in het Nieuwe Testament
In het Nieuwe Testament komen er twee woorden voor, die met bekeren zijn vertaald. Evenzo ook twee zelfstandig naamwoorden die met bekering zijn vertaalt.
Grieks woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1. | ἐπιστρέφω epistrephō | Werkwoord | G1994 SB1813 | Omkeren. Komt 44 keer voor in 38 verzen. KJV: turn (16x), be converted (6x), return (6x), turn about (4x), turn again (3x), misc (4x) |
2. | ἐπιστροφή epistrophē | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G1995 SB1814 | Bekering. Het woord komt eenmaal voor in Handelingen 15:3. KJV: conversion |
3. | στρέφω strephō | Werkwoord | G4762 SB4143 | Wenden, keren. Het woord komt 18 keer voor in 18 verzen. KJV: turn (11x), turn (one’s self (2x), turn (one) (1x), turn again (1x), turn back again (1x), turn (one) about (1x), be converted (1x), vr turn (1x). |
4. | μετανοέω metanoeō | Werkwoord | G3340 SB2862 | Spijten, spijt hebben. Komt 36 keer voor in 32 verzen. KJV: repent (34x). |
5. | μετάνοια metanoia | Zelfstandig naamwoord | G3341 SB2863 | Spijt. Komt 24 keer voor in 24 verzen. KJV: repentance (24x) |
Beide groepjes Griekse woorden hebben een behoorlijk andere inhoud. Bij de één gaat het om een fysiek omkeren. En bij het andere groepje gaat het om een omkering van je gedachten, anders denken.
7. (Epi)strefo: omkeren
Het werkwoord strofe betekent keren of wenden het is een woord uit het dagelijkse leven. Het woord epi geeft aan dat het wenden of keren in een bepaalde richting gaat. Je was op weg ergens naar toe, maar je keert je om of je keert je terug.
Het woord komt in 38 verzen voor. Het heeft meestal een gewone betekenis, zoals in deze teksten. Hoewel, je zult het maar meemaken dat Jezus je naar je keert.
Matteüs 9:22. Jezus keerde zich om naar de vrouw.
Lucas 8:55. Haar levensadem keerde terug en ze stond meteen op. [over een meisje waarin het leven terugkeerde]
2 Petrus: 2:22. Een hond keert terug naar zijn eigen braaksel. [Een spreekwoord]
Hier alle teksten met dit woord, die gaan over je keren tot God.
Matteüs 13:15. Want het hart van dit volk is afgestompt, hun oren zijn doof en hun ogen houden zij gesloten. Met hun ogen willen ze niets zien, met hun oren niets horen, met hun hart niets begrijpen. Want anders zouden ze tot inkeer komen en zou ik hen genezen.” [dit is een citaat uit Jesaja. Het niet kunnen zien, horen en begrijpen is een oordeel van God]
Marcus 4:12. “opdat ze scherp zien, maar geen inzicht hebben, opdat ze goed horen, maar niets begrijpen, anders zouden ze zich bekeren en vergeving krijgen.”’
Lukas 1:16. … en hij zal velen uit het volk van Israël tot de Heer, hun God, brengen. [Johannes de Doper zal velen uit het volk laten keren tot de Heer]
Lukas 22:32. Maar ik heb voor je gebeden opdat je (Simon) geloof niet zou bezwijken. En als jij eenmaal tot inkeer bent gekomen, moet jij je broeders sterken.’
In het boek Handelingen staan acht verzen, die in dit deel
zouden passen. En ook drie, die meer over alledaagse dingen gaan. Van die acht
verzen is deze heel sprekend.
Handelingen 3:19. Wend u af van uw huidige leven en keer terug tot God om
vergeving te krijgen voor uw zonden.
2 Korintiërs 3:16. Telkens als iemand zich tot de Heer wendt, wordt de sluier van de wet afgenomen.
1 Tessalonicenzen 1:9. … iedereen praat erover hoe wij door u zijn ontvangen en hoe u zich van de afgoden hebt afgewend om u tot God te keren – om hem, de levende en ware God, te dienen.
Jakobus 5:19-20. Broeders en zusters, als een van u afdwaalt van de waarheid en een ander laat hem daarheen terugkeren, dan mag hij weten: wie een zondaar van het dwaalspoor terugbrengt, red hem van de dood en wist tal van zonden uit.
1 Petrus 2:25. Eens dwaalde u als schapen, nu bent u teruggekeerd naar hem die de herder is, naar hem die uw ziel behoedt.
2 Petrus 2:20-22. En als zij die zich door hun kennis van onze Heer en redder Jezus Christus hebben losgemaakt van het vuil van de wereld, daar weer in verstrikt raken en er opnieuw door worden beheerst, zijn ze er erger aan toe dan voorheen. Het was beter voor hen geweest de weg van de rechtvaardigheid nooit gekend te hebben dan die weg wel te kennen, en zich vervolgens af te wenden van het heilige gebod dat hun is overgeleverd. Op hen is het spreekwoord ‘Een hond keert terug naar zijn eigen braaksel’ volledig van toepassing, of ‘Een gewassen zeug rolt al snel weer door de modder.’ [die hond kwamen we ook al tegen in het begin van deze paragraaf]
Het zelfstandig naamwoord epistrofe
Eenmaal komt het woord epistrofe als zelfstandig naamwoord voor, zie regel 2 in de tabel, namelijk in het boek Handelingen.
Handelingen 15:3. Nadat de gemeente hun uitgeleide had gedaan, gingen ze op weg en trokken ze door Fenicië en Samaria. Daar verhaalden ze uitvoerig over de bekering van de heidenen, iets dat bij alle gelovigen grote vreugde wekte.
Het werkwoord strepho
Van de 18 teksten met het woord strepho, regel 3 van de tabel, gaat er één over je keren tot God. Het is vergelijkbare inhoud met de eerste teksten van dit hoofdstuk.
Johannes 12:39-40. Ze konden niet tot geloof komen, want Jesaja heeft ook gezegd: ‘Hij heeft hun ogen verblind en hun hart gesloten, anders zouden zij met hun ogen zien en met hun hart begrijpen, zij zouden zich omkeren en ik zou hen genezen.’
Een andere tekst gaat over het afkeren van God van de mensen. Namelijk omdat de mensen zich eerst van God hebben afgekeerd.
Handelingen 7:42. Maar God keerde zich van hen af en liet hen de sterren en hemelgoden aanbidden, zoals in het boek van de Profeten geschreven staat: “Hebben jullie mij soms dierenoffers en brandoffers gebracht toen jullie veertig jaar door de woestijn trokken, volk van Israël?
Wat kunnen van deze teksten leren?
In Matteüs, Marcus en later ook Johannes staat een heftig citaat uit Jesaja. God verblind ogen, maakt oren doof en verhardt harten. Uit teleurstelling over hun afvallig leven. En dat is opdat ze zich niet zouden bekeren. Een tekst waarvan mij lijkt dat die helaas in onze tijd ook van toepassing is.
Want het principe is, dat als je tot omkering komt, dan is er genezing en vergeving. Matteüs 13, Marcus 4, Johannes 12, Handelingen 3.
Johannes de Doper liet veel mensen keren naar de Heer. Lukas 1.
Als je tot inkeer bent gekomen, dan kun je de geloofsgenoten sterken. Lukas 22.
Als je een relatie met de Heer hebt, dan zie je dat die relatie het belangrijkste is en dat de wet adviezen zijn van een liefdevolle Vader. 2 Korintiërs.
Het is goed om je op God, de levende God te richten in plaats van allerlei andere dingen in je leven bovenaan te zetten. 1 Tessalonicenzen.
Als je een zondaar van zijn dwaalspoor afbrengt, dan ´red je hem van de dood´, oftewel je bezorgt hem leven. En ´wist tal van zonden uit´, een veel omvattende formulering: narigheid, ziekte, duisternis, gebondenheid etc. Jakobus 5.
Iemand, die God niet dient is dwalende. Als je achter God de herder aangaat, gaat het goed met je. 1 Petrus.
Je kunt ook terugkeren naar je oude leven, de tijd voor je bekering. Dat is een ernstige zaak. Dan is inkeer niet meer mogelijk. Pas daar voor op. 2 Petrus.
De genade is niet eindeloos. Soms voorkomt God dat mensen zich bekeren, Johannes 12:40 en soms liet God hen sterren en hemelgoden aanbidden.
8. Metanoeo: anders denken.
Het woord ‘noeo’ betekent denken. Meta heeft in dit geval de betekenis van ‘anders’. Het is dus te vertalen met anders denken.
Ook het zelfstandig naamwoord komt in de Bijbel voor: metanoia. Dat zou je kunnen vertalen met een verandering van denken.
De klassieke vertalingen SV, HSV en NBG vertalen ook dit woord, net als de vorige woorden met bekeren en bekering. De NBV meestal met tot inkeer komen of inkeer. Soms spreekt de NBV over een nieuw leven, terwijl daarvoor toch eerst inkeer voor nodig is.
Het werkwoord en het daarbij behorende zelfstandig naamwoord komen in totaal 56 teksten van het Nieuwe Testament voor. Hieronder alle teksten, behalve de parallelle teksten uit Marcus en Lukas, die al in het evangelie van Matteüs naar voren zijn gekomen.
1. Teksten uit het evangelie van Matteüs.
In het evangelie van Matteüs komt in acht teksten het werkwoord metanoeo of het zelfstandig naamwoord metanoia voor.
Matteüs 3:1-2. In die tijd trad Johannes de Doper op in de woestijn van Judea. Hij verkondigde: ‘Kom tot inkeer, want het koninkrijk van de hemel is nabij!’
Matteüs 3:8-11. Breng liever vruchten voort die een nieuw leven waardig zijn, en denk niet dat je bij jezelf kunt zeggen: Wij hebben Abraham als vader. Want ik zeg jullie: God kan uit deze stenen kinderen van Abraham verwekken! De bijl ligt al aan de wortel van de boom: iedere boom die geen goede vrucht draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen. Ik doop jullie met water ten teken van jullie nieuwe leven, maar na mij komt iemand die meer vermag dan ik; ik ben zelfs niet goed genoeg om zijn sandalen voor hem te dragen. Hij zal jullie dopen met de heilige Geest en met vuur.
Matteüs 4:16-17. Het volk dat in duisternis leefde, zag een schitterend licht, en zij die woonden in de schaduw van de dood werden door het licht beschenen.’ Vanaf dat moment begon Jezus zijn verkondiging. ‘Kom tot inkeer,’ zei hij, ‘want het koninkrijk van de hemel is nabij!’
Matteüs 9:13. Maar ga heen en leer wat het betekent: Ik wil barmhartigheid en geen offer; want Ik ben niet gekomen om rechtvaardigen tot bekering te roepen, maar zondaars. [HSV, anderen laten het woord bekering weg]
Matteüs 11:20-21. Daarop maakte hij de steden waar bijna al zijn wonderen hadden plaatsgevonden, het verwijt dat ze niet tot inkeer waren gekomen: ‘Wee Chorazin, wee Betsaïda, want als in Tyrus en Sidon de wonderen waren gebeurd die bij jullie gebeurd zijn, dan zouden de inwoners van die steden zich allang in een boetekleed hebben gehuld en met stof op hun hoofd tot inkeer gekomen zijn.
Matteüs 12:39-41. Ze verlangt een teken, maar zal geen ander teken krijgen dan dat van de profeet Jona. Want zoals Jona drie dagen en drie nachten in de buik van een grote vis zat, zo zal de Mensenzoon drie dagen en drie nachten in het binnenste van de aarde verblijven. Op de dag van het oordeel zullen de Ninevieten samen met deze generatie opstaan en haar veroordelen; want zij hadden zich bekeerd na de prediking van Jona, en hier ziet u iemand die meer is dan Jona!
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Het koninkrijk van de hemel was in de tijd van Jezus dichtbij. En als dat koninkrijk dichtbij is, dan is het héél verstandig om daar van te ‘profiteren’. Dat er voordeel van hebben kan als je jezelf van dingen vrij maakt, die niet bij God passen. Kom tot inkeer en breng je manier van denken en handelen in overeenstemming met de weg van God. Matteüs 3 en 4. Als het koninkrijk van God nabij is, dan komen mensen trouwens eerder tot bezinning. Maar niet iedereen natuurlijk.
Bekering is niet voor rechtvaardigen. Deze dikaios, Strong G1342, in het Hebreeuws tsaddiek, zijn al bekeerd. Of ze denken dat ze bekeerd zijn, maar zijn het niet. Voor zondaars is een grote prijs te grijpen. Matteüs 9.
In Matteüs 11 waarschuwt Jezus als je wonderen hebt gezien en je toch niet anders ben gaan denken, dat je dan een oordeel over je afroept net als bij Chorazin en Betsaïda. En inderdaad als je in Israël deze plaatsen bezoekt, dat zal je zien dat deze streden nu ruïnes zijn.
Als je anders gaat denken, namelijk op een manier die bij God hoort, als gevolg van een oproep tot inkeer, dan hoor je bij Jezus op de dag van het oordeel. Matteüs 12.
2. Teksten uit de andere evangeliën
Lukas 13:1-5. Er waren op dat moment ook enkele mensen aanwezig die hem vertelden over de Galileeërs van wie Pilatus het bloed vermengd had met hun offers. Hij zei tegen hen: ‘Denken jullie dat die Galileeërs grotere zondaars waren dan alle andere Galileeërs, omdat ze dat ondergaan hebben? Zeker niet, zeg ik jullie, maar als jullie niet tot inkeer komen, zul je allemaal op dezelfde wijze omkomen. Of die achttien die stierven doordat de Siloamtoren op hen viel – denken jullie dat zij schuldiger waren dan alle andere mensen die in Jeruzalem wonen? Zeker niet, zeg ik jullie, maar als jullie niet tot inkeer komen, zul je allemaal net zo sterven als zij.’
Lukas 15:3-7. Jezus vertelde hun toen deze gelijkenis: ‘Als iemand van u honderd schapen heeft waarvan er één verloren is geraakt, laat hij dan niet de negenennegentig andere in de woestijn achter om naar het verdwaalde dier op zoek te gaan tot hij het gevonden heeft? En als hij het gevonden heeft, legt hij het vol vreugde op zijn schouders en gaat hij naar huis. Daar roept hij zijn vrienden en buren bijeen en zegt tegen hen: “Deel in mijn vreugde, want ik heb het schaap gevonden dat verdwaald was.” Ik zeg u: zo zal er in de hemel meer vreugde zijn over één zondaar die tot inkeer komt dan over negenennegentig rechtvaardigen die geen inkeer nodig hebben.
Lukas 15:8-10. En als een vrouw tien drachmen heeft en er één verliest, steekt ze toch de lamp aan, veegt het hele huis schoon en zoekt ze alles af tot ze het muntstuk gevonden heeft? En als ze het gevonden heeft, roept ze haar vriendinnen en buren bijeen en zegt: “Deel in mijn vreugde, want ik heb de drachme gevonden die ik kwijt was.” Zo, zeg ik u, heerst er ook vreugde onder de engelen van God over één zondaar die tot inkeer komt.’
Lukas 16:30-31. De rijke man zei: “Nee, vader Abraham, maar als iemand van de doden naar hen toe komt, zullen ze tot inkeer komen.” Maar Abraham zei: “Als ze niet naar Mozes en de profeten luisteren, zullen ze zich ook niet laten overtuigen als er iemand uit de dood opstaat.”’
Lukas 17:3-4. Indien een van je broeders of zusters zondigt, spreek die dan ernstig toe; en als ze berouw hebben, vergeef hun. En als ze zevenmaal op een dag tegen je zondigen en zevenmaal naar je terugkeren en zeggen: “Ik heb berouw,” dan moet je hun vergeven.’
Lukas 24:46. Hij zei tegen hen: ‘Er staat geschreven dat de messias zal lijden en sterven, maar dat hij op de derde dag zal opstaan uit de dood, en dat in zijn naam alle volken opgeroepen zullen worden om tot inkeer te komen, opdat hun zonden worden vergeven. Jullie zullen hiervan getuigenis afleggen, te beginnen in Jeruzalem.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Anders gaan denken is essentieel. Als je dat niet doet, zul je omkomen. Lukas 13.
In de hemel is er grote vreugde als iemand anders gaat denken. Als iemand dat niet doet blijft de hemel zoeken. Lukas 15.
Mensen kunnen heel hardleers zijn. Als je niet naar Mozes en de profeten luistert, maken zelfs grote wonderen geen indruk. Lukas 16.
Als iemand t.o.v. jou tot inkeer komt, vergeef die persoon dan ook. Lukas 17.
Aan de mensen van alle volken is de boodschap, komt tot inkeer, ga denken zoals dat bij God hoort. Lukas 24.
3. De teksten uit het boek Handelingen.
Er zijn 11 teksten in het boek Handelingen waar metanoeo en metanoia in voorkomen. Hieronder staan ze allemaal.
Handelingen 2:38. Petrus antwoordde: ‘Keer u af van uw huidige leven en laat u dopen onder aanroeping van Jezus Christus om vergeving te krijgen voor uw zonden. Dan zal de heilige Geest u geschonken worden.
Handelingen 3:19. Zelfde tekst.
Handelingen 5:31. God heeft hem een plaats gegeven aan zijn rechterhand, hem tot leidsman en redder verheven om de Israëlieten tot inkeer te brengen en hun zonden te vergeven.
Handelingen 8:22. Bekeer u (tovenaar Simeon) dan van deze slechtheid van u en bid God of deze gedachte van uw hart u misschien vergeven wordt. [HSV. De NBV spreekt hier ineens over ‘berouw’)
Handelingen 11:18. En toen zij dit hoorden, waren zij gerustgesteld, en zij verheerlijkten God en zeiden: Zo heeft God dus ook aan de heidenen de bekering gegeven die tot het leven leidt. [HSV]
Handelingen 13:24. … nadat Johannes, voorafgaand aan Zijn komst, eerst aan heel het volk Israël de doop van bekering gepredikt had. [HSV]
Handelingen 17:30. God slaat echter geen acht op de tijd waarin men hem niet kende, maar roept nu overal de mensen op om een nieuw leven te beginnen.
Handelingen 19:4. Maar Paulus zei: Johannes doopte wel een doop van bekering, maar hij zei ook tegen het volk dat zij moesten geloven in Hem Die na hem kwam, dat is in Christus Jezus. [HSV]
Handelingen 20:21. Zowel Joden als Grieken heb ik opgeroepen zich te bekeren tot God en te geloven in Jezus, onze Heer.
Handelingen 26:20. … en heb eerst aan de inwoners van Damascus en Jeruzalem, en aan allen die in Judea wonen, en later ook aan de heidenen verkondigd dat ze tot inkeer moesten komen en God moesten eren, en zich dienden te gedragen zoals dat bij hun nieuwe leven paste.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Petrus roept op om tot een manier van denken te komen, die past bij een leven met God. Dan is de doop een logische stap om de verandering en de vergeving van de zonden te markeren en de Heilige Geest te ontvangen. Handelingen 2 en 3.
God de Vader blijft Jezus steunen om het volk Israël tot een andere manier van denken te bewegen, zodat ze voor hun zonden vergeving krijgen. In de praktijk houdt dat hetzelfde in als wat Jezus voor het volk deed toen hij op aarde was. Onderwijs, genezing, bevrijding en hulp uit allerlei moeilijke en nare situaties. Handelingen 5.
Hier staat ook een voorbeeld, van Simon de tovenaar, van een bekering, die niet automatisch zal leiden tot vergeving door God. Handelingen 8.
In Handelingen 11 staat een prachtige tekst. Even in mijn vertaling: Zo heeft God dus ook aan de volken de inkeer gegeven die tot het leven leidt.
Heidenen heb ik veranderd in volken. Dat staat ook in het Grieks. En bekering heb ik veranderd in inkeer. Inkeer is de mogelijkheid om anders te denken. Zo heeft God dus ook aan de volken de mogelijkheid gegeven tot anders te denken, wat tot het leven leidt.
Over dat anders denken van de mensen van de volken gaat ook in Handelingen 17, 20, hier noemt Paulus de Grieken en in Handelingen 26 de volken nogmaals.
Johannes de Doper had al voor de komst van Jezus gepreekt over een andere manier van denken. Handelingen 13 en 19.
God vraagt ons nu om ons leven te veranderen. Hij kijkt niet terug maar roept ons in het heden. Handelingen 17.
De nieuwe manier van denken moet ook aan het gedrag van de mensen van de volken te zien zijn. Handelingen 26.
4. De teksten uit andere boeken met het werkwoord metanoeo
Hier alle teksten waar het werkwoord metanoeo in voorkomt. De volgende paragraaf geeft de teksten aan met metanoia. Opvallend van dit woord is, dat het dikwijls in het boek Openbaringen voorkomt.
2 Korintiërs 12:21. Ik ben bang dat God mij bij mijn bezoek opnieuw zal vernederen en ik opnieuw verdriet zal hebben om al die broeders en zusters die zijn blijven zondigen en zich niet hebben afgekeerd van hun zedeloosheid, ontucht en losbandigheid.
Openbaringen 2:5. Bedenk van welke hoogte u gevallen bent. Breek met het leven dat u nu leidt en doe weer als vroeger. Anders kom ik naar u toe en neem ik, als u geen berouw toont, uw lampenstandaard van zijn plaats. [aan de gemeente van Efeze]
Openbaringen 2:16. Breek toch met het leven dat u nu leidt, anders kom ik binnenkort naar u toe en zal ik hen met het zwaard uit mijn mond bestrijden. [aan de gemeente van Pergamum]
Openbaringen 2:21-22. En Ik heb haar tijd gegeven, opdat zij zich van haar hoererij zou bekeren, maar zij heeft zich niet bekeerd. Zie, Ik werp haar te bed, en breng hen die overspel met haar plegen, in grote verdrukking, als zij zich niet bekeren van hun werken. [HSV. aan de gemeente van Tyatira]
Openbaringen 3:3. … breek met het leven dat u nu leidt. [aan de gemeente van Sardes] 19. … breek met het leven dat u nu leidt. [aan de gemeente van Laodicea]
Openbaringen 9:20-21. En de overige mensen, die niet door deze plagen werden gedood, bekeerden zich niet van de werken van hun handen; zij bleven de demonen aanbidden en de gouden, zilveren, koperen, stenen en houten afgoden, die niet kunnen zien, horen of lopen. Ook bekeerden zij zich niet van hun moorden, hun tovenarij, hun ontucht en het plegen van diefstal. [HSV]
Openbaringen 16:9-11. De grote hitte verzengde de mensen en ze lasterden de naam van God, die macht heeft over deze plagen. Ze toonden geen berouw en bewezen hem geen eer. De vijfde engel goot zijn offerschaal leeg over de troon van het beest. Zijn rijk werd in duisternis gehuld. De mensen beten op hun tong van de pijn. Ze lasterden de God van de hemel, vanwege hun pijn en hun zweren, en ze braken niet met het leven dat ze leidden.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
Het was een grote zorg van de apostel Paulus of de mensen in de gemeente van Korinthe tot inkeer zouden komen, anders zouden gaan denken. Noodzakelijk, maar niettemin niet voor de hand liggend. Een gemeente, die tot inkeer komt hebt u dat wel eens meegemaakt? 2 Korintiërs.
Aan vijf gemeenten wordt een oproep gedaan om tot inkeer te komen. Ze waren nieuw. In onze ogen vol van de Geest, maar toch was er nog veel om af te leggen. Een waarschuwing voor ons. Openbaringen 2 en 3.
Uit de andere teksten blijkt dat rampen en andere narigheid de mensen er niet toe brengen om tot inkeer te komen. Openbaringen 9 en 16
5. De teksten uit andere boeken met het zelfstandig naamwoord metanoia.
Hier alle teksten uit de resterende boeken waar het zelfstandig naamwoord metanoia in voorkomt.
Romeinen 2:4. Veracht u dan zijn onbegrensde goedheid, geduld en verdraagzaamheid, en weet u niet dat zijn goedheid u tot inkeer wil brengen?
2 Korintiërs 7:8-10. … maar nu ik weet dat mijn brief u slechts voor korte tijd verdriet deed, ben ik blij dat ik hem geschreven heb. Niet omdat u verdriet hebt gehad, maar omdat u daardoor tot inkeer bent gekomen. U had verdriet op een manier die God wilde, ik heb u dus in geen enkel opzicht geschaad. Verdriet dat God geeft leidt tot inkeer die men nooit berouwt en tot redding; verdriet dat de wereld geeft leidt alleen maar tot de dood.
2 Timoteüs 2:24-26. Een dienaar van de Heer moet geen ruzie maken, maar voor iedereen vriendelijk zijn; hij moet een goede leraar zijn en een verdraagzaam mens, en zijn tegenstanders zachtmoedig terechtwijzen. Dan brengt de Heer hen misschien tot inkeer, zodat zij de waarheid leren kennen en ontsnappen uit de valstrik van de duivel, die hen levend gevangen heeft genomen en hen dwingt zijn wil te doen.
Hebreeën 6:1-2. We moeten de eerste beginselen van de leer over Christus hier toch maar laten rusten en ons richten op wat voor volwassenen bedoeld is. We willen niet nog eens het fundament leggen en spreken over het zich afkeren van daden die tot de dood leiden, over het geloof in God, de leer over het dopen en de handoplegging, en over de opstanding van de doden en het laatste oordeel. [In andere vertalingen bekering van dode werken]
Hebreeën 6:4-6. Want wie ooit door het licht beschenen is, geproefd heeft van de hemelse gave en deel gekregen heeft aan de heilige Geest, wie het weldadig woord van God en de kracht van de komende wereld ervaren heeft en vervolgens afvallig is geworden, kan onmogelijk een tweede maal worden bekeerd, omdat zo iemand voor zichzelf de Zoon van God opnieuw kruisigt en aan bespotting blootstelt.
Hebreeën 12:16-17. … of het heilige zozeer minacht als Esau, die voor één enkel bord eten zijn eerstgeboorterecht verkocht. U weet immers dat hij daarna, toen hij alsnog de zegen wilde verkrijgen, afgewezen werd; hij kreeg geen kans meer om het goed te maken, ook al smeekte hij er in tranen om.
2 Petrus 3:9. De Heer is niet traag met het nakomen van zijn belofte, zoals sommigen menen; hij heeft alleen maar geduld met u, omdat hij wil dat iedereen tot inkeer komt en niemand verloren gaat.
Wat kunnen we van deze teksten leren?
De goedheid van God wil tot inkeer brengen. Romeinen.
Soms moet je iets schrijven of zeggen dat niet leuk is, maar als het tot inkeer leidt geeft het blijdschap. En spijt bij de geadresseerde. Verdriet dat God geeft leidt tot inkeer. 2 Korintiërs.
De Heer kan mensen tot inkeer brengen als wij hen vriendelijk en wijs benaderen. 2 Timoteüs.
Inkeer van daden, die tot de dood leiden, dat zijn basis dingen van het geloof. Voor een overzicht van die daden, dat komt in de studie over Zonden. Hebreeën 6:2.
Een tweede keer tot inkeer komen is niet mogelijk. Hebreeën 6:6.
Voor Ezau was er geen herstel meer, ondanks zijn inkeer. Hebreeën 12.
God wil dat iedereen tot inkeer komt. 2 Petrus 3.
9. Epistrofe en metanoia in één tekst.
De Hebreeuwse gewoonte om woorden die een ander aspect belichten van dezelfde zaak in één zin te gebruiken komen we op twee plaatsen in het boek Handelingen tegen. Hoe zou de Statenvertaling dan vertalen? Hieronder beide teksten.
Handelingen 3:19. Wend u af van uw huidige leven en keer
terug tot God om vergeving te krijgen voor uw zonden. [in het Grieks: μετανοήσατε
οὖν καὶ ἐπιστρέψατε (metanoia oun kai epistrefo).
SV: Betert u dan, en bekeert u ..
HSV: Kom dus tot inkeer en bekeer u …
NBG: Komt dan tot berouw en bekering, …
NBV: Wend u af van uw huidige leven en keer terug tot God …. [zie tekst hierboven]
The Complete Jewish Bible: Therefore, repent and turn to God, …
Welke vertaling vind u het beste? Ik de compleet Jewish Bible, want die heeft een mooie scheiding tussen een verandering van denken en je omkeren naar God.
Als we ons denken veranderen en ons keren tot God. Dan heeft dat heeft gevolgen. Er gaan dingen veranderen, dat staat ook in deze tekst. Je krijgt vergeving voor je zonden (NBV), je zonden worden uitgewist (SV en HSV), uitgedelgd (NBG) of kwijtgescholden (GNB).
In Handelingen 26 komt in vers 20 het woord epistrefo en het werkwoord en het zelfstandig naamwoord ‘metanoea’ en ‘metamnoia’ voor.
Handelingen 26: 20… maar heb ik eerst aan hen die in Damascus en in Jeruzalem en in heel het land van Judea woonden, en later aan de heidenen verkondigd dat zij tot inkeer moesten komen (werkwoord metanoein), zich tot God bekeren (werkwoord epistrephein) en werken doen die in overeenstemming zijn met de bekering (zelfstandig naamwoord metanoias). [HSV. Het is onderdeel van de toespraak van Paulus aan koning Agrippa]
De HSV kiest achtereenvolgens voor inkeer, bekeren en bekering in deze tekst. Dat lijkt niet het meest duidelijk.
Paulus beschrijft het zo mooi. Eerst moet je tot een andere manier van denken komen, waardoor en waarna je jezelf tot God kunt keren. En als je dat doet ga je werken doen in overeenstemming met die andere manier van denken.
De KJV vertaalt dit veel nauwkeuriger: ….. that they should repent and turn to God, and do works meet for repentance.
De NBV kiest voor de volgende woorden: ….. dat ze tot inkeer moesten komen en God moesten eren, en zich dienden te gedragen zoals dat bij hun nieuwe leven paste. ‘Omkeren’ wordt hier ‘eren’ en ‘werken volgens de andere mindset’ wordt hier dan ‘dat je dient te gedragen zoals dat bij je nieuwe leven past’.
10. Bekeerd worden?
Het is wel interessant hoe de SV, de HSV al de NBG en de NBV met het beladen woord bekering omgaan. Ik heb ook gekeken naar het woord ‘bekeerd worden’. Dat je moet worden bekeerd is wel de meest gebruikte term in de Reformatorische flank van de kerk. Maar kom je die uitdrukking ook in de Bijbel tegen?
Hieronder een overzicht welke woorden de vertalingen hebben gebruikt.
SV In OT en NT | HSV In OT en NT | NBG In OT en NT | NBV In OT en NT | |
Bekeren | 34 en 14 | 31 en 15 | 34 en 13 | 0 en 3 |
Bekering | 0 (+5 kopjes en 26 | 0 (+5 kopjes) en 25 | 1 (+5 kopjes) en 22 | 0 en 1 |
Inkeer 1) | 0 en 0 | 3 en 4 | 4 en 3 (1x zn) | 17 en 27 |
Berouwen | 8 en 1 | 4 en 1 | 1 en 1 | 0 en 0 |
Berouw | 17 en 3 | 36 en 6 | 21 en 9 | 7 en 6 |
Spijt | 0 en 0 | 0 en 0 | 1 en 1 | 7 en 3 |
1) hier zowel inkeer als in een werkwoordvorm: tot inkeer brengen of tot inkeer
komen.
Conclusies:
Het woord bekering komt in de bekende vertalingen van de Bijbel in het Oude Testament vrijwel alleen voor in kopjes boven een paragraaf, dus op één uitzondering niet in de tekst. Het woord komt wel in het Nieuwe Testament voor in de SV, HSV en NBG.
De NBV gebruikt nauwelijks het woord bekeren of bekering. In plaats daarvan heeft men het woord inkeer ingevoerd of een andere omschrijving.
Op het gebruik van het woord berouw heeft iedere vertaling zo zijn eigen keuzen. Opvallend is dat er meer berouw voorkomt in de HSV, dan in de SV.
Spijt is vooral een woord van de NBV.
Het woord ‘bekering’ is in Reformatorische kring wel het meest gebruikte woord en een speciaal begrip geworden. En dan vooral dat je “bekeerd moet worden”. Nu komt ‘bekeerd worden’ nauwelijks in de vertalingen van de Bijbel voor. Van de 18 vertalingen in het Nederlands die via Biblija konden worden geraadpleegd komt ‘bekeerd worden’ tweemaal in een vertaling voor, eenmaal in de Statenvertaling (SV) en eenmaal in de NBV. Hieronder staan ze.
Johannes 12:40. Hij heeft hun ogen verblind, en hun hart verhard; opdat zij met de ogen niet zien, en met het hart niet verstaan, en zij bekeerd worden, en Ik hen geneze. [SV. Dit is een citaat van de profeet Jesaja]
Hebreeën 6:6. … en vervolgens afvallig is geworden, kan onmogelijk een tweede maal worden bekeerd, omdat zo iemand voor zichzelf de Zoon van God opnieuw kruisigt en aan bespotting blootstelt.
Het is een moedige stap van de HSV om bij deze cruciale tekst af te wijken van de SV tekst.
Johannes 12:40. Hij heeft hun ogen verblind en hun hart verhard, opdat zij niet met de ogen zouden zien en met het hart inzien en zich bekeren en Ik hen zou genezen. [HSV]
Een wereld van verschil of er staat ‘bekeer je’ of ‘dat je bekeerd moet worden’. De eigen verantwoordelijkheid is dan ineens verdwenen. Als je in ‘bekeerd worden’ gelooft, dan kan dat onverschilligheid of fatalisme veroorzaken.
11. Metanoia in de psychologie
Het bijzondere is dat metanoia ook in de psychologie voorkomt, zie http://en.wikipedia.org/wiki/Metanoia
Hieronder de vertaalde tekst van Wikipedia.
William James gebruikte de term metanoia om te verwijzen naar een fundamentele en stabiele verandering in de levensoriëntatie van een individu.
Carl Jung ontwikkelde een werkwijze om een spontane poging van de psyche aan te duiden om jezelf te genezen van ondraaglijk conflict. Dat door je leeg te maken en vervolgens herboren te zijn in een meer aangepaste vorm. Dit is een vorm van zelfgenezing die vaak wordt toegepast voor een midlifecrisis en bij mensen, die psychoses meemaken. Dit kan worden gezien als een potentieel productief proces.