<<deze studie is nog lang niet compleet>>
Tot voor kort dacht ik dat de strijd van het licht en de duisternis tussen de kerk en de wereld ging. Maar dat klopt niet. Er is in de wereld ook licht en er is in de kerk ook duisternis.
Vroeger was dat ook zo met het volk Israël. In tijden dat ze dichtbij God bleven waren ´zo licht´ dat, als de duisternis op hen af kwam, ze onkwetsbaar waren. Maar vanaf het moment dat ze van God afdwaalden kwamen ze steeds meer in de duisternis.
Dikwijls zijn het de verleidingen waar we onvoldoende een halt toe roepen, waardoor we in de duisternis komen. Ben je eenmaal in de duisternis verzeild geraakt dan heeft dat o.a. tot gevolg dat je slecht kunt zien. En net zo als bij de natuurlijke duisternis, kun je door slecht zicht moeilijk zien, je kunt de waarheid niet goed meer zien en daardoor ga je verkeerde keuzen maken.
Het is een hele strijd om verleidingen te weerstaan. Als je het verkeerde pad bent op gegaan kan het zijn dat je de kinderen van het licht gaat bestrijden.
Soms is het niet alleen een individuele persoon, die een verleiding niet kan weerstaan, maar een heel gezin, een hele familie of zelfs een hele gemeenschap. Of zelfs hele volken en landen, een belangrijk deel van de wereld.
Als persoon, gezin, familie, gemeenschap, volk of land kun je vervolgens de kinderen van het licht bestrijden.
Dikwijls gaat de verleiding en als gevolg daarvan de dwaling over een bepaald aspect van het leven. Maar het kan ook een groot deel van het leven betreffen.
Jij als onderdeel van het grotere geheel kan ervoor kiezen om je niet te laten verleiden. Of om uit de verleiding terug te keren naar de waarheid.
Maar als je in omgevig zit, die dwaalt, gelukkig deels dwaalt, dan kan het een grote strijd zijn.
Gelukkig als je in een vrij land leeft en dat de overheid je beschermt tegen de soms geweldadige dwalers.
Voorbeelden van geestelijke strijd in Israël
Soms is de geestelijke strijd in de zichtbare wereld te zien. We lezen daar ook van in het Oude Testament. Hier vier voorbeelden daar van.
Denk aan het verhaal in Genesis als de boze, als een slang, Eva en Adam probeert te verleiden. En het lukt ook nog. Met alle gevolgen van dien voor de mensheid. Zie het boek Genesis hoofdstuk 3.
Denk aan Balak, de koning van de Moabieten, die de grote tovenaar Bileam uitnodigt om Israël te vervloeken toen ze langs zijn land trokken. Zou het Bileam lukken? Het verhaal is te vinden in het boek Numeri in de hoofdstukken 22 tot en met 24.
En hieronder is een mooi voorbeeld van wat er in het onzichtbare zich kan afspelen. Dit zien we meestal niet, maar we kunnen het wel zien als onze ogen ervoor geopend kunnen worden.
2 Koningen 6:15-17. Toen de bediende van Elisa de volgende morgen opstond en naar buiten kwam, zag hij dat de stad omsingeld was door een leger met strijdwagens en paarden. ‘Wat moeten we beginnen, heer?’ riep hij uit. Zijn meester antwoordde: ‘Wees niet bang, wij zijn met meer dan zij.’ En hij bad: ‘HEER, open zijn ogen en laat het hem zien.’ De HEER opende Elisa’s knecht de ogen, en toen zag hij dat de heuvels vol stonden met paarden en wagens van vuur, die Elisa omringden.
We kunnen lezen in het boek Daniël hoe Daniël bad en dat er een geestelijke hulp op hem werd afgestuurd. Maar ook hoe die hulp door een vorst uit de duisternis werd tegen gehouden. Het gaat hier om een strijd om volken en landen.
Daniel 10:12-13. Toen zei hij (een boodschapper uit de hemel): ‘Wees niet bang, Daniël, want vanaf de eerste dag dat je inzicht probeerde te verkrijgen door in deemoed te buigen voor je God, is je gebed verhoord, en daarom ben ik gekomen. Maar de vorst van het Perzische koninkrijk heeft mij eenentwintig dagen tegengehouden voordat Michaël, een van de voornaamste vorsten, mij te hulp schoot toen ik daar, bij de koningen van Perzië, zo alleen stond.
Daniël 10:19-21. Hij zei: ‘Wees niet bang, geliefde man, vrede zij met je, wees sterk, wees sterk!’ En doordat hij tegen me sprak, werd ik gesterkt, en ik zei: ‘Mijn heer, spreek, u hebt mij gesterkt.’ Toen zei hij: ‘Weet je waarom ik naar je toe gekomen ben? Ik moet spoedig terugkeren om tegen de vorst van Perzië te strijden, en zodra ik hem overwonnen heb, wacht mij de vorst van Griekenland. Maar eerst zal ik je zeggen wat er in het geschrift van de waarheid geschreven staat. Niemand steunt mij in mijn strijd tegen deze vorsten, behalve je vorst Michaël.
In het Nieuwe Testament lezen we bij Jezus van de storm op het meer. Het lijkt er op dat de natuur Jezus wil ombrengen. En bij de kruisiging reageert de natuur ook: duisternis tijdens de dag en een aardbeving als hij sterft.
De discipelen hadden na de opstanding van Jezus ook te maken met geestelijke strijd.
Bij het lezen in het boek Openbaring kijken we ook hoe de strijd in de geestelijke wereld plaatsvindt.
Openbaring 12: de vrouw en de draak
Openbaring 13: vormgeving strijd. Het beest uit de zee: via regeringen en machthebbers zal hij mensen vervolgen. Het beest uit de aarde: die zich voordoet als het lam, maar spreekt als de draak.
Wat zegt het Nieuwe Testament over de strijd
Het begrip ‘geestelijke strijd’ heb ik niet in de Bijbel gevonden. Het begrip strijd komt wel voor. Er zijn verschillende woorden voor.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | πόλεμος polemos | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G4171 | Strijd, oorlog Komt 18 keer voor in 16 verzen. KJV: war (12x), battle 5x), fight (1x). |
2 | ἀγών agōn | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G73 | Strijd Komt 6 keer voor in 6 verzen. KJV: conflict (2x), fight (2x), contention (1x), race (1x). |
ἀγωνίζομαι agōnizomai | Werkwoord | G75 | Strijden Komt 7 keer voor in 7 verzen. KJV: strive (3x), fight (3x), labour fervently (1x). | |
3 | στρατεία strateia | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G4752 | Oorlog Komt twee keer voor KJV: warfare (2x). |
στρατεύω strateuō | Werkwoord | G4754 | Oorlog voeren Komt 7 keer voor in 7 verzen. KJV: war (5x), goeth a warfare (1x), soldier (1x). |
Er zijn wel drie verschillende soorten woorden voor strijd. Zouden ze verschillende kanten van de strijd belichten?
Polemos
Het woord polemos komt achttien keer voor in zestien verzen. Het kan gaan om oorlog of strijd zoals wij dat in de wereld kennen, maar deze drie keer gaat het om geestelijke strijd. Een strijd in ons innerlijk.
Romeinen 7:20. Maar wanneer mijn daden in strijd zijn met mijn wil, ben ik daar niet zelf de oorzaak van, maar de zonde die in mij heerst.
Romeinen 7:23. … maar in alles wat ik doe zie ik die andere wet. Hij voert strijd tegen de wet waarmee ik met mijn verstand instem en maakt van mij een gevangene van de wet van de zonde, die in mij leeft.
Jakobus 4:1. Waar komt al die strijd, waar komen al die conflicten bij u toch uit voort? Is het niet uit de hartstochten die strijd leveren in uw binnenste?
En verder gaat het in Openbaringen ook negen keer over strijd. Is dat een geestelijke strijd of een toekomstige gewone oorlog hier op aarde?
Strijd (agon) en strijden agōnizomai
Deze woorden komen totaal dertien keer voor.
Lukas 13:23-27. En iemand zei tegen Hem: Heere, zijn het weinigen, die zalig worden? En Hij zei tegen hen: Strijd om binnen te gaan door de nauwe poort, want velen, zeg Ik u, zullen proberen binnen te gaan en het niet kunnen, namelijk vanaf het ogenblik dat de Heer des huizes is opgestaan en de deur heeft gesloten. Dan zult u beginnen buiten te staan en op de deur te kloppen en te zeggen: Heere, Heere, doe ons open. En Hij zal antwoorden en tegen u zeggen: Ik weet niet waar u vandaan komt.
Dan zult u beginnen te zeggen: Wij hebben in Uw tegenwoordigheid gegeten en gedronken en U hebt in onze straten onderwijs gegeven. En Hij zal zeggen: Ik zeg u, Ik weet niet waar u vandaan komt. Ga weg van Mij, allen die ongerechtigheid bedrijven.
Mijn uitleg van deze tekst is: ook al ben je lid van een mooie kerk, het gaat er om dat je eerlijk bent, mensen geeft waar ze recht op hebben.
Dit is de kern van het verschil tussen de strijd in de wereld, de volgelingen van Jezus hanteren geen echte wapens, maar ze getuigen van de waarheid en gehoorzamen daar aan.
Johannes 18:36-37. Jezus antwoordde: ‘Mijn koningschap hoort niet bij deze wereld. Als mijn koningschap bij deze wereld hoorde, zouden mijn dienaren wel gevochten hebben om te voorkomen dat ik aan de Joden werd uitgeleverd. Maar mijn koninkrijk is niet van hier.’ Pilatus zei: ‘U bent dus koning?’ ‘U zegt dat ik koning ben,’ zei Jezus. ‘Ik ben geboren en naar de wereld gekomen om van de waarheid te getuigen, en ieder die de waarheid is toegedaan, luistert naar wat ik zeg.’
1 Korintiërs 9:24-27. Weet u niet dat van de atleten die in het stadion een wedloop houden er maar één de prijs kan winnen? Ren als de atleet die wint. Iedereen die aan een wedstrijd deelneemt beheerst zich in alles; atleten doen het voor een vergankelijke erekrans, wij echter voor een onvergankelijke. Daarom ren ik niet als iemand die geen doel heeft, vecht ik niet als een vuistvechter die in de lucht slaat. Ik hard mezelf en oefen me in zelfbeheersing, want ik wil niet aan anderen de spelregels opleggen om uiteindelijk zelf te worden gediskwalificeerd.
Filippenzen 1:30. U voert dezelfde strijd die u mij vroeger hebt zien voeren en die ik, zoals u hoort, nog steeds voer.
Kolossenzen 1:29. Daarvoor span ik mij in en strijd ik met zijn kracht, die volop in mij werkzaam is.
Kolossenzen 2:1. Ik wil dat u weet hoe zwaar de strijd is die ik voor u en de gelovigen in Laodicea voer, en voor alle anderen die mij nog nooit in levenden lijve hebben gezien.
Kolossenzen 4:12. Epafras, een dienaar van Christus Jezus en een van u, groet u; in al zijn gebeden strijdt hij voor u en bidt hij dat u als volmaakte mensen en met volle overtuiging zult vasthouden aan alles wat God wil.
1 Thessalonicenzen 2:2. Maar, hoewel wij tevoren geleden hadden en in Filippi smadelijk behandeld waren, zoals u weet, hebben wij toch in onze God vrijmoedigheid gekregen om het Evangelie van God tot u te spreken, te midden van veel strijd. Want onze vermaning kwam niet voort uit dwaling, of uit onzuivere motieven, en ging ook niet met bedrog gepaard, maar, zoals wij door God beproefd zijn om ons het Evangelie toe te vertrouwen, zo spreken wij, niet om mensen te behagen, maar God, Die onze harten beproeft. [HSV]
Twee teksten waarin zowel het zelfstandig naamwoord als het werkwoord in voorkomt.
1 Timoteüs 6:12. Strijd de goede strijd van het geloof, win het eeuwige leven waartoe je geroepen bent en waarvan je in aanwezigheid van velen zo’n krachtig getuigenis hebt afgelegd.
2 Timoteüs 4:7. Maar ik heb de goede strijd gestreden, de wedloop volbracht, het geloof behouden.
In deze tekst komen twee vormen voor van het woord agon.
Hebreeën 12:1-4. Nu wij door zo’n menigte geloofsgetuigen omringd zijn, moeten ook wij de last van de zonde, waarin we steeds weer verstrikt raken, van ons afwerpen en vastberaden de wedstrijd lopen die voor ons ligt. Laten we daarbij de blik gericht houden op Jezus, de grondlegger en voltooier van ons geloof: denkend aan de vreugde die voor hem in het verschiet lag, liet hij zich niet afschrikken door de schande van het kruis. Hij hield stand en nam plaats aan de rechterzijde van de troon van God. Laat tot u doordringen hoe hij standhield toen de zondaars zich zo tegen hem verzetten, opdat u niet de moed verliest en het opgeeft. U hebt in uw strijd tegen de zonde uw leven nog niet op het spel gezet.
Opmerking: in de laatste tekst komt het woord antagōnizomai, Strong G464 voor. Dit woord komt slechts eenmaal voor en is ook vertaald met ‘strijden tegen’.
Strateio en strateuō
Negen keer worden deze woorden gebruikt. Hier de teksten.
2 Korintiërs 10:3-6. We leven wel in deze wereld, maar vechten niet met de wapens van deze wereld. De wapens waarmee wij ten strijde trekken dienen niet ons eigen belang, maar zijn er om met hun kracht bolwerken te slechten voor God. We halen spitsvondigheden neer en iedere verschansing die wordt opgetrokken tegen de kennis van God, we maken iedere gedachte krijgsgevangene om haar aan Christus te onderwerpen en zullen op het moment dat u hem volledig gehoorzaam bent geworden, paraat staan om anderen voor hun ongehoorzaamheid te straffen.
Deze tekst wordt besproken in het hoofdstuk wapenen
1 Timoteüs 1:18. Dit gebod leg ik u op, mijn zoon Timotheüs, in overeenstemming met de profetieën die voorheen over u uitgesproken zijn, opdat u in deze dingen de goede strijd strijdt. [HSV]
2 Timoteüs 2:3-7. Deel in het lijden als een goed soldaat van Christus Jezus. Iemand die in krijgsdienst is, laat zich niet afleiden door het leven daarbuiten, want zijn bevelhebber moet tevreden over hem zijn. Een atleet wordt niet gelauwerd als hij zich niet aan de regels houdt. De boer die het zware werk doet, heeft als eerste recht op de oogst. Denk na over wat ik je heb gezegd; de Heer zal ervoor zorgen dat je dit alles ook begrijpt.
Jakobus 4:1. Waar komt al die strijd, waar komen al die conflicten bij u toch uit voort? Is het niet uit de hartstochten die strijd leveren in uw binnenste?
1 Petrus 2:11. Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten, die strijd voeren tegen de ziel. [HSV]
Worstelen en Innerlijk Conflict
Er zijn buiten de woorden in de tabel nog twee woorden die met ‘strijd’ zijn vertaald. Hieronder staan ze.
Het woord pale, Strong G3923, worsteling, komt eenmaal in de Bijbel voor en wel in deze tekst.
Efeziërs 6:12. Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen.
Waarom zou trouwens Paulus het woord worsteling gebruiken en niet een woord voor strijd?
Deze tekst gaat ook over een geestelijke strijd. De NBV gebruikt ook het woord strijd, maar er staat wensen tegen, begeren tegen Strong G1937, een woord dat wel zestien keer voorkomt. Hier in de vorm van strijd.
Galaten 5:17. Want het vlees begeert tegen de Geest in, en de Geest tegen het vlees in; en die staan tegenover elkaar, zodat u niet doet wat u zou willen.
Verloop van de strijd
De duisternis hanteert diverse wapens om ons te laten verliezen. Een wapen is de leugen. Een ander wapen zijn verleidingen. En wat de duisternis ook vaak gebruikt zijn pijn en trauma’s.
Als deze wapens ons treffen dan kan dat leiden dat we verkeerde keuzen maken. Het kan leiden tot verdoofdheid en verblinding. En kan leiden dat we bestolen en beroofd worden.
Zie voor leugens de studie waarheid en leugen
Verleidingen
Dit zijn de woorden, die je met verleidingen kunt vertalen.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen | |
1 | אַוָּה ‘avvah | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | H185 | Verlangen van uw ziel Komt 7 keer voor in 7 verzen. KJV: desire (3x), lust after (3x), pleasure (1x). |
2 | ἡδονή hēdonē | Werkwoord | G2237 | Hartstochten Komt 5 keer voor in 5 verzen. KJV: pleasure (3x), lust (2x). |
3 | ἐπιθυμία epithymia | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G1939 | Verlangen naar wat niet goed is. Komt 38 keer voor in 37 verzen. KJV: lust (31x), concupiscence (3x), desire (3x), lust after (1x). |
Hartstochten.
Het Hebreeuwse woord ‘avvah kun he vertalen met verlangen van mijn ziel. Als mens hebben we verlangens, hebben we zin ergens in. Dat hoort bij mens zijn. Is goed.
In Deuteronomium 12 gaat het drie keer om zin om vlees te eten. Dat is prima. Eet het met dankbaarheid. Laat wel het bloed er uit lopen.
Deuteronomium 12:15. Wel mag u naar het volle verlangen van uw ziel binnen al uw poorten slachten en vlees eten, overeenkomstig de zegen van de HEERE, uw God, die Hij u geeft. De onreine en de reine mag daarvan eten, zoals van een gazelle en van een hert.
Lukas 8:14.
Titus 3:3.
Jakobus 4:1. Waar komt al die strijd, waar komen al die conflicten bij u toch uit voort? Is het niet uit de hartstochten die strijd leveren in uw binnenste?
4:3
2 Petrus 2:13.
Verlangen naar wat niet goed is.
Hier gaat het om lichamelijke of vleselijke, verlangens, lusten of begeerten. G4559 σαρκικός (sarkikos) en G1939 ἐπιθυμία (epithymia) en begrip dat alleen maar hier voorkomt.
1 Petrus 2:11. Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten, die strijd voeren tegen de ziel. [HSV]
Verleiding van de wil: als God willen zijn (Gen 3:5, Jes 14:12-15) gevolg: Gal 5:19-21. Remedie: kruisigen van eigen wil en begeerten Gal 5:23; Romeinen 8:13. Niet mijn wil, maar uw wil geschiedde (Matth 26:39). Vernieuwing van onze wil is nodig (Fil 2:12,13 en de dienstbare gezindheid van Christus (fil2:4,5). Dan is de gerechtigheid als een pantser die ons beschermt (Ef 6:14)
Begeerte wekken via de ogen (Gen 3: 6; 13:10; 2 Sam. 11:2; Job 31:7, Matth 4:8) Remedie verbond met de ogen (Job 31:1) en kijken met geestelijke ogen (Ef 1:18, Hebr 12:2, Matth. 9:36; Luk 15:20) Zicht hebben op de geestelijke strijd Ef 6:12
Het gevecht om onze geest. Verleiding tot vervulling met afgoderij. Streven naar bezetting (Marc 5). Middelen Deut 18:10,11. Remedie Deut 8:12-22, reiniging (Heb 9:14) vervulling (Ef 5:18) en leiding (Joh 16:13)kracht, liefde en wijsheid door Gods Geest (2 tim 1:7) Zo weerbaar: helm van het heil (Ef 6:17). Jezus is gekomen om mensen te bevrijden (Hand 10:38) en ons daar bij in te schakelen (Luk 9:1). Cursus hierover van Karpos leerhuis (dienst der bevrijding in de kerk). Voorbeeld.
Pijn en trauma
Aanvallen in onze emotie. Vurige pijlen van veroordeling, afkraken, geestelijk vermoorden (Ef. 6:16, Joh 8:44). Onze verwondheid is vaak de invalshoek van de boze. Remedie: schild van het geloof (weerbaarheid) en gebed om genezing
Gevolg: verdoving en verblinding
In de geestelijke strijd gaat het wederzijds over verblinden of blind maken.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen | |
1 | τυφλόω typhloō | Werkwoord | G5186 | Verblinden Komt drie keer voor in drie verzen KJV: blind (3x). |
2 | τυφλός typhlos | Bijvoeglijk naamwoord | G5185 | Blinde Komt 53 keer voor in 48 verzen. KJV: blind (44x), blind man (9x). |
God kan ogen verblinden. Daar gaat het hier over.
Johannes 12:37-40. Ondanks de wondertekenen die hij voor hun ogen gedaan had, geloofden ze niet in hem. Zo gingen de woorden van de profeet Jesaja in vervulling, die zei: ‘Heer, wie heeft onze boodschap geloofd? Aan wie is de macht van de Heer geopenbaard?’ Ze konden niet tot geloof komen, want Jesaja heeft ook gezegd: ‘Hij heeft hun ogen verblind en hun hart gesloten, anders zouden zij met hun ogen zien en met hun hart begrijpen, zij zouden zich omkeren en ik zou hen genezen.’
De god van deze wereld kan ook mensen verblinden, dat is zijn tactiek.
2 Korintiërs 4:3-4. Wanneer er dan toch nog een sluier ligt over het evangelie dat wij verkondigen, geldt dit alleen voor hen die verloren gaan: de ongelovigen, van wie de gedachten door de god van deze wereld zijn verblind, waardoor ze het licht van het evangelie niet kunnen zien, de luister van Christus, die het beeld van God is.
En je kan ook zelf de oorzaak zijn van verblinding, namelijk door de haten.
1 Johannes 2:11. … maar wie de ander haat, bevindt zich in de duisternis. Hij gaat zijn weg in het duister, zonder te weten waarheen die weg voert, want de duisternis heeft hem blind gemaakt.
En dit is de remedie daartegen:
2 Korintiërs 4:5-6. Wij verkondigen niet onszelf, wij verkondigen dat Jezus Christus de Heer is en dat wij omwille van hem uw dienaren zijn. De God die heeft gezegd: ‘Uit de duisternis zal licht schijnen,’ heeft in ons hart het licht doen schijnen om ons te verlichten met de kennis van zijn luister, die afstraalt van het gezicht van Jezus Christus.
Gevolg: Je wordt bestolen en beroofd
Net als in een strijd, die we op aarde kennen als mensen met elkaar slaags raken, wordt er ook in de geestelijke strijd gestolen en geroofd. Het koninkrijk van het licht, dat van de duisternis en andersom.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen | |
1 | κλέπτω kleptō | Werkwoord | G2813 | Stelen, roven. Komt 13 keer voor in 11 verzen. KJV: steal (13x). |
2 | κλέπτης kleptēs | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G2812 | Dief, rover. Komt 16 keer voor in 16 verzen. KJV: thief (16x) |
3 | λῃστής lēstēs | Zelfstandig naamwoord mannelijk | G3027 | Dief, rover. Komt 15 keer voor in 15 verzen KJV: thief (11x), robber (4x). |
4 | διαρπάζω diarpazō | Werkwoord | G1283 | Komt 4 keer voor in 2 verzen KJV: spoil (4x). |
Een lestes is meer iemand, die in de natuur de mensen overvalt en plundert en een kleptes pakt het wat fijnzinniger aan. Met minder geweld. Het woord lestes wordt dan ook gebruikt voor de rover, die de man onderweg naar Jericho overvalt en later door de barmhartige Samaritaan wordt geholpen.
De apostel Paulus noemt in 2 Korintiërs 11:26 zijn ontberingen waaronder het gevaar van rovers onderweg.
De twee mannen, die gelijk met Jezus ook werden gekruisigd, waren rovers. Evenals Barabbas. Die vrijgelaten werd gelaten in plaats van Jezus.
Jezus zegt trouwens dat hij terug zal komen als een dief in de nacht.
Diarpazo
Dit zijn de twee teksten waarbij het woord diarpazo wordt gebruikt.
Een tekst waarbij Jezus oproept om het huis van de sterkere leeg te roven.
Matteüs 12:29. Trouwens, hoe kan iemand het huis van een sterkere binnengaan en zijn inboedel roven, als hij die sterkere niet eerst heeft vastgebonden? Pas dan zal hij zijn huis kunnen leegroven.
Marcus 3:27. Bovendien kan niemand het huis van een sterkere binnengaan om zijn inboedel te roven, als hij die sterkere niet eerst vastgebonden heeft; pas dan kan hij zijn huis leeghalen.
Rovers en dieven
Dit zijn teksten, die in het verhaal van Jezus voorkomen als hij spreekt over de goede herder. Beide woorden dief en rover komen hier voor.
Johannes 10:1. ‘Waarachtig, ik verzeker u: wie de schaapskooi niet binnengaat door de deur maar ergens anders naar binnen klimt, is een dief of een rover.
Johannes 10:8-10. Hij ging verder: ‘Waarachtig, ik verzeker u: ik ben de deur voor de schapen. Wie vóór mij kwamen waren allemaal dieven en rovers, maar de schapen hebben niet naar hen geluisterd. Ik ben de deur: wanneer iemand door mij binnenkomt zal hij gered worden; hij zal in en uit lopen, en hij zal weidegrond vinden. Een dief komt alleen om te roven, te slachten en te vernietigen, maar ik ben gekomen om hun het leven te geven in al zijn volheid.
Die mensen, die naar de stem van Jezus luisteren kunnen niet uit de hand van Jezus of de Vader worden geroofd.
Johannes 10:29-30. Mijn schapen luisteren naar mijn stem, ik ken ze en zij volgen mij. Ik geef ze eeuwig leven: ze zullen nooit verloren gaan en niemand zal ze uit mijn hand roven. Wat mijn Vader mij gegeven heeft gaat alles te boven, niemand kan het uit de hand van mijn Vader roven, en de Vader en ik zijn één.’
Lessen in de geestelijke strijd
Als je actief wordt: zegen Matth 3:17 en aanval als je moe bent (Mattheus 4:2). Verzoeking eindigt met Matth 4:11. Belang van waakzame geest
Als je met geestelijk pensioen gaat 2 Samuel 11:1. De verveling als invalshoek 2 sam 11:2-4. Belang van evenwicht tussen rust en blijvende betrokkenheid bij de geestelijke strijd. Ef 6:15 inzet voor evangelie als sandalen aan uw voeten.
Als je faalt en de aanklager komt (Op 12:10). Matth 11:28-30. Belang van leven uit genade.
Als je overwint, komt de rover langs (1 koningen 19:2,3) De duivel intimideert en isoleert. God bemoedigt, brengt je terug naar de kern en verbindt je met andere strijders (1 Koningen 19:6-18) Belang van bemoediging en gemeenschap met andere gelovigen.
De duivel valt aan op de zwakste plek (Deut 25:17,18). Overwinning door gezamenlijke strijd en gezamenlijk gebed (Exodus 17:8-18)
Mooi als jij persoonlijk de overwinning kan halen. Hier het advies van de apostel Jacobus, die helpt.
Jacobus 4:7. Onderwerp u dus aan God, en verzet u tegen de duivel, dan zal die van u wegvluchten.
En hier als je met vele anderen wilt overwinnen. Uiteindelijk worden de kwade machten van deze wereld verdreven.
Openbaring 20:10. En de duivel, die hen misleidde, wordt in de poel van vuur en zwavel gegooid, bij het beest en de valse profeet. Daar zullen ze dag en nacht worden gepijnigd, tot in eeuwigheid.
Openbaringen 21:7-8. Wie overwint komen al deze dingen toe. Ik zal zijn God zijn en hij zal mijn kind zijn. Maar voor hen die laf en trouweloos zijn geweest, die zich hebben ingelaten met gruwelijke dingen, met moord, ontucht, toverij of afgodendienst, voor allen die de leugen hebben gediend: hun deel is de vuurpoel met brandende zwavel, dat is de tweede dood.’
Wapenrusting.
De beschrijving van de apostel Paulus over de geestelijke wapenrusting of de wapenuitrusting voor de geestelijke strijd is alom bekend.
Woord | Soort woord | Strong | Opmerkingen: | |
1 | πανοπλία panoplia | Zelfstandig naamwoord vrouwelijk | G3833 | Wapenrusting Komt drie keer voor KJV: whole armour (2x), all … armour (1x). |
2 | ὅπλον hoplon | Zelfstandig naamwoord onzijdig | G3696 | Wapens Komt zes keer voor in vijf verzen. KJV: weapon (2x), instrument (2x), armour (2x). |
G3695 | Bewapenen. Alleen in 1 Petrus 4:1 | |||
G2528 | Alleen in Lukas 11:21. |
De wapenrusting of de wapenuitrusting van een strijder bestaat uit verschillende wapens.
Wapenrusting
De wapenrusting komt drie keer genoemd. De eerste keer in het evangelie van Lukas als Jezus spreekt over de strijd van het rijk van de duisternis en mensen, die het koninkrijk van God vertegenwoordigen.
Lukas 11: 18-23. Als ook Satan innerlijk verdeeld is, hoe kan zijn koninkrijk dan standhouden? Jullie zeggen toch dat ik dankzij Beëlzebul demonen uitdrijf! Als ik inderdaad dankzij Beëlzebul demonen uitdrijf, door wie drijven jullie eigen mensen ze dan uit? Zij zullen dan ook jullie rechters zijn! Maar als ik dankzij een kracht die van God komt demonen uitdrijf, dan is het koninkrijk van God bij jullie gekomen. Wanneer een sterk, goed bewapend man zijn domein bewaakt, dan zijn zijn bezittingen veilig. Maar zo gauw iemand die sterker is hem aanvalt en hem overwint, dan neemt die sterkere hem de wapenrusting waarop hij vertrouwde af en verdeelt hij de buit. Wie niet met mij is, is tegen mij, en wie niet met mij samenbrengt, drijft uiteen.
Hier wordt een beeld van de zichtbare wereld gebruikt om de werking in de onzichtbare wereld uit te leggen. In deze wereld kun je zowel als je van de duisternis bent of van het licht bent goed bewapend zijn. Maar de sterkere kan zijn wapenrusting afnemen.
De andere twee keer dat het woord wapenrusting voorkomt is in onderstaande tekst in de brief aan de gemeente van Efeze. De hele perikoop, Efeziërs 6:10-20, gaat over de wapenrusting voor de geestelijke strijd.
Eerst gaat het over het doel van de wapenrusting.
Efeziërs 6:10-14. Ten slotte, zoek uw kracht in de Heer, in de kracht van zijn macht. Trek de wapenrusting van God aan om stand te kunnen houden tegen de listen van de duivel. Onze strijd is niet gericht tegen mensen maar tegen hemelse vorsten, de heersers en de machthebbers van de duisternis, tegen de kwade geesten in de hemelsferen. Neem daarom de wapens van God op om weerstand te kunnen bieden op de dag van het kwaad, om goed voorbereid stand te kunnen houden.
Dan over de wapens.
Efeziërs 6: 14-17. Houd stand, met de waarheid als gordel om uw heupen, de gerechtigheid als harnas om uw borst, de inzet voor het evangelie van de vrede als sandalen aan uw voeten, en draag bovenal het geloof als schild waarmee u alle brandende pijlen van hem die het kwaad zelf is kunt doven. Draag als helm de verlossing en als zwaard de Geest, dat wil zeggen Gods woorden.
1. De gordel van de waarheid. Daarom is goed om te weten wat er in de Bijbel staat. Dat is je basis. Dat houdt alles op zijn plaats. Daarom is het goed om prioriteit te geven aan ‘wat staat er nu in de Bijbel. Als je weet wat de waarheid is, ben je sterk en vrij.
2. Het harnas van de gerechtigheid. Dat is een juridische term. Wij op Jezus vertrouwd is zijn kind en niet meer aan te klagen. Je maakt fouten, je doet soms dingen, die niet volgens Gods wil zijn, maar toch sta je sterk. En je bent vrij.
3. Beschermde voeten, sandalen staat in de NBV, maar dat lijkt kwetsbaar. Een soldaat had schoeisel die bescherming boden bij waar men liep. Het gaat om bereid te zijn om het evangelie van de vrede overal te brengen. Hoe krijg je vrede in je hart.
4. Het schild van het geloof. Natuurlijk zijn er allerlei mensen, die je van het werk in Gods Koninkrijk proberen af te houden. Negativiteit. Kritiek. Roddel. Diefstal. Geweld. Jaloersheid.
5. De helm van het heil of de redding (bijvoeglijk naamwoord soteriou) oftewel de heilhelm, de reddingshelm. Zoals de brandweer met helm op een brandend gebouw binnengaat om mensen te redden.
6. Het zwaard. Het is het zwaard van de Geest, Pneumatikos met een hoofdletter, dat is dé Heilige Geest. En dan staat er achteraan ‘dat is het woord van God. het rhema woord, dat woord voor de juiste tijd en de juiste plaats. Dat woord dat je nodig hebt in de woordenstrijd, maar ook het woord dat bergen kan verzetten.
Er wordt wel eens gezegd dat het allemaal wapen zijn ter verdediging. Maar dat geldt zeker niet voor alle wapens. De waarheid is al om de wereld te veranderen. Je zou kunnen zeggen aanvallen. Met de geschoeide voeten betreedt je het slagveld. De reddingshelm heb je op bij je missie. Het woord van God wil dingen veranderen. Het harnas en het schild beschermen je dan inderdaad, maar die beschermen je bij de aanval.
Het is dan ook logisch dat de tekst met dit verder gaat.
Efeziërs 6:18-20. Laat u bij het bidden leiden door de Geest, iedere keer dat u bidt; blijf waakzaam en bid voortdurend voor alle heiligen. Bid ook voor mij, dat mij de juiste woorden gegeven worden wanneer ik verkondig, zodat ik met vrijmoedigheid het mysterie mag openbaren van het evangelie waarvan ik gezant ben, ook in de gevangenis. Bid dat ik daarbij zo vrijmoedig spreek als nodig is.
Wapens en (be)wapenen.
Zes keer in vijf verzen wordt over wapens gesproken. Hieronder staan alle teksten en ik laat daarbij ook de context zien omdat die het strijdperk aangeeft.
Romeinen 6:12-13. Laat de zonde dus niet heersen over uw sterfelijke bestaan, geef niet toe aan uw begeerten. Stel uzelf niet langer in dienst van de zonde als een werktuig voor het onrecht, maar stel uzelf in dienst van God. Denk aan uzelf als levenden die uit de dood zijn opgewekt en stel uzelf in dienst van God als een werktuig voor de gerechtigheid.
Waarom ik het woord ‘werktuig’ waarmee de NBV vertaalt in plaats van ‘wapen’ niet verstandig vind kunt u lezen in de samenvatting.
Romeinen 13:11-14. U kent de huidige tijd: het moment is gekomen waarop u uit de slaap moet ontwaken, want de redding is ons meer nabij dan toen we tot geloof kwamen. De nacht loopt ten einde, de dag nadert al. Laten we ons daarom ontdoen van de praktijken van de duisternis en ons omgorden met de wapens van het licht. Laten we daarom zo eerzaam leven als past bij de dag en ons onthouden van bras- en slemppartijen, ontucht en losbandigheid, tweespalt en jaloezie. Omkleed u met de Heer Jezus Christus en geef niet toe aan uw eigen wil, die begeerten in u opwekt.
2 Korintiërs 6:4-7. We willen juist laten zien dat we dienaren van God zijn, door altijd te volharden: in tegenspoed, nood en ellende, onder lijfstraffen, in gevangenschap en onder volkswoede, onder zware inspanningen, slaapgebrek en honger, door oprechtheid en kennis, door geduld en vriendelijkheid, door de gaven van de heilige Geest en ongeveinsde liefde, door de verkondiging van de waarheid en de kracht van God. We vallen aan en verdedigen ons met de wapens van de gerechtigheid, we worden geëerd en gesmaad, belasterd en geprezen. We worden bedriegers genoemd maar spreken de waarheid, we zijn vreemdelingen maar toch bij iedereen bekend, we sterven maar toch leven we, we worden gestraft maar niet ter dood veroordeeld, we hebben verdriet maar toch zijn we altijd verheugd, we zijn arm maar toch maken we velen rijk, we bezitten niets maar toch hebben we alles.
2 Korintiërs 10:3-6. Want al wandelen wij in het vlees, wij voeren geen strijd naar het vlees. De wapens van onze strijd zijn immers niet vleselijk, maar krachtig door God, tot afbraak van bolwerken. Want wij breken valse redeneringen af en elke hoogte die zich verheft tegen de kennis van God, en wij nemen elke gedachte gevangen om die te brengen tot de gehoorzaamheid aan Christus, en wij staan gereed om elke ongehoorzaamheid te bestraffen, zodra uw gehoorzaamheid volkomen zal zijn. [HSV]
Hier worden ook doelen genoemd, die moeten worden afgebroken.
Ochyrōmatōn, Strong G3794, bolwerken, forten, vestingen. Het woord komt eenmaal voor.
Logismos, Strong G3053. redeneringen, argumenten, speculaties om de publieke opinie te beïnvloeden. Het woord komt ook nog in Romeinen 2:15 voor.
Hypsoma, Strong G5313: een hoogte, een wal, een schans. Het woord komt ook nog in Romeinen 8:39 voor in een andere betekenis.
In de tekst hieronder komt het woord bewapenen voor. Petrus schrijft dat we ons moeten bewapenen met een bepaalde gedachte.
1 Petrus 4:1-2. Nu dan, omdat Christus tijdens zijn leven op aarde heeft geleden, moet u zich net als hij wapenen met de gedachte dat wie in zijn aardse leven geleden heeft, met de zonde heeft afgerekend. Zo iemand laat zich gedurende de rest van zijn leven niet meer leiden door menselijke verlangens maar door Gods wil.
Met welke gedachte moeten we ons wapenen? Misschien kunnen we het zo formuleren. Dat wie in het aardse leven geleden heeft (en dat hebben wij omdat we ons met Christus en zijn lijden vereenzelvigen) zich niet laat leiden door menselijke verlangens maar door Gods wil.
Samenvatting
Voor de goede orde. De geestelijke strijd is niet een strijd van het Koninkrijk van God tegen het rijk van de duisternis. Het Koninkrijk van God is onaantastbaar voor het rijk van de duisternis.
Tussen God en de duivel is zeker geen strijd. Als God als rechter van hemel en aarde de duivel veroordeelt en opdracht geeft om de straf te voltrekken is de duivel ‘het haasje’.
Wat is de geestelijke strijd dan wel? Het is een strijd van mensen, die behoren tot het koninkrijk van God, die strijden tegen het rijk van de duisternis. Een essentieel inzicht in de situatie.
Je zou kunnen zeggen dat gelovigen allerlei gereedschappen krijgen om het evangelie te brengen. Zoals een handwerksman allerlei werktuigen krijgt om zijn werk te doen.
Dit is een mooi beeld. Maar de gelovigen kunnen worden lastig gevallen bij hun werk. Daarom is het beeld van een strijder of soldaat wellicht beter. Het Nieuwe Testament spreekt daarom over wapens en over de wapenrusting. Het is geen strijd met lichaamskracht en geweld maar een strijd met leugens versus waarheid, luiheid versus bereidheid, ongeloof versus geloof, verleidingen vefrsus reinheid, narigheid versus het heil.